Het Middelnederlandse verhaal ‘Floris en Blancefloer’ op A2-niveau

In hun masterproef ontwikkelden Anne Remy en Laura Somers extra leesmateriaal voor een laaggeletterd volwassen publiek. Recent onderzoek toont aan dat er een gebrek is aan kwalitatief leesmateriaal voor die doelgroep. In navolging van Sofie Moors, die het 17de-eeuwse verhaal Genoveva en Sifroij reeds hertaalde, gingen zij aan de slag met de idyllische versie van Floris ende Blancefloer. Een verhaal geschreven door de 13de-eeuwse Vlaamse auteur Diederic van Assenede.

Op basis van wetenschappelijke literatuur hertaalden zij de tekst en ontwikkelden ze een handleiding vol didactische oefeningen om de tekst in een lescontext te behandelen. Op die manier bieden ze concrete handvaten en materiaal aan hun collega’s aan. Zowel de tekst als een deel van het didactisch materiaal werden uitgetest binnen een educatieve context. Dat konden ze doen bij Ligo, Antwerpen, het vroegere CBE of Centra voor Basiseducatie, waar zij in september 2021 startten als NT2-docenten. Die organisatie heeft het tot haar missie gemaakt om laaggeletterdheid bij volwassenen te verhelpen.

Zeer belangrijk om bewust van te zijn, is dat deze masterproef samen met de doelgroep verwezenlijkt is. Niet alleen hielpen zij bij de testrondes van de hertaalde tekst, maar verzorgden ze onder begeleiding ook de illustraties van het boek. Laura Vargas was eindverantwoordelijke voor de vormgeving. Het resultaat is bijgevolg een prachtig leesboek voor en bovenal door onze doelgroep.

Genoveva en Sifroij - Een 17de-eeuws verhaal in leesbare taal

De onderzoeksopzet was om een verhaal te ontwikkelen dat enerzijds cognitief uitdaagt en anderzijds op het taalniveau van het doelpubliek is geschreven. Uit deze opzet kwam als resultaat het boek Genoveva en Sifroij. Een 17de-eeuws verhaal in leesbare taal (2020), een verhaal op leesniveau A1/A2, geschreven door Sofie Moors met illustraties van Antoon Moors, voort. Het plot werd geput uit een rederijkerstoneeltekst De heylighe Genoveva (1664). Dit toneelstuk zit in een verzamelhandschrift dat door de Vlaamse regering als topstuk is erkend, maar nog niet werd onderzocht. Dit boek ontsluit voor het eerst eendeel en vult zo de lacune in le(e)smateriaal rond oude letterkunde gedeeltelijk op. 

Op die toegankelijkheid werd ingespeeld door de tekst, betreffende onder andere de inhoud, het niveau, de zinsbouw en de woordenschat, zo gepast mogelijk te maken. Steunend op de principes van design-based research werd de tekst nagelezen door meertaligen, die door hun ervaring in het leren van Nederlands, enkele pijnpunten konden aanduiden. 

Op de leesmotivatie werd ingespeeld door in de bijhorende didactische uitwerking ‘Lessuggesties bij Genoveva en Sifroij’ aandacht te hebben voor de leesbeleving. Belangrijk voor die leesmotivatie was dat, ondanks de eenvoudige taal, de tekst cognitief uitdagend bleef.