“Tekencheck na tuinactiviteiten is goed idee”

Eén op vijf teken die in de tuin gevonden wordt, kan ziekte van Lyme veroorzaken 

In 44 procent van de deelnemende Vlaamse tuinen werd tijdens het onderzoeksproject Teek a Break minstens één teek gevonden. Bijna 20 procent van de gevonden beestjes was besmet met de bacterie die de ziekte van Lyme kan veroorzaken. “Net zoals na een wandeling in het bos is een tekencontrole na een tuinactiviteit aangeraden”, zegt Käthe Robert (UAntwerpen).

Teek a Break is een burgerwetenschappelijk onderzoek naar teken. Het maakte deel uit van het Europese project NorthTick, dat duurzame oplossingen zocht voor het stijgend aantal infecties door tekenbeten, voornamelijk voor de ziekte van Lyme. Burgers werd gevraagd met een zelfgemaakte tekenvlag teken in de eigen tuin te vangen, in te vriezen en op te sturen naar de Universiteit Antwerpen.

Vaker tussen bladeren dan in gras

Het onderzoek werd uitgevoerd in 185 tuinen, waarvan het grootste deel (6 op 10) landelijke tuinen waren. In bijna de helft van de tuinen (44%) werd minstens één teek aangetroffen. Alles samen verzamelden de deelnemers 1162 teken. Bij 94,7% van de 1162 teken ging het om de schapenteek (Ixodes ricinus).

In 44 procent van de onderzochte tuinen werd minstens één teek gevonden.

“Zoals verwacht werden er meer teken verzameld in de lente en de zomer dan in de herfst”, legt Käthe Robert uit. “Teken werden niet het vaakst aangetroffen in het gras, maar meer in afgevallen bladeren en in stukjes wilde vegetatie of braakliggende grond.”

484 van de ingestuurde teken werden getest op de aanwezigheid van een ziekteverwekker. 34,1% van die geteste beestjes bleek besmet met minstens één pathogeen. De bacterie Borrelia burgdorferi s.l., die de ziekte van Lyme kan veroorzaken, kwam voor in 19,6% van de teken. Robert: “Dat cijfer is vergelijkbaar met teken die in bossen in Vlaanderen en het buitenland gevonden worden. De bacterie kwam statistisch vaker voor in tuinen met meer natuurlijke gastheren (met name vogels) en dook minder op in tuinen met honden.”

Geen pleidooi voor verharding

De onderzoekers concluderen dat er een klein maar niet onbelangrijk risico is op teken in tuinen. “We pleiten geenszins voor het verharden of het zeer kort maaien van de tuin”, zegt Robert. “Maar mensen zouden zich bewust moeten zijn van de mogelijke aanwezigheid van teken, vooral in ruwere hoekjes, die wel belangrijk zijn voor de biodiversiteit.”

34 procent van de geteste teken bleek besmet met minstens één pathogeen.

Eerder onderzoek toonde al aan dat mensen in hun tuin minder vaak beschermende maatregelen tegen teken nemen dan wanneer ze in bossen of natuurgebieden gaan wandelen. Aandacht voor beschermende kledij en vooral het controleren op tekenbeten na activiteiten is dus zeker aan te raden, vooral in landelijke tuinen.

Sciensano zet het onderzoek naar teken in tuinen verder en breidt het uit naar heel België. Zij leggen de focus nog meer op de impact van weersomstandigheden zoals temperatuur, luchtvochtigheid en wind, waarvoor dezelfde tuinen langere tijd opgevolgd zullen worden. Meer info op www.tekennet.be.

www.uantwerpen.be/teek-a-break