Wat kan je na de jaarcursus Japans 1?

  1. Je kan hiragana en katakana lezen én schrijven.
  2. Je kan communiceren met moedertaalsprekers. Hiervoor verwerf je niet alleen de nodige ‘bouwblokken’, de noodzakelijke woordenschat en grammatica. Je leert ook de nodige strategieën inzetten om met een beperkte kennis van de taal succesvol te communiceren.
  3. Je kan de taal inzetten in authentieke taalsituaties: naar de winkel gaan, de weg vragen, iets kopen op straat, iets bestellen in een restaurant, een afspraak maken...
  4. Je kan informatie geven over jezelf en informatie vragen aan anderen over gezins- en beroepsleven, hobby’s en vrije tijd,...

Wat kan je na de jaarcursus Japans 2?

  1. Je kan vlot Japans lezen en schrijven, zowel hiragana als katakana. Je kan ook 199 woorden in kanji (Chinese tekens) herkennen en 59 woorden schrijven en lezen.
  2. Je kan vlot en uitgebreid over jezelf vertellen. Nieuwe thema’s zoals (reis)ervaringen, toekomstplannen en ziek zijn komen aan bod. Je leert ook je mening uitdrukken en je gevoelens beschrijven.
  3. Je kan Japans inzetten in authentieke taalsituaties: de weg vragen, een brief of e-mail lezen, een uitstap organiseren...
  4. Je hebt kennis gemaakt met de familiaire omgangstaal waardoor je Japanse liedjes en films beter begrijpt.

Bovenstaande doelstellingen worden gerealiseerd met oog voor de cultuur en de samenleving waarin de taal wordt gesproken.
De focus is niet enkel het opbouwen van een basiskennis, maar ook het verwerven van vaardigheden om zelfredzaam te zijn in Japan.