 
	Kinderreuma (juveniele idiopathische arthritis) treft 1 à 2 op 1000 kinderen en veroorzaakt pijnlijke gewrichtsontstekingen die deze kinderen hun dagelijks leven ernstig beperken. Naast de fysieke weerslag van de ziekte, mogen ook de sociale en psychologische weerslag op het kind en diens gezin niet vergeten worden.
De huidige behandelingen zijn zwaar: injecties, immuniteitsremmende medicatie en intensieve kinesitherapie. Bovendien blijft het moeilijk te voorspellen wanneer de ziekte opflakkert of welke therapie het best werkt voor elk kind. Door de verschillende vormen van kinderreuma is een beter begrip van de biologische verschillen van cruciaal belang voor een betere diagnose en optimale therapie.
Via een network van Antwerpse ziekenhuizen (UZA en ZAS) en in samenwerking met het UZBrussel en UZGent bekomen we het gewrichtsvocht van kinderen en volwassenen met reuma. Ons onderzoek wil via geavanceerde analyses van dit gewrichtsvocht de biologische processen achter de ziekte ontrafelen. We combineren celonderzoek met AI en bioinformatica om beter te begrijpen hoe ontstekingen ontstaan, wat de rol is van infecties, en hoe we kinderreuma kunnen onderscheiden van gelijkaardige aandoeningen zoals Lyme.
Met deze kennis willen we de diagnose verfijnen en de behandeling personaliseren — zodat kinderen hun vrijheid en levenskwaliteit terugkrijgen.