Onderzoeksgroep
Expertise
Jennifer Thewissen is gespecialiseerd in onderzoek omtrent leerderscorpora en taalverwerving. Zo onderzoekt actief het concept van nauwkeurigheid en de ontwikkeling daarvan tussen verschillende niveaus. Door gebruik te maken van corpus data, afkomstig van verschillende moedertaal groepen op verschillende bekwaamheidsniveaus (B1 tot C2), heeft ze aangetoond dat de fouten van taalstudenten niet de facto dalen als bekwaamheid groeit, maar dat verschillende types fouten zich anders ontwikkelen door de verschillende bekwaamheidsniveaus heen. Dit onderzoek heeft concrete implicaties voor de domeinen van het aanleren en testen van talen, aangezien de empirische bevindingen over de nauwkeurigheidsprofielen op verschillende niveaus passen binnen de huidige Common European Framework toelichtingen omtrent taalvaardigheid, die relatief vaag zijn. Om verder inzicht in te vergaren in de ontwikkeling van taalstudenten, onderzoekt Jennifer Thewissen op dit moment de ontwikkeling van syntactische en lexicale complexiteit tussen de verschillende bekwaameheidsniveaus heen om (1) te determineren of deze concepten tot manifestatie komen in het schrijven tussen de niveaus, en (2) te analyseren hoe deze interageren met het concept van nauwkeurigheid. Zij onderzoekt ook de invloed van individuele leervariabelen op de prestaties van L2-leerders en hoe deze variabelen kunnen worden gemeten en opgenomen in leerderscorpora. Zij heeft ook de ontwikkeling en samenhang bevorderd van een team onderzoekers aan de UAntwerpen, die allemaal werken aan aspecten van leerdersanalyse. Hierdoor heeft zij meer zichtbaarheid gegeven aan dit onderzoeksgebied binnen de universiteit. Jennifer Thewissen werkt actief samen met de Louvain School of Management (UCLouvain) en heeft meerdere artikelen mede-auteur over de taalkundige aspecten van ondernemerschapscommunicatie en hoe deze de latere succes van ICO-financiering beïnvloeden.
			
					
			Profilering van L2-Engels schrijven: Ontwikkeling van beoordelingsschalen op basis van leerlingcorpora voor functionele adequaatheid, nauwkeurigheid, syntactische complexiteit en lexicale diversiteit.
			
															
					
	
	
			Abstract
Dit project biedt een vernieuwende, multidimensionele benadering van de ontwikkeling van Engels als vreemde taal (EFL) schrijfvaardigheid over de zes niveaus van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader (CEFR) heen (A1–C2). Het profiel van de leerlingenschrijfproducten wordt opgesteld aan de hand van vier kernconstructen: functionele adequaatheid, nauwkeurigheid, syntactische complexiteit en lexicale diversiteit. Het project speelt in op actuele lacunes binnen het learner corpusonderzoek en de tweede-taalbeoordeling, met name (1) de beperkte aandacht voor functionele adequaatheid (Kuiken & Vedder, 2017), (2) de overheersing van reductionistische, mono-feature benaderingen van L2-schrijfontwikkeling en (3) de overmatige afhankelijkheid van intuïtie en ervaring, in plaats van empirisch bewijs, bij het opstellen van descriptorenschalen voor (hoog-stakes) toetscontexten. De analyse is gebaseerd op learner corpusgegevens afkomstig uit COREFL (Corpus of English as a Foreign Language) en ICLE (International Corpus of Learner English), die zowel manueel als automatisch geannoteerd worden voor de vier centrale constructen. Geavanceerde inferentiële analysemethoden (zoals lineaire mixed-effects modellen en structurele vergelijkingsmodellen) zullen worden ingezet om (1) de ontwikkelingslijnen van elk construct over de CEFR-niveaus heen in kaart te brengen, (2) de dynamische onderlinge relaties tussen de constructen te verkennen, en (3) te onderzoeken in hoeverre functionele adequaatheid voorspeld kan worden op basis van nauwkeurigheids-, syntactische complexiteits- en lexicale diversiteitsprofielen. De bevindingen zullen bijdragen aan de ontwikkeling van empirisch onderbouwde en didactisch transparante CEFR-gealigneerde schrijfdescriptorschalen voor L2. Daarnaast legt dit project de basis voor een postdoctoraal vervolgproject dat gericht is op de ontwikkeling van een semi-automatisch beoordelingsinstrument voor L2-schrijfvaardigheid. Deze digitale interface zal beoordelaars in staat stellen om leerlingenteksten te uploaden, linguïstische kenmerken (FA, nauwkeurigheid, SC, LD) te annoteren met gestandaardiseerde tags, en teksten te evalueren aan de hand van de nieuw ontwikkelde, CEFR-gealigneerde descriptoren. Tot op heden bestaat er geen dergelijk instrument dat vrij toegankelijk is voor leerlingen, leerkrachten of onderzoekers.Onderzoeker(s)
- Promotor: Thewissen Jennifer
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
			
					
			Het demystificeren van syntactische complexiteit in L2 Engels: Naar een vereenvoudigd en linguïstisch interpreteerbaar kader.
			
															
					
	
	
			Abstract
Deze BOF-postdoc challenge roept op tot innovatieve onderzoeksvoorstellen die zich verdiepen in het construct syntactische complexiteit (SC) in L2 Engels (Engels als niet-moedertaal). SC maakt deel uit van de Complexity, Accuracy en Fluency (CAF) triade, drie belangrijke indicatoren van L2-prestaties binnen Second Language Acquisition (SLA) en Learner Corpus Research (LCR). Nauwkeurigheid (Accuracy) wordt gezien als 'vorm-als-controle' of foutloosheid, terwijl complexiteit (Complexity) bekend staat als 'vorm-als-ambitie' of linguïstische risicobereidheid die de L2-ontwikkeling bevordert. Binnen Vreemde Talenstudies wordt SC losjes gedefinieerd als het bereik van syntactische structuren en de mate van verfijning van dergelijke structuren in taalproductie (bijv. Lu, 2010). Twee concrete voorbeelden van zinnen met verschillende SC-niveaus worden gegeven in de Engelse vertaling hieronder. Dit is het construct dat centraal staat in de huidige postdoc challenge.Onderzoeker(s)
- Promotor: Thewissen Jennifer
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject