Over de master

  • 60 studiepunten
  • Nederlandstalige opleiding
  • Faculteit Sociale Wetenschappen
  • Stadscampus

De master in het basisonderwijs

Met de master in het basisonderwijs versterk je niet alleen je klaspraktijk, maar krijg je ook de tools om je school verder te ontwikkelen. Na het behalen van je diploma ben je goed voorbereid om vijf kernrollen op de werkvloer te vervullen, het gaat dan om de vakspecialist, innovator, onderzoeker, leider en communicator. In deze rollen breng je, samen met je team, onderbouwde en duurzame onderwijsvernieuwingen in de praktijk.

“Als gepassioneerde onderwijsliefhebber geeft het mij energie om studenten te begeleiden in hun ontwikkeling en groei naar leerkrachtige professionals met impact in het basisonderwijs!”

Loan De Backer, docente MaBaO | AP

Een opleiding die je expertise vergroot

De opleiding is opgebouwd rond vier centrale thema’s die onmisbaar zijn voor een brede expertise in het basisonderwijs. We starten met de focus op het leren van lagereschoolkinderen en breiden vervolgens uit naar de bredere contexten die deze visie verdiepen. Zo biedt de opleiding een weloverwogen balans tussen vakdidactische verdieping, onderwijskundige inzichten, schoolorganisatie, methodologie en datageletterdheid.

Onderzoek en praktijk hand in hand

In deze opleiding werken theorie en praktijk nauw samen. Dankzij de samenwerking tussen universiteit en hogescholen is deze master zowel academisch sterk als praktijkgericht. Je leert actief de brug slaan tussen wetenschappelijk onderzoek en de dagelijkse klaspraktijk, onder andere in het vak Praktijkvraagstukken, waar je aan de slag gaat met actuele en realistische onderwijsthema’s uit het werkveld.

Competentiegericht leren en flexibiliteit

De opleiding zelf wil het goede voorbeeld geven. Onder het motto ‘teach what you preach’ wordt gekozen voor een flexibele, competentiegerichte aanpak. Je leert van experten in het vakgebied en werkt zelfstandig en actief, ondersteund door docenten en medestudenten. Dit maakt de opleiding toegankelijk voor zowel reguliere studenten als professionals die al in het werkveld staan. Het programma kan namelijk worden gespreid over meerdere jaren en zelfs in avondonderwijs worden gevolgd, waardoor het eenvoudig te combineren is met je werk in het onderwijs.

Schakelprogramma voor de masteropleiding

Heb je een professioneel bachelorsdiploma lager- of kleuter- onderwijs, maar geen academische bachelor in de pedagogische wetenschappen of onderwijskunde?

Dan volg je eerst  een schakelprogramma van 60 studiepunten, voordat je aan de master van 60 studiepunten kunt beginnen. Dit vormt de ideale basis om je verder te specialiseren en je voor te bereiden op het academische niveau van de master.

Krachtlijnen van de opleiding

Een gloednieuwe opleiding met impact

De Master in het Basisonderwijs is een gloednieuwe opleiding die start in het academiejaar 2025-2026. Met deze master zet je de volgende stap in je onderwijsloopbaan: je verdiept je expertise als leerkracht en ontwikkelt je tot een drijvende kracht in de school. Je versterkt niet alleen je eigen lespraktijk met wetenschappelijke inzichten, maar ook je schoolteam door bij te dragen aan kwaliteitszorg en innovatie.

Gedragen door een krachtige samenwerking

Deze opleiding wordt gedragen door een enthousiaste samenwerking tussen de Universiteit Antwerpen, KdG Hogeschool en AP Hogeschool. Door de krachten te bundelen, combineren we de sterktes van de universiteit – zoals onderzoek en academische verdieping – met de praktijkgerichte expertise van de hogescholen op het vlak van vakdidactiek en klaspraktijk. Dit evenwicht zorgt voor een opleiding die stevig geworteld is in zowel theorie als praktijk.

Voor ervaren én startende professionals

Of je nu al enkele jaren in het onderwijs staat of net je eerste stappen zet, deze master biedt jou de kans om je verder te verdiepen. De opleiding is flexibel opgebouwd, zodat zowel werkstudenten als voltijdse studenten zich aangesproken voelen. Bovendien creëert de mix van werkstudenten en reguliere studenten een rijke leeromgeving waarin ervaringen en expertise gedeeld worden – een waardevolle voorbereiding op de dynamiek binnen een schoolteam.

Onderzoek in de opleiding

De master in het basisonderwijs bied je de mogelijkheid om een stapje terug te nemen van je klaspraktijk en diepgaand kennis te maken met wetenschappelijk onderzoek over onderwijs. Binnen verschillende opleidingsonderdelen leer je stap voor stap, zowel individueel als in groepsverband, wat wetenschappelijk onderzoek inhoudt. Je ontwikkelt vaardigheden om wetenschappelijke kennis kritisch te interpreteren, deel te nemen aan toegepast en fundamenteel onderzoek, en zelfstandig onderzoek op te zetten en uit te voeren. Dit onderzoek wordt uitgevoerd binnen domeinen die zowel momenteel als in de toekomst van grote maatschappelijke relevantie zijn.

Een belangrijk onderdeel van de opleiding is de masterproef. Om de master succesvol af te ronden, schrijf je een masterproef waarin je aantoont dat je het vakgebied – en in het bijzonder het gekozen deelgebied – grondig beheerst. Je bewijst dat je zelfstandig wetenschappelijk onderzoek kan opzetten, uitvoeren en helder rapporteren. De masterproef levert een inhoudelijke bijdrage aan de bestaande wetenschappelijke kennis over het basisonderwijs. Of die bijdrage nu groot of klein is, het doel is om leemtes, tegenstrijdigheden of onzekerheden in de bestaande kennisbasis te identificeren en deze (gedeeltelijk) te verhelpen.

Door deze wetenschappelijke aanpak te combineren met de praktijkgerichte focus van de opleiding, ontwikkel je niet alleen je eigen expertise, maar draag je ook bij aan de verdere verbetering en vernieuwing van het onderwijs.

Praktijk in de opleiding

In het opleidingsonderdeel Praktijkvraagstukken in het basisonderwijs werk je samen met een groep medestudenten en een basisschool aan een actueel en relevant vraagstuk. Deze praktijkgerichte projecten situeren zich op het micro- of mesoniveau van de school en bieden een unieke kans om praktijkonderzoek op te zetten met directe impact op de klas- en schoolomgeving.

De vraagstukken worden zorgvuldig samengesteld door de universiteit en sluiten niet alleen aan bij de concrete noden uit het werkveld, maar ook bij de wetenschappelijke expertise van de begeleiders. Door deze samenwerking krijgt elk project een authentiek karakter en wordt het verankerd in de realiteit van het onderwijs. Afhankelijk van het project werk je aan de ontwikkeling en implementatie van een nieuwe aanpak of evalueer en optimaliseer je een bestaande praktijk.

Praktijkvraagstukken leert je hoe je een brug slaat tussen wetenschappelijk onderzoek en de dagelijkse praktijk van het basisonderwijs. Je verdiept je niet alleen inhoudelijk in onderwijskundige vraagstukken, maar versterkt ook je professionele vaardigheden. Projectmanagement, samenwerking, communicatie en onderzoeksvaardigheden staan hierbij centraal. Om je hierin te ondersteunen, worden verschillende workshops georganiseerd en word je begeleid door een procesbegeleider.

Werkwijze en studiebelasting

Zowel voor het schakelprogramma als voor de master hanteren we een hybride werkwijze.

Dat betekent dat we een combinatie aanbieden van:

  • Fysieke contactmomenten, zoals hoor- en responsiecolleges en interactieve werkmomenten.
  • Begeleide zelfstudie, ondersteund via de digitale leeromgeving Blackboard.
  • Projectonderwijs, waarin je in groep aan praktijkgerichte vraagstukken werkt.

Om een realistische inschatting van de studielast te maken, hanteren we de (decretaal vastgelegde) richtlijn: 1 studiepunt komt overeen met 25 à 30 uur studietijd. Voor een opleidingsonderdeel van 6 studiepunten betekent dit een gemiddelde studielast van 150 à 180 uur, oftewel ongeveer vier voltijdse studieweken.

Daarnaast verwachten we dat studenten een goede passieve beheersing van het Engels hebben. Hoewel de contactmomenten in het Nederlands plaatsvinden, bestaat een deel van het studiemateriaal uit Engelstalige wetenschappelijke artikels en boeken. Een basiskennis van academisch Engels is dus noodzakelijk om de literatuur te begrijpen en te verwerken.