Museum to Scale 1/7 telt meer dan honderd minimuseumzalen, uitgewerkt door evenveel Belgische kunstenaars. Deze grootse reeks kwam tot stand onder impuls van Ronny Van de Velde. Ze biedt een verbluffend overzicht van de beeldende kunstscène sinds de jaren 1960. 

Na exposities in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten te Brussel, in het Baker Museum in Naples (Florida), in de Kunsthal te Rotterdam en in de Fondazione Ghisla te Locarno krijgt Museum to Scale 1/7 nu een permanente plek op de Universiteit Antwerpen.


Bezoek Museum to Scale

Het museum is vrij toegankelijk op weekdagen tot 18 uur.

Locatie
Universiteit Antwerpen
Stadscampus - Gebouw R
Rodestraat 14
2000 Antwerpen

cultuur@uantwerpen.be

Museum to Scale

Meer dan 100 gerenommeerde Belgische kunstenaars tonen hun werk in minimuseumzalen, van schilderijen tot hele installaties. Het kunstproject werd uitgewerkt naar een origineel idee van galeriehouder Ronny Van de Velde.

Panamarenko

Panamarenko (1940-2019), de artiestennaam van Henri Van Herwegen, was een van de belangrijkste kunstenaars uit de tweede helft van de 20ste eeuw. Hij zette artistiek Antwerpen eind jaren '60 opnieuw op de kaart. 

In 1978 participeerde hij aan de eerste grafiekmap die onze universiteit heeft uitgegeven, met een originele zeefdruk getiteld Magnetostatica, project: Vliegende Schotel.   

In Museum to Scale 1/7 op de Stadscampus staat een originele miniatuur van de hand van Panamarenko: Pastille Motor


   Pastille Motor van Panamarenko, Museum to Scale

Draagbaar museum

Museum to Scale 1/7 is de hedendaagse versie van de Wunderkammer, die aan de oorsprong van het moderne museum ligt. Of van het kunstkabinet, een toonkast waarin verzamelaars wonderlijke, uiteenlopende voorwerpen samenbrachten, van miniaturen tot fossielen.

Door de paradox van de kleine schaal die vergrotend werkt, spitst de aandacht van de toeschouwer zich toe op de kern van de kunstwerken, hij begrijpt en geniet, ver van de drukte. Deze grote collectie van kleine originelen zet ook aan het denken, over de rol van schaal en formaat in kunst, over de afstand tussen idee en uitvoering, over de veranderende status en presentatie van kunstwerken.

Het verwijst naar de ludieke houding waarmee Marcel Duchamp zijn oeuvre in de Boîte-en-valise verzamelt en naar de miniatuur die hij maakt van Nu descendant l’escalier voor de kunstkamer van het beroemde poppenhuis van Carrie Stettheimer, vriendin van de New Yorkse avant-garde in de jaren 1920.

Door de schaal verwijst het ook naar de collectieschilderijen zoals die van David Teniers en naar de grote traditie van het kunstboek, met dit belangrijke onderscheid dat het hier gaat om oorspronkelijke kunstwerken. De opzet is pragmatisch – een draagbaar museum! – en gericht op een grotere betrokkenheid van de toeschouwer, een hedendaagse variant van lering en vermaak.