Socioculturele diversiteit

Dit werkpakket houdt zich bezig met het onderzoeken van begrafenisnoden en sociaal-culturele praktijken van rouwverwerking in een superdiverse samenleving, evenals met de veelheid aan thema's en uitdagingen die die noden en praktijken met zich meebrengen. De drie onderzoeksdoelen van dit werkpakket zijn:

(1) het onderzoeken van de uitdagingen waarmee de uitvaartsector wordt geconfronteerd in een diversifiërende samenleving

(2) kwantitatief meten van de uitvaartbehoeften en -voorkeuren van die groepen die vandaag de dag onvoldoende aan bod komen in wetgeving en beleid

(3) het etnografisch onderzoeken van lokale en transnationale begrafenispraktijken onder Belgische moslimgemeenschappen en hun lokale behoeften aan inclusie.

Met betrekking tot onderzoeksdoelstelling 1 en 2 zullen we zowel kwantitatieve als kwalitatieve methodes gebruiken om een uitgebreid inzicht te krijgen in de begrafenisnoden van moslim- en joodse gemeenschappen in Vlaanderen, hun keuze voor een begraafplaats en de sociale, culturele, politieke, juridische en logistieke obstakels waarmee ze geconfronteerd worden. We zullen verder onderzoeken hoe verschillende stakeholders - waaronder gemeenten, begrafenisondernemers en begraafplaatsbeheerders en -verzorgers - reageren op deze uitdagingen, en op welke manieren spanningen of conflicten in het proces ontstaan.

Onderzoekslijn 3 zal tot stand komen door etnografisch veldwerk in samenwerking met verschillende respondenten uit de Belgische moslimgemeenschappen en leden/collectieven uit de islamitische begrafenissector doorheen het land, in de hoop inzicht te krijgen in de bestaande hiaten in en vereisten voor de (betere) accommodatie van moslimbegraafplaatsen, -rituelen en -uitvaarten. Het zal ook een diepgravend onderzoek omvatten naar hoe noties van zorg, verlies, rouw, identiteit en erbij horen (naast een veelheid aan andere opkomende thema's) zich manifesteren binnen en rond deze ruimtes, praktijken, interacties en reflecties. De derde doelstelling zal ook alternatieve kaarttechnieken (zoals affect mapping) en 'photo-voice'-benaderingen gebruiken om de bovengenoemde etnografische inspanning aan te vullen en uit te breiden, in een poging om de deelnemers aan het project nog meer te betrekken bij de co-creatie en coproductie van het project.