Verwachte voorkennis

Biologie studeren kan niet zonder een degelijke kennis van wiskunde, chemie, fysica en aardkunde. Daar zorgen we voor: we frissen je kennis van de basiswetenschappen op en vullen ze aan waar nodig. Dat gebeurt steeds met het oog op toepassingen in de biologie. Biologie studeren betekent dus ook een brede wetenschappelijke scholing. Je kan je voorkennis testen met de ijkingtoets en indien nodig bijwerken via het overbruggingsonderwijs.

Wiskunde

Het pakket wiskunde in de opleiding biologie is relatief beperkt tijdens de opleiding maar blijft toch nog een belangrijk vak van 6 studiepunten. Het is voor sommige studenten een struikelblok. Wie 6 of 8 uur wiskunde in het middelbaar heeft gehad, ondervindt niet al te veel problemen met dit vak.

Wie maar 3 of 4 uur wiskunde heeft gehad maar aanleg heeft voor wiskunde, zal meer nieuwe stof krijgen maar moet dit ook aankunnen. Wie én weinig uren heeft gehad, én moeilijkheden heeft met wiskunde, zoekt best zoveel mogelijk steun via de overbruggingsonderwijs in september. Tijdens het jaar kunnen studenten aankloppen bij het monitoraat wiskunde.

Er bestaat een ‘bijspijkervak’ Wiskunde dat studenten vrijwillig kunnen volgen. Dit bijspijkervak is uniek aan de opleiding in Antwerpen. Wanneer studenten slagen voor dit vak telt dit mee als keuzevak uit bachelor 3.


Een fitis of een tjiftjaf? ​

Een fitis van een tjiftjaf kunnen onderscheiden is niet noodzakelijk om aan de biologieopleiding te beginnen. Van bij de start van de opleiding bouw je je kennis van de inheemse en uitheemse flora en fauna op via excursies, practica en opdrachten. Veel belangrijker is honger naar kennis over alle facetten van het leven, een kritische ingesteldheid en de bereidheid om geduldig nauwkeurige waarnemingen te doen; in het labo, maar ook in minder comfortabele omstandigheden op het terrein.