Jan Vranken, Katrien De Boyser, Danielle Dierckx (red.)

2004: een verkiezingsjaar. Tijd om te bekijken wat er op het (beleids)vlak van armoede en sociale uitsluiting in de afgelopen jaren wél en niet is gebeurd en om goede voornemens onder de loep te leggen. Hoe sterk is de band tussen het politieke woord en de beleidsdaad? Hoe hoog staat de bestrijding van armoede en sociale uitsluiting vandaag op de regeringsagenda en hoe willen overheden deze strijd aanbinden? Hoe verteert ‘sociaal Europa’ de uitbreiding naar de nieuwe lidstaten? En blijkt, wat Vlaanderen betreft, onze vrees gegrond dat lokale armoedebestrijding naar het achterplan verdwijnt?

De achtergrond. Cijfers over uitsluitingsproblematieken die we doorheen de Jaarboeken op de voet volgen, geven aan dat de ongelijke deelname aan het maatschappelijk leven er voor velen niet minder op is geworden. Een moeilijke toegang tot het ene domein zorgt dikwijls voor versperringen bij andere domeinen. De toestanden van sociale uitsluiting waarin armen leven, zitten immers diep geworteld in onze samenleving en de gevolgen zijn vérstrekkend. We hebben te maken met een vrijwel onontwarbaar kluwen van uitsluitingen op vele, soms alle, levensdomeinen.

Het themadeel: de armen, worden ze gehoord? Wat blijft overeind van het Algemeen Verslag over de Armoede, tien jaar na publicatie? Voor wie er toen (nog) niet bij was: het verslag was het eindproduct van een uitvoerige dialoog tussen armenverenigingen, het middenveld en overheden; 1994 wordt daardoor bestempeld als een scharnierjaar voor het armoedebeleid. Hoe vlot of hoe stroef verloopt de dialoog tussen armen en beleid vandaag? Gaat het over werkelijke inspraak? Zitten alle relevante gesprekspartners wel rond de tafel? Levert de dialoog tastbare resultaten op voor de armen? Allemaal vragen die we voorlegden aan de experten van toen en die van vandaag.