Abstract
Dit onderzoeksproject onderzoekt hoe decolonialiteit kan bijdragen aan juridische wetenschap om gelijkheid, rechtvaardigheid en billijkheid in Europa te bevorderen. Het dekoloniale kader laat zien hoe dominante wereldbeelden, voornamelijk gevormd door Europese waarden, normen en kennis, de perspectieven van voormalige kolonies blijven achterstellen. Het onderzoek wil deze ongelijkheid herstellen door gemarginaliseerde perspectieven een stem te geven en compensatie voor hun marginalisering te bevorderen. In Europa wint dekoloniale benaderingen terrein, ook in juridische studies. Dit onderzoek identificeert "Europese postkoloniale zaken" in het internationaal privaatrecht (IPR), die staats-, gewoonte- of religieuze wetten uit voormalige kolonies betreffen in persoonlijke en familierechtelijke zaken. Deze zijn nog niet vanuit een dekoloniaal perspectief onderzocht. Daarnaast blijven methoden voor dekoloniaal juridisch onderzoek in Europa grotendeels onontgonnen. Dit project ontwikkelt een "postkolonialiteiten-inclusieve" methodiek voor IPR-theorie, regels en redenering in Europa, met België als casus. Deze methodiek is gebaseerd op het identificeren en toepassen van dekoloniale juridische onderzoeksmethoden, rekening houdend met de grenzen daarvan in een Europese context. Op deze manier heroverweegt het onderzoek niet alleen de behandeling van Europese postkoloniale zaken in het IPR, maar schept het ook een precedent voor de dekoloniale juridische wetenschap in Europa.
Onderzoeker(s)
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)