Praktische richtlijnen en informatie

Bij overlijden contacteert de wilbeschikkinguitvoerder een begrafenisondernemer of per uitzondering de gemeente waar de overledene was ingeschreven (zie Veel gestelde vragen). De begrafenisondernemer neemt contact op met het secretariaat  Anatomie van de Mens en Embryologie op het telefoonnummer +32 3 265 28 28. De begrafenisondernemer geeft de naam, voornaam en geboortedatum van de overledene en de datum van overlijden, de gemeente waar de persoon overleden is en de plaats waar het lichaam zich bevindt. 

Tijdens het weekend of tijdens een verlofperiode wordt u verbonden met een antwoordapparaat dat u verdere richtlijnen zal verstrekken. Bij overlijden in een ziekenhuis of in een instelling met koelkamer kan het lichaam bewaard blijven in deze koelkamer. U kan dan wachten tot de eerstkomende dag om het Laboratorium op de hoogte te stellen van het overlijden.

Het lichaam moet liefst binnen de 48 uur na overlijden naar onze dienst gebracht worden. Lichamen van personen die in het buitenland zijn overleden of lichamen waarop een lijkschouwing werd uitgevoerd, kunnen wij niet aanvaarden.

Wat doet de begrafenisondernemer?

  • Nadat het overlijden door de geneesheer wettelijk is vastgesteld, dient het lichaam te worden gekist (houten kist, geen polyester of zink) door een begrafenisondernemer naar keuze.
  • De begrafenisondernemer brengt het lichaam gekist over naar de Universiteit Antwerpen na telefonische afspraak en staat later ook in voor de begrafenis of de crematie.
  • Bij overlijden thuis doet de begrafenisondernemer aangifte van het overlijden bij de burgerlijke stand van de gemeente waar de persoon overleden is.
  • Bij overlijden in een ziekenhuis of in een instelling volgt men dezelfde procedure, tenzij het ziekenhuis of de instelling zelf voor de aangifte zorgt.
  • Als de overledene begraven wordt, vraagt de begrafenisondernemer toelating tot begraven bij de burgerlijke stand. Hiervoor hebt is de overlijdensakte en een kopie van de wilsbeschikking nodig.
  • Als de overledene gecremeerd wordt, dient het overlijden vastgesteld te worden door twee artsen: de arts die het overlijden vaststelt en een wetsarts. Nadien vraagt de begrafenisondernemer toelating tot crematie bij de burgerlijke stand. Hiervoor hebt is de overlijdensakte en een kopie van de wilsbeschikking nodig.
  • Bij het afhalen van het lichaam door de begrafenisondernemer moet de toelating tot begraven of crematie bij het lichaam aanwezig zijn. De begrafenisondernemer heeft deze papieren nodig om het lichaam te mogen vervoeren.
  • De begrafenis gebeurt in de gemeente waar de overledene is ingeschreven en wordt geregeld door uw begrafenisondernemer. De familie wordt hiervan niet op de hoogte gebracht door de Universiteit Antwerpen. Indien u (of uw familie) dit wel wenst, dient u dit af te spreken met de begrafenisondernemer, zodat hij deze gemaakte afspraken kan nakomen.
  • De begrafenisondernemer die de opdracht krijgt van de nabestaande(n) om de crematie/begrafenis te begeleiden, zal de factuur aanbieden aan de nabestaande(n) voor al wat zij gekozen hebben (dit houdt in kist, vervoer, ter as /ter aarde legging en dergelijke meer zoals drukwerk, etc).