Onderzoeksgroep

Expertise

Publiek Strategisch Management, Sociale en Solidaire Economie (SSE), Ruimtelijke geletterdheid en maatschapellijk bewust ontwerpen (architectuur, interieurarchitectuur van de publieke en social profit ruimte), Kwalitatieve onderzoeksmethoden (Grounded Theory Building)

De betekenis en impact van het concept maatschappelijk bewustzijn op het ontwerpproces van het interieur en de rol van de interieurarchitect 01/07/2020 - 31/12/2021

Abstract

In een complexe maatschappij geconfronteerd met vele uitdagingen (bv. sociale cohesie, multiculturalisme, armoede, duurzaamheid en migratie), wordt het maatschappelijk bewustzijn een belangrijke competentie voor ontwerpers in het algemeen en voor interieurarchitecten in het bijzonder. Uitgedaagd door deze problemen in combinatie met de evoluties binnen de ruimere gedragswetenschappen, ontwikkelt zich binnen de interieurdiscipline een groeiende aandacht voor het interieur als 'sociale/gedeelde ruimte' en voor de 'ethische positie' van de interieurarchitect. Beide concepten zijn duidelijk gerelateerd aan het concept van maatschappelijk bewustzijn. De centrale vraagstelling voor dit STIM onderzoeksvoorstel is drievoudig: nagaan in de discipline van interieurarchitectuur (i) wat de alternatieve betekenissen zijn van het concept societal awareness, (ii) wat de gevolgen zijn voor het ontwerpproces, en (iii) wat de vereiste competenties van de toekomstige interieur architect zijn om een maatschappelijk verantwoord ontwerpproces toe te passen? De onderzoeksmethodiek is gebaseerd op een exploratieve benadering in lijn met de hoofdkenmerken van kwalitatief onderzoek. Vier complementaire onderzoekstechnieken worden toegepast: (i) een gerichte exploratieve literatuurstudie, (ii) een case-study onderzoek over een professionele ontwerppraktijk, (iii) een case-study over een academische ontwerppraktijk en (iv) een tiental half-gestructureerde interviews met experten uit het academische en professionele veld. Dit STIM onderzoeksvoorstel is in overeenstemming met de algemene onderzoekvisie van de onderzoeksgroep Henry van de Velde (HvdV, Faculteit Ontwerpwetenschappen). Het is nauw verwant met de reeds gelanceerde onderzoeksinitiatieven van Nathalie Vallet, Inge Somers en Michelle Bylemans, maar ook met het onderzoek dat de laatste vijf jaar werd gevoerd binnen verschillende interieur ontwerpstudio's in FOW (nexus onderwijs-onderzoek). Dit STIM onderzoeksvoorstel is tot slot ook in overeenstemming met de onderzoeksprioriteiten van de Universiteit Antwerpen, met name de focus op de metropool en het sociaal-economische beleid en organisatie. De output van dit STIM project bestaat uit een paper voor het IDEC congres (2021), 2 discussie memo's, 1 artikel voor een peer-reviewed tijdschrift in de discipline van interieurarchitectuur en een input voor een FOW onderzoeksvoorstel Aspirant Fundamenteel Onderzoek (2022).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Healthy corridors as drivers of social housing neighbourhoods for the co-creation of social, environmental and marketable NBS (URBiNAT). 01/06/2018 - 31/03/2024

Abstract

Keen Nederlands URBiNAT focuses on the regeneration and integration of deprived social housing urban developments through an innovative and inclusive catalogue of Nature-Based Solutions (NBS) ensuring sustainability and mobilising driving forces for social cohesion. Interventions will be focused on the public space to co-create with citizens new urban, social and nature-based relations within and between different neighbourhoods.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een verkenning van het gebruik van referenties in de architectuur en in de kunsten. 01/01/2018 - 31/12/2019

Abstract

Het gebruik van referenties is een belangrijk onderdeel van de artistieke praktijk en de ontwerppraktijk. Nochtans wordt dit zelden gezien als (onderdeel van) een methode. Toch worden referenties algemeen ingezet als instrument tijdens het scheppende proces en als onderdeel van toelichtingen of duidingbij de finale creatie. Welke rol het refereren werkelijk en precies speelt in het scheppende proces blijft echter grotendeels verborgen of onuitgesproken. Zo blijft het bij het refereren als onderdeel van een toelichting vaak onduidelijk of de referentie die gebruikt wordt in het betoog al dan niet ook tijdens de voorafgaande creatie of het ontwerp werkelijk is ingezet (post­ rationalisatie). Beide aspecten, namelijk het gebruik van referenties in zowel het scheppende als in het argumenterende, lijken enigszins verwant met het gebruik van wetenschappelijke referenties. Gegeven de recente academisering van de Kunsten lijkt een beter inzicht ter zake wenselijk. Dit zou alvast ten goede komen aan het wetenschappelijk discours binnen de praxis, het onderwijs en het onderzoek. Ook de Architectuuropleidingen zitten in een academiseri ngsproces en zijn zoekende om vooral de artistieke waarden van de architectuurcultuur en het ontwerp een plaats te geven binnen de wetenschappelijke denkwereld van de Vlaamse universiteiten. Met dit project willen we het gebruik van referenties in het artistieke proces en in de argumentatie ervan nadien zichtbaar en bespreekbaar maken, beschrijven, analyseren, vergelijken, tonen en duiden. We willen hierbij de gedeelde epistemische cultuur van de kunsten en het ontwerpen onder de aandacht brengen van de academische wereld (Heintz et al.;2004, Kurath, 2015). Daartoe willen we zes kunstenaars waaronder ook ontwerpers interviewen en hun gebruik van referenties beschrijven, analyseren, contextualiseren en duiden. Tevens is het de ambitie van dit project om de mogelijkheden en de kwaliteiten van de non written output in onderzoek in de kunsten en ontwerpend onderzoek in de architectuur verder te exploreren. In de exploratieve methode waarbij de onderzoeker samen met onderzoeksubjecten werkt aan een product, dat dienst doet als onderzoeksobject, vallen onderzoek en resultaat gedeeltelijk samen. De werkwijze omvat vijf stappen en bijbehorende instrumenten: 1. lnspireren d.m.v. literatuurstudie en bronnenstudie; 2. visualiseren e.n 3. Analyseren op basis van onderzoekssubjecten; 4. Tonen d.m.v. een tentoonstelling; , 5. Discours en debat d.m.v. een symposium. De outcome van het project omvat: een bundeling en analyse van het onderzoeksmateri aal, een tentoonstellingscatalogus en een verslag van het panelgesprek (symposium). Het is de bedoeling een vervolgtraject uit te zetten, waarbij dit project moet gezien worden als een noodzakelijke voorafgaande stap om een methodiek te ontwikkelen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Naar een Zorg-IEP-Site dienstverlening. 01/11/2017 - 31/10/2019

Abstract

Op basis van twee eerder gerealiseerde exploratieve onderzoeksprojecten, ontwikkelen we een strategisch-ruimtelijke blauwdruk voor een (reële) IEP-site in de stad Mechelen. Deze is gericht op de inclusieve economische participatie van de kwetsbare doelgroep van laaggeschoolde jongeren. De economische activiteiten situeren zich in de zorgsector (i.e. o.a. voeding, kleding, huisvesting, ...). Naast de blauwdruk impliceert het project ook het proefdraaien van een zestal maanden. dit project werd gefinancierd door het ESF.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Herontwerp van historische sites in functie van toekomstige maatschappelijke uitdagingen en beleidsmatige prioriteiten van lokale besturen. 01/05/2017 - 31/12/2017

Abstract

Het Ursulineninstituut te Sint-Katelijne-Waver, de kolonie Wortel-Merksplas en het Fort te Mortsel zijn publieke historische erfgoed sites die in de loop der jaren (voor een gedeelte) hun functie hebben verloren. In de toekomst moet er gezocht worden naar een herbestemming, die (I) enerzijds moet inspelen op nieuwe maatschappelijke uitdagingen en daarmee samenhangende (strategische) beleidsmatige prioriteiten van de betrokken lokale besturen, maar (II) anderzijds geen afbreuk mag doen aan de historische waarde van deze historische erfgoed gebouwen. Voor deze zoektocht kan 'ontwerpend onderzoek' ('research by design') als methodiek ingezet worden, om te komen tot verschillende opties voor deze herbestemming, waarbij elke optie resulteert in nieuwe inzichten ten opzichte van vorige opties. Deze inzichten zijn erg belangrijk om te komen tot een definitief ontwerp. Vanwege hun expertise in deze methodiek, kunnen onderzoekers binnen de Universiteit van Antwerpen (i.e. faculteit Ontwerpwetenschappen, Henry van de Velde onderzoeksgroep), de organisatie Kempens Landschap bijstaan in hun zoektocht naar een gepaste herbestemming voor deze erfgoed sites.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Alternatieve voorzetten van ontwerpen voor Kasteeldomein Zellaer (Bonheiden), de Kasteelhoeve (Grobbendonk), Molendomein Beddermolen (Tongerlo-Westerlo) en rangeerstation (Essen), domein Hof ter Laken en mogelijk nog extra domeinen. 01/02/2016 - 31/12/2016

Abstract

De opzet van dit project is het aanreiken van alternatieve ontwerpvoorstellen of scenario's voor een aantal historisch waardevolle open ruimte gebieden in de Provincie Antwerpen die de organisatie Kempens Landschap via aankoop tracht open te stellen voor het publiek. Via ontwerpend onderzoek (i.e. methodologie) worden er per scenario verschillende visualisaties of 3D-beelden uitgewerkt die zowel inspirerend zijn voor de uiteindelijke ontwerpkeuzes als voor de onderhandelingen met potentiële (netwerk)partners.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Strategische ruimtelijke blauwdruk voor een IEP-site in de landloperskolonie Wortel-Merksplas. 01/07/2014 - 30/09/2016

Abstract

Het ontwikkelen van alternatieve strategische profielen voor de IEP (Inclusieve Economische Participatie)-site in de kolonie Wortel-Merksplas met telkens hierbij bijpassende implicaties voor de ruimtelijke inrichting ervan, vormt het onderwerp van het voorliggende onderzoeksproject.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De ontwikkeling van alternatieve ontwerpen voor "sociale economie sites" gericht op een (meer) inclusieve economische participatie in de stedelijke ruimte (de zogenaamde IEP-sites) 01/07/2014 - 31/12/2015

Abstract

Het projectvoorstel spitst zich toe op de ontwikkeling van strategisch-ruimtelijke ontwerpen voor stedelijke IEP-sites. Het acronym IEP verwijst naar de finale doelstelling of ambitie, namelijk een inclusieve i.e. een integrale én kwaliteitsvolle economische participatie van sociaal kwetsbare stedelingen. Aangezien de blauwdrukken alternatieve invullingen geven aan (types) van IEP-sites, zijn ze vooral bruikbaar voor lokale besturen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Strategische rol van openbare bibliotheken in het lokaal weefsel. 01/06/2013 - 31/05/2015

Abstract

Doel van het project is een meer volledig en fijnmazig inzicht te krijgen in de wijze waarop openbare bibliotheken belangrijke strategische partners vormen of kunnen vormen in stadsontwikkeling. Er kan o.a. zo verder gesleuteld worden aan een degelijke "inductieve kennisontwikkeling" ter zake.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Vergelijkende studie van de werking van de politie in de EU (COMPOSITE). 01/08/2010 - 31/07/2014

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Tevredenheidsonderzoek "Focus op Deurne". 01/09/2007 - 31/10/2011

Abstract

In dit onderzoeksproject focussen we op de tevredenheid van de 70.000 inwoners van Deurne. We zijn zowel geïnteresseerd in hun globale levenstevredenheid als in hun tevredenheid over het lokale politieke bestuur. Hiervoor gebruiken we een subtiele mix van zowel kwantitatieve als kwalitatieve onderzoekstechnieken. Enerzijds vertrekken we van multilevel modellen om de belangrijkste determinanten te bepalen die leiden tot ontevredenheid. In die modellen baseren we ons zowel op individuele surveygegevens als op administratieve gegevens met betrekking tot de Deurnse statistische sectoren. De surveygegevens resulteren uit een toevalssteekproef, gestratificeerd in functie van de statische sectoren met het oog op een optimale territoriale spreiding. Anderzijds zullen we ook een beperkt aantal van onze respondenten fysiek samenbrengen om hen te laten discussiëren over specifieke 'critical incidents' die werden aangevoerd in de survey. Op deze manier hopen we een beter inzicht te verwerven in de processen die leiden tot ontevredenheid.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject