Opleidingsinfo

Het postgraduaat wordt tweejaarlijks ingericht. Start van de opleiding is steeds in de oneven academiejaren. De eerstvolgende lichting start in het academiejaar 2023-2024.

Er wordt afwisselend online en fysiek lesgegeven:

  • de lessen op dinsdagavond (18.45 - 21.45 uur) gaan online door
  • de lessen op zaterdagvoormiddag (9.00 - 13.00 uur) vinden plaats op de Stadscampus.

Alle  lessen worden opgenomen. Voor deze opnames zijn we afhankelijk van de techniek. Indien er problemen opduiken die op dat moment niet opgelost kunnen worden, zal er geen opname beschikbaar zijn. De opnames worden na het aflopen van de module ter beschikking gesteld van de deelnemers.

Het minimum aantal deelnemers wordt vastgelegd op 20. Het maximum aantal deelnemers wordt vastgelegd op 40.
Schrijf je zo snel mogelijk in en betaal het studiegeld. Wordt het minimum aantal deelnemers niet bereikt dan zijn wij genoodzaakt om de opleiding te annuleren. 

Per module worden er gemiddeld vijf lesweken van zeven contacturen voorzien. Studenten kunnen kiezen om meteen alle modules te volgen dan wel de verschillende modules te spreiden over twee of meerdere jaren.
Deelnemers zijn niet verplicht om het totale postgraduaat te volgen. Alle modules kunnen apart gevolgd worden als micro-credential

Opleiding

Het postgraduaat in het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht is een opleiding van 27 studiepunten. Het programma is onderverdeeld in zes modules en een eindwerk die samen het volledige programma vormen.

Het programma kan ook deeltijds gevolgd worden. Studenten kunnen kiezen om meteen alle modules te volgen dan wel de verschillende modules te verspreiden over twee of meerdere jaren of slechts enkele modules naar keuze (micro-credential) op te nemen. De deelnemer ontvangt in dat geval een getuigschrift per micro-credential die met succes werd afgelegd.
De lessen worden voorbereid door de deelnemer en verlopen op interactieve wijze. Daarnaast wordt van elke student per module een paper verwacht omtrent een opgelegd onderwerp.

Doelstellingen

Van een student die de postgraduaat-opleiding in het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht heeft gevolgd, wordt verwacht dat deze:

  • een grondige kennis heeft van de grondslagen, de structuren, de methodologie en de systematiek van het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht en de vaardigheden bezit om die kennis toe te passen;
  • inzicht heeft in het schadevergoedingsrecht, de schadeloosstelling, de wijze van schade-evaluatie en die inzichten kan toepassen op concrete situaties;
  • inzicht heeft in de rol van de verschillende actoren binnen het aansprakelijkheids-, schadevergoedings- en verzekeringsrecht;
  • inzicht heeft in de kenmerken en de werking van de verschillende verzekeringsproducten op de (Belgische) markt;
  • inzicht heeft in de werking en functie van de verschillende (buiten)gerechtelijke (schaderegeling)procedures;
  • een wetenschappelijke attitude heeft, door verbanden te kunnen leggen tussen de in de verschillende modules aangereikte kennis en door kennis te kunnen vinden in wetenschappelijke publicaties en databanken;
  • voortdurende aandacht heeft voor de verbanden tussen het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht;
  • kritisch kan reflecteren over de juridische en maatschappelijke aspecten van het aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht;
  • op heldere en kritische wijze kan rapporteren en mondeling kan presenteren;
  • openstaat voor de internationale aspecten van en invloeden op het aansprakelijkheidsrecht en verzekeringsrecht.

Lesgevers

Iedere module heeft een eigen modulecoördinator die de inhoud en kwaliteit van nabij opvolgt. Een aantal lessen wordt gegeven door gastsprekers. De rijke beroepservaring van deze externe lesgevers betekent een grote meerwaarde voor de opleiding.

Het universitaire karakter van het postgraduaat wordt gewaarborgd door het kwaliteitssysteem van de Universiteit Antwerpen onder toezicht van de academisch verantwoordelijken.

Evaluatie en getuigschrift

Studenten die alle modules volgen én een eindverhandeling schrijven, ontvangen hiervoor een getuigschrift van ‘Postgraduaat in het aansprakelijkheidsrecht en verzekeringsrecht’ van de Universiteit Antwerpen. Een student kan ook één of enkele modules volgen. De deelnemer ontvangt in dat geval een attest per micro-credential die met succes werd afgelegd.

Voor iedere module wordt een paper (max. 5 p.) geschreven omtrent een opgelegd onderwerp. Het betreft hier verschillende opdrachten (bv. casus oplossen, opstellen van een overeenkomst of advies, uitwerken van een stelling) zodat de deelnemer getraind wordt in verschillende vaardigheden. Deze opdrachten worden bovendien deels geput uit de actualiteit zodat de student verplicht wordt om de actualiteit ter zake te volgen.

Tot slot kan van de studenten in bepaalde gevallen hun aanwezigheid verwacht worden op bijkomende studie-activiteiten van de Antwerp Liability Law and Insurance Chair (ALLIC) en/of derden.

Voor het behalen van het getuigschrift wordt een absoluut minimale aanwezigheid van 50% vereist per module. Indien de deelnemer minder dan 65% op één of meerdere module(s) aanwezig is, moet voor de betreffende module(s) waarvoor dit aanwezigheidspercentage niet wordt behaald, een (bijkomende) paper worden geschreven, waarvan het onderwerp door de desbetreffende modulecoördinator wordt bepaald.

Wettige afwezigheden tellen niet mee in de berekening van dit percentage.
Het achteraf bekijken van de opgenomen lessen (binnen de maand na afloop van het einde van de respectievelijke module) telt tevens mee voor uw aanwezigheidspercentage.

Extra activiteiten

ALLIC organiseert jaarlijks enkele studieactiviteiten. De bedoeling is dat de deelnemers van de postacademische vorming deze activiteiten eveneens volgen in het kader van hun opleiding.

Toegang voor de studenten van het postgraduaat tot deze activiteiten is gratis.

Module 1: Aansprakelijkheid

Eindcompetenties

  • een inleidende wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de bronnen, basisconcepten en basisprincipes van het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht;
  • een grondige wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de verschillende aansprakelijkheidsgronden;
  • inzicht verwerven in de samenhang en verhouding tussen de verschillende aansprakelijkheidsgronden;
  • het uitbouwen van een wetenschappelijke attitude inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan;
  • inzicht verwerven in de regelgeving;
  • het assimileren van nieuwe en evoluerende rechtsregels binnen de (Europese) wetgeving, de rechtspraak en rechtsleer;
  • een kritische houding aannemen ten aanzien van de voortschrijdende Europese invloed op het aansprakelijkheidsrecht;
  • de attitude verwerven om op een wetenschappelijk verantwoorde wijze juridische aansprakelijkheidsproblemen te onderkennen, te analyseren en op te lossen;
  • een grondige wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de verschillende causaliteitstheorieën;
  • grondig inzicht verwerven in de draagwijdte van de heersende causaliteitstheorie zoals die wordt toegepast in de rechtspraak en de doctrine;
  • inzicht verwerven in het onderscheid tussen en de juridische gevolgen van de verschillende causaliteitstheorieën;
  • het uitbouwen van een kritische en wetenschappelijke attitude ten aanzien van de mogelijke beperkingen en maatschappelijke gevolgen van de keuze voor bepaalde causaliteitstheorieën;
  • het assimileren van nieuwe en evoluerende causaliteitstheorieën binnen de (Europese) wetgeving, de rechtspraak en rechtsleer;
  • een kritische houding aannemen ten aanzien van het buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht.

​Inhoud​​

In deze module komen aan bod:

  • de recente wetgeving en de ontwikkelingen in de rechtspraak op het gebied van het aansprakelijkheidsrecht;
  • de kwalificatie en de toepassingsvoorwaarden van de verschillende aansprakelijkheidsgronden, zowel voor eigen gedrag, andermans gedrag, als voor zaken;
  • specifieke aansprakelijkheidsregimes voor (de) overheid(personeel), de aansprakelijkheid van vrijwilligers en de aansprakelijkheid in ondernemingsverband;
  • de gekwalificeerde fouten binnen het aansprakelijkheidsrecht;
  • de rechtvaardigingsgronden en hun (onderscheiden) toepassing op de verschillende aansprakelijkheidsgronden;
  • de verschillende causaliteitstheorieën die binnen een Europese context het aansprakelijkheidsrecht beheersen: de equivalentietheorie, de adequatietheorie, de theorie van de efficiënte oorzaak, de theorie van de rechtstreekse en onmiddellijke gevolgen en de theorie van de toerekening naar redelijkheid;
  • een grondige analyse van de equivalentieleer zoals die door de feitenrechtspraak en het Hof van Cassatie wordt vorm gegeven;
  • de vaak complexe problematiek die ontstaat bij de samenloop of pluraliteit van oorzaken: fout van het slachtoffer, fout van een derde, overmacht, tussenkomst van een wettelijke verplichting;
  • de te hanteren verdeelsleutel(s) bij een pluraliteit van oorzaken;
  • specifieke professionele aansprakelijkheidsregimes (o.a. aansprakelijkheid van de advocaat, aansprakelijkheid in de medische sector);
  • specifieke aansprakelijkheidsregimes op het gebied van onder andere productaansprakelijkheid, aansprakelijkheid voor voedingsproducten, milieu-aansprakelijkheid, cyberrisks, terrorisme en brand en ontploffing.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk:

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente Evaluatie
  • procesevaluatie
  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2023 (geactualiseerde versie voor studenten) 

Module 2: Schade en schadeloosstelling

Eindcompetenties

  • De basisbegrippen en structuren van schade en schadeloosstelling en van de grondslagen en beginselen waarop deze zijn gebaseerd, kunnen herkennen en verwoorden;
  • het uitbouwen van een grondige wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis over schade en schadeloosstelling;
  • grondig inzicht verwerven in de samenhang, de verbanden en de verhoudingen tussen de verschillende vormen van schade en schadeloosstelling;
  • een kritische houding aannemen ten aanzien van de bestaande inzichten omtrent schade en schadeloosstelling;
  • de verworven kennis en inzichten kunnen toepassen op praktische gevallen en antwoorden kunnen motiveren en beargumenteren;
  • het uitbouwen van een wetenschappelijke en kritische attitude inzake het opsporen en bestuderen van bronnen.

Inhoud

In deze module komen aan bod:

  • de algemene regels met betrekking tot schade en schadeloosstelling (conceptuele kader, bronnen, basisbegrippen, structuur, methodologie en doelstellingen);
  • de ontvankelijkheids- en de gegrondheidsvoorwaarden voor het bestaan van vergoedbare schade;
  • de basisregels in verband met schadeloosstelling (beoordelingstijdstip van de schade, soorten interesten, voorbeschiktheid van het slachtoffer, schadebeperkingsplicht, voordeelstoerekening…);
  • de verschillende soorten schadeposten die door de rechtspraak, rechtsleer en de Indicatieve Tabel erkend worden en hun vergoedingswijzen (kapitalisatie, indexatie, puntsgewijs);
  • de specifiek inzichten omtrent evaluatie van persoonsschade enerzijds en zaakschade anderzijds;
  • een kritische analyse van de verschillende medische en juridische evaluatiesystemen (zoals de Indicatieve Tabel);
  • de samenloop tussen verschillende schadevergoedingsstelsels zoals de sociale zekerheid en de ziekteverzekering;
  • alternatieve vormen van schadeloosstelling zoals schadefondsen, fundraising en/of forfaitaire schadevergoedingen.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk:

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente evaluatie
  • procesevaluatie
  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2023 (geactualiseerde versie voor studenten) 

Module 3: Bijzondere aspecten van het verzekeringsrecht

Eindcompetenties

  • Een wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de bronnen, basisconcepten en basisprincipes van het algemene verzekerings(contracten)recht en de verzekeringsdistributie;
  • het uitbouwen van een wetenschappelijke attitude inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan;
  • inzicht verwerven in de uiteenlopende wet- en regelgeving inzake (her)verzekering en verzekeringsdistributie;
  • het assimileren van nieuwe en evoluerende rechtsregels binnen de (Europese) wetgeving, de rechtspraak en rechtsleer;
  • de attitude verwerven om op een wetenschappelijk verantwoorde wijze juridische problemen en vragen inzake verzekeringscontracten te onderkennen, te analyseren en op te lossen;
  • een kritische houding aannemen ten aanzien van de verschillende lacunes en vragen die bestaan in het kader van geldende Belgische en Europese regelgeving inzake verzekeringscontracten en verzekeringsdistributie;
  • inzicht verwerven in de impact van diverse maatschappelijke evoluties en ontwikkelingen op de verzekeringssector en (her)verzekeringscontracten.

Inhoud

In deze module komen aan bod:

  • de algemene principes inzake de totstandkoming van een verzekeringsovereenkomst (segmentatiebeleid, aanbod, polisvoorwaarden, informatieverplichtingen, …);
  • de problematiek van de uitsluitingen en het verval van recht;
  • de verplichtingen van de verzekeringnemer en de verzekerde gedurende de looptijd van het contract;
  • de verplichtingen van de verzekeraar gedurende de looptijd van het contract;
  • de problematiek van de wijzigingen van bijvoorbeeld de premie of de algemene voorwaarden in de loop van de overeenkomst;
  • de beëindigingswijzen van de verzekeringsovereenkomst;
  • de problematiek van big data en privacybescherming;
  • de verschillende soorten verzekeringstussenpersonen en hun juridisch statuut;
  • de juridische kwalificatie van de rechtsverhoudingen tussen de tussenpersonen, de verzekeraars en de consumenten;
  • de verschillende (buiten)contractuele (informatie)verplichtingen die op de verzekeringstussenpersoon rusten;
  • de collectieve verzekeringen;
  • de werking en noodzaak van de (internationale) mede- en herverzekeringsmarkten;
  • de vervagende grenzen tussen herverzekeren en kapitaalmarktactivietiten;
  • de (internationale) rechtsbronnen die het herverzekeringsrecht beheersen;
  • proportionele en niet-proportionele herverzekeringscontracten;
  • bijzondere herverzekeringsclausules zoals: quota-share, surplusherverzekering, stop-loss,…;
  • de techniek van het retrocederen;
  • de algemene actuariële en fiscale beginselen die van toepassing zijn op alle verzekeringsovereenkomsten.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk:

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente evaluatie
  • procesevaluatie
  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek Verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2016 

Module 4: Persoonsverzekeringen

Eindcompetenties

  • Een inleidende kennis verwerven in de verschillende toepassingsvormen van de persoonsverzekering;
  • de maatschappelijke relevantie van het verzekeren van persoonsgebonden risico’s erkennen en hierover op een relevante manier input kunnen geven
  • basisinzichten verwerven in de actuariële principes die aan het persoonsverzekering ten grondslag liggen;
  • inzicht verwerven in de regelgeving op Belgische en Europees niveau, met linken naar het sociaal en fiscaal recht en
  • het uitbouwen van een wetenschappelijke attitude inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan.

Inhoud

In deze module wordt stilgestaan bij:

  • de gemeenschappelijke bepalingen voor alle persoonsverzekeringen;
  • de basistechnieken die ten grondslag liggen aan de persoonsverzekeringen en in het bijzonder de verschillende verschijningsvormen van de levensverzekering (tak 21, 23, 26). Zo wordt onder meer aandacht besteed aan:
    • de actuariële principes voor het kwantificeren van het overlijden- en lang leven-risico;
    • de verschillende verschijningsvormen van de levensverzekering en de daarmee samenhangende kwalificatieproblemen (beleggingsproduct of verzekering?);
    • gewaarborgd kapitaal;
    • renterekeningen en sterftetafels;
    • de berekening van wiskundige reserves;
    • reductiewaarde en afkoopwaarde
  • de schuldsaldoverzekering;
  • de rechten van de verzekeringnemer in de levensverzekering: recht van begunstiging, herroeping, afkoop, reductie, voorschot, inpandgeving;
  • de rechten van de begunstigde en zijn erfgenamen;
  • de familiaal vermogensrechtelijke en erfrechtelijke aspecten van de persoonsverzekering;
  • de fiscale aspecten van de persoonsverzekering;
  • de privaatrechtelijke aspecten van de persoonsverzekering;
  • de individuele ziekteverzekeringsovereenkomst;
  • de invaliditeitsverzkering
  • de collectieve ziekteverzekeringsovereenkomst en het individuele voortzettingsrecht;
  • de groepsverzekeringen, in het bijzonder:
    • de verschillende soorten groepsverzekeringen;
    • de verhouding tussen de groepsverzekeringen en de sociale zekerheid;
    • de Wet aanvullende pensioenen;
    • het toepasselijk recht op de groepsverzekeringen;
    • de rechten, plichten en bescherming van de verzekerden, verzekeringnemer en verzekeraar in de groepsverzekering;
    • de civielrechtelijk grondslagen van de groepsverzekering en de verschillende rechtsverhoudingen die de groepsverzekering creëert;
    • de huwelijksvermogensrechtelijke knelpunten van de groepsverzekering
  • het concept van de vermogensplanning.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk:

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente evaluatie
  • procesevaluatie
  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek Verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2016

  1. ·         [endif]Een inleidende kennis verwerven in de verschillende toepassingsvormen van de persoonsverzekering;
  2. ·         [endif]De maatschappelijke relevantie van het verzekeren van persoonsgebonden risico’s erkennen en hierover op een relevante manier input kunnen geven
  3. ·         [endif]Basisinzichten verwerven in de actuariële principes die aan het persoonsverzekering ten grondslag liggen;
  4. ·         [endif]inzicht verwerven in de regelgeving op Belgische en Europees niveau, met linken naar het sociaal en fiscaal recht;het uitbouwen van een wetenschappelijke attitude inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan.

Module 5: Schadeverzekeringen

Eindcompetenties

  • Een wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de bronnen, basisconcepten en basisprincipes van het (schade)verzekeringsrecht;
  • een wetenschappelijke en praktijkgerichte kennis verwerven van de verschillende soorten schadeverzekeringen;
  • inzicht verwerven in de samenhang en verhouding tussen de verschillende soorten schadeverzekeringen;
  • het uitbouwen van een wetenschappelijke attitude inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan.

Inhoud

Deze module spitst zich toe op het juridisch kader dat de schadeverzekering beheerst. Hierbij wordt ingegaan op de bijzondere regels van het schadeverzekeringsrecht. Daarbij komen o.m. aan bod:

  • het indemniteitsbeginsel met de principes van indeplaatsstelling, oververzekering, onderverzekering en samenloop van verzekeringen;
  • bijzondere regels i.v.m. bepaalde schadeverzekeringen, zoals zaakverzekeringen en krediet- en borgverzekeringen;
  • aansprakelijkheidsverzekeringen met bijzondere aandacht voor de (rechts)verhouding tussen de verzekerde/verzekeringnemer, benadeelde  en de verzekeraar;
  • aansprakelijkheidsdekking in de tijd en de ruimte en opeenvolgende verzekeringen;
  • de leiding van het geschil;
  • de rechtstreekse vordering;
  • tegenstelbaarheid van excepties;
  • rechten van verhaal.

Vervolgens worden de bijzondere regels die een aantal schadeverzekeringen beheersen grondig geanalyseerd. Daarbij komen in het bijzonder aan bod:

  • de gezinsaansprakelijkheidsverzekering (BA Privéleven);
  • de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid van ondernemingen (BA Uitbating en BA Na Levering);
  • de professionele aansprakelijkheidsverzekering (BA Beroepen);
  • de verplichte aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (BA Autoverzekering);
  • de verzekering Alle Bouwplaats Risico’s (ABR-verzekering) en andere verzekeringen in de bouwsector;
  • de brandverzekering met inbegrip van de verzekering tegen natuurrampen;
  • de rechtsbijstandverzekering;
  • de kredietverzekering;
  • specifieke aansprakelijkheidsverzekeringen (milieuverzekeringen, gsm-verzekeringen, …);
  • nieuwe risico’s.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente evaluatie
  • procesevaluatie
  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek Verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2016

Module 6: Geschillenbeslechting en toezichtsmechanismen

Eindcompetenties

  • Grondige en wetenschappelijke kennis ontwikkelen van het (internationaal) burgerlijk procesrecht en het bewijsrecht, specifiek toegepast op aansprakelijkheids- en verzekeringsprocedures;
  • kritisch kunnen interpreteren en analyseren van de regelgeving en evoluerende rechtspraak;
  • inzicht verwerven in de processuele samenhang tussen de burgerlijke- en strafprocedures in een aansprakelijkheids- en verzekeringscontext;
  • inzicht verwerven in de geldende verjaringsregels;
  • inzicht verwerven in de bewijsregels en bewijsmiddelen;
  • de plaats en rol van de verschillende partijen (schadelijder, verzekeraar, verzekerde) in de procedure kritisch kunnen analyseren;
  • een wetenschappelijke attitude verder uitbouwen inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan;
  • inzicht verwerven in het procedureverloop;
  • inzicht verwerven in de verschillende rechtsgevolgen van de verschillende procedures;
  • grondige en wetenschappelijke kennis ontwikkelen van de verschillende alternatieve geschilbeslechtingsmethodes;
  • inzicht verwerven in de rol van alternative dispute resolution (ADR) binnen het gerechtelijk apparaat en in het bijzonder binnen het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht;
  • inzicht verwerven in de verschillende alternatieve geschilbeslechtingsprocedures en de rol van betrokken actoren;
  • het assimileren van nieuwe en evoluerende alternatieve geschilbeslechtingsprocedures;
  • grondige en wetenschappelijke kennis ontwikkelen van  gedrags-, prudentieel- en producttoezicht op de verzekeringssector;
  • grondige en wetenschappelijke kennis ontwikkelen van het nationale en Europese juridische toezichtkader;
  • grondige en wetenschappelijke kennis ontwikkelen van de werking van de toezichthoudende autoriteiten (FSMA, Nationale Bank van België en EIOPA);
  • kritisch kunnen interpreteren en analyseren van het verzekeringstoezicht na de invoering van het Twin Peaks-model, Solvency II en de IDD;
  • een wetenschappelijke attitude verder uitbouwen inzake opsporen van bronnen en kritische studie ervan;
  • inzicht verwerven in het toepassingsgebied en de draagwijdte van de toezichtregels, alsook in recente trends en tendenzen in het verzekeringstoezicht;
  • helder en eenvoudig kunnen communiceren over de vaak complexe en technische materie.

Inhoud

In deze module komen de volgende topics aan bod:

  • de procesrechtelijke aspecten van het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht. Daarbij komen in het bijzonder aan bod:
    • de rol en de rechten van de verschillende partijen in de procedure (leiding van het geschil, belangenconflicten, class actions, etc.);
    • de processuele samenhang tussen de burgerlijke- en de strafprocedures;
    • bevoegdheidsvragen met inbegrip van vraagstukken van internationaal privaatrecht;
    • de beslechting van internationale aansprakelijkheids- en verzekeringsgeschillen;
    • verjaringstermijnen met bijzondere aandacht voor de wederzijdse invloed van het aansprakelijkheidsrecht en het verzekeringsrecht;
    • administratieve procedures bij de Raad van State;
  • alternatieve geschillenbeslechtingsmethodes (ADR) zoals:
    • arbitrage;
    • conventies tussen verzekeraars;
    • de ombudsman van de verzekeringen;
    • Europese kwaliteitscriteria voor een deugdelijke ADR;
    • de vaststellingsovereenkomst;
  • het burgerlijk bewijsrecht, met name:
    • bewijsmiddelen en bewijswaardering;
    • bewijsregels en bewijslast;
    • het bewijsrecht in de context van het aansprakelijkheidsrecht;
  • het overheidstoezicht op de verzekeringssector. Daarbij komen in bijzonder aan bod:
    • het wettelijke en reglementaire kader van het toezicht op de verzekeringssector (Solvency II, IDD, PRIIPs, etc.), waaronder het prudentieel-, gedrags- en producttoezicht;
    • de rol en functie van toezichthouders (Nationale Bank van België, FSMA, EIOPA)
    • het vergunningsregime en het "Europees paspoort" voor verzekeringsondernemingen en verzekeringstussenpersonen;
    • de organisatie van het toezicht op verzekeringsondernemingen, verzekeringsgroepen en verzekeringstussenpersonen;
    • recente trends en tendenzen in het verzekeringstoezicht, zoals bijvoorbeeld duurzaamheid, digitalisering en herstel en afwikkeling
    • de wisselwerking tussen overheidstoezicht en privaatrechtelijke bescherming.

Gebruikte werkvormen

Contactmomenten:

  • oefeningensessies
  • seminarie/werkcollege

Eigen werk

  • begeleide zelfstudie (eventueel met responsiecolleges)

Gebruikte evaluatievormen

  • permanente evaluatie

  • procesevaluatie

  • schriftelijk werkstuk

Studiemateriaal

  • lesdocumenten van de respectievelijke docent
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek Verzekeringsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2016
  • T. Vansweevelt en B. Weyts, Handboek buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht, Antwerpen, Intersentia, 2023 (geactualiseerde versie voor studenten)