Beste professoren, assistenten en andere aanwezigen van de UA,
Beste ouders, familie en vrienden,
En natuurlijk: beste medestudenten,

Aan de pasafgestudeerden onder ons: eerst en vooral een dikke proficiat! Jullie kunnen het jullie misschien nog wel herinneren: het einde van jullie masterproefverdediging, het gevoel van “oké, dat is hier wel goed gegaan, ik ben ervan af en ik ga hier waarschijnlijk afstuderen – en hopelijk niet meer snel met zoveel stress voor een publiek moeten spreken...”  En awel, dat dacht ik dus ook, tot ik twee weken geleden telefoon kreeg van professor Franck, met de vraag of ik het zag zitten om te speechen op de proclamatie... En daar heb ik misschien iets te snel en zonder nadenken, ‘ja’ op gezegd. Want nu sta ik hier weer, met stress, voor een nog veel groter publiek…

Maar voor deze feestelijke gelegenheid maak ik graag een uitzondering: een avond die volledig staat in het teken van ons diploma.

En als ik terugdenk aan het begin van dit traject, kan ik me nog levendig herinneren hoe ik, met een gezonde portie nieuwsgierigheid, maar vooral niet goed wetend wat me te wachten stond, de aula’s hier exact twee jaar geleden binnenstapte. En wat volgde, was een golf aan nieuwe informatie en uitdagingen. 
Het schakeljaar, waarin we er al snel achter kwamen dat academisch schrijven… eigenlijk vooral academisch herschrijven betekent. Waar we begonnen te zweten bij het horen van woorden als ‘onderzoeksparadigma’s’, ‘Mann-Whitney U’ of ‘de verwachtingstheorie van Vroom’. Om nog maar te zwijgen van de uren tijd en stress die kwamen kijken bij de CAT-opdracht en het zorgproject. Of de nervositeit die we voelden bij het maken van een zoeksleutel in PubMed, waar je ofwel vijf… ofwel vijfduizend artikels als resultaat kreeg. Maar door “te allen tijde kalm te blijven” vormde dat pittige schakeljaar een sterke basis om ons masterjaar te starten.
Het masterjaar, waarin de brug werd geslagen tussen theorie en praktijk. Met onze masterproef, stage en verdiepende vakken binnen onze afstudeerrichting groeiden we steeds meer uit tot zorgprofessionals die een verschil willen maken in beleid, onderzoek en de klinische praktijk.

Wat dit traject ons geleerd heeft, is niet alleen kennis, vaardigheden en een hoop ervaringen, maar ook doorzettingsvermogen. Het is bewonderenswaardig te noemen hoe iedereen hier, ondanks drukke agenda’s, werk, gezin of andere persoonlijke uitdagingen, toch koos om dit traject aan te vatten en af te maken. Dat getuigt in mijn ogen van moed en vastberadenheid. En dus mogen we vandaag met recht en reden trots zijn: trots op onszelf, trots op elkaar en trots op het pad dat we samen hebben afgelegd. 

Natuurlijk mogen we de mensen die ons doorheen dit hele traject gesteund hebben niet vergeten. Ik denk dat ik namens ons allen mag spreken wanneer ik onze ouders, partners, familie en vrienden, die hier vanavond ook talrijk aanwezig zijn, ENORM BEDANKT. Dankjewel voor jullie onuitputtelijke en onvoorwaardelijke steun en vertrouwen. Voor al die keren dat jullie ons moed hebben ingesproken, examenstress hebben geïncasseerd, hebben nagelezen of gewoon enthousiast met ons hebben meegeleefd. 

En uiteraard wil ik ook zeker onze professoren en assistenten, hier vooraan aanwezig, bedanken. Eerst misschien nog een dankjewel voor jullie geduld tijdens de lesblokken van zeven tot negen, waar onze - of toch zeker mijn - aandacht niet altijd meer even scherp was, maar bovenal een dikke merci om mij en alle andere studenten hier aanwezig op jullie eigen manier te weten boeien en inspireren. Jullie deskundigheid heeft ons de nodige bagage gegeven om verder professioneel te kunnen groeien. Bedankt voor het bouwen aan deze unieke opleiding en tegelijkertijd aan onze toekomst.

Vandaag nemen we dus afscheid van ’t unief hier, maar niet van de ambitie en drive die ons hier gebracht heeft. Ik wens jullie allemaal een heel boeiende en succesvolle toekomst toe. En wie weet kruisen onze wegen elkaar nog eens: misschien in het werkveld, misschien daarbuiten, of misschien gewoon al op de receptie die we hier zometeen nog tegoed hebben.

Proficiat!

Laura Goorden