Onderzoeksgroep
Expertise
Glen Joris is communicatiewetenschapper aan de Universiteit Antwerpen, waar hij als postdoctoraal onderzoeker en lab manager verbonden is aan het Antwerp Social Lab. Hij ondersteunt er onderzoekers bij psychofysiologisch en gedragsonderzoek, met een brede interesse in sociaal-wetenschappelijke methodologie en experimentele technieken. Zijn onderzoek focust op de interactie tussen digitale technologieën en gebruikers, met aandacht voor algoritmes, nieuwsdiversiteit, desinformatie en dataprivacy. Glen behaalde zijn doctoraat aan de Universiteit Gent (imec-mict-UGent), waar hij onderzocht hoe aanbevelingsalgoritmes kunnen bijdragen aan een gevarieerd nieuwsaanbod. Hij combineerde hiervoor systematische literatuurstudies, surveys en grootschalige webexperimenten. Glen is betrokken bij verschillende onderzoeksprojecten. Hij is project manager van het FWO-project Interacting minds, interacting bodies (2022–2026) rond psychofysiologische sensortechnologieën, en werkt als postdoctoraal onderzoeker aan het Horizon Europe-project EYE-TEACH (2025–2028) over eye-tracking en AI in het onderwijs. Daarnaast was hij hoofdindiener van de projecten COM-PRESS (2022–2025) over desinformatie en beeldmanipulatie, Solid4Media (2023–2026) over gedecentraliseerd databeheer in de mediasector en MIA (2025-2026) over impliciete merkassociaties in de advertentie-industrie.
			
					
			Impliciete merkassociaties meten aan de hand van autonome zenuwactiviteit.
			
															
					
	
	
			Abstract
In consumentonderzoek is het meten van de impliciete emotionele reacties en attitudes van consumenten tegenover marketingmateriaal (bijvoorbeeld merken) cruciaal voor het begrijpen van de processen die ten grondslag liggen aan menselijke besluitvorming. Dit project introduceert een nieuwe methode voor het beoordelen van impliciete merkassociaties door te kijken naar activiteit van het autonome zenuwstelsel. Met behulp van draagbare, niet-invasieve sensoren worden fysiologische signalen gemonitord, zoals huidgeleiding en pupilverwijding, die onbewuste cognitief-emotionele reacties weerspiegelen. In tegenstelling tot neuro-imagingtechnieken (bijvoorbeeld EEG of fMRI) die gespecialiseerd materiaal en expertise vereisen, legt deze aanpak de nadruk op toegankelijkheid en schaalbaarheid. Door autonome markers als indicatoren van impliciete processen te benutten, kunnen onderzoekers merkassociaties efficiënt meten met hoge ecologische validiteit, waardoor de methode geschikt is voor grootschalige toepassingen, onder meer in de advertentie-industrie.Onderzoeker(s)
- Promotor: Poels Karolien
- Co-promotor: Joris Glen
- Co-promotor: Rudnicki Konrad
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject