Als docent wilt u de studenten iets bijbrengen en hoopt u dat ze op het einde van de cursus heel wat opgestoken hebben. Wat een student wel of niet opsteekt hangt in belangrijke mate af van het studeergedrag dat een student vertoont. Hoe studenten leren hangt onder meer af van de manier waarop zij getoetst worden. Als je op een examen vooral feitenkennis bevraagt, zullen de studenten vooral feitenkennis onthouden. Dit geldt ook wanneer je hen een heel jaar stimuleert om verbanden te leggen, inzichten te verwerven en de leerstof toe te passenStudenten anticiperen op de verwachte (toets)eisen en de verwachte toetsvorm en daarvan kan u gebruik maken. 

Geef (bij voorkeur vanaf het begin van de cursus) duidelijk aan waarop de eindbeoordeling is gebaseerd: 

  • Wat moeten de studenten kennen/kunnen? 
  • Op welk niveau of op welke wijze moeten ze de stof beheersen (alleen kunnen weergeven, inzicht hebben in, kunnen toepassen bij eenvoudige problemen, kunnen toepassen bij complexe problemen enz.)? 
  • Hoe moeten ze dit aantonen? 
  • Geef voorbeelden van toetsvragen of goede opdrachtuitwerkingen (uit voorgaande jaren bijvoorbeeld). 


Bronnen/extra informatie

Van Petegem & Vanhoof (2002). Evaluatie op de testbank. Antwerpen: Wolters-Plantyn. 
Dochy, Heylen & Van de Mosselaer (2002). Assessment in onderwijs. Utrecht: Lemma.
Scouller, K. (2000). The influence of assessment on student learning. Paper presented at the Annual Conference of the Australian Association for Research in Education, Sydney, 4-7 December 2000.