Leerlijnen

Bachelor in de biomedische wetenschappen

De opleiding biomedische wetenschappen is opgebouwd rond vijf leerlijnen. Elke leerlijn clustert opleidingsonderdelen waarbinnen je als student kennis en vaardigheden verwerft in eenzelfde domein. De titularissen en leerlijncoördinator zorgen voor een graduele competentieopbouw binnen de leerlijn en waken over aansluiting, hiaten en overlap tussen de opleidingsonderdelen van de leerlijn.

  1. Structuur en functie
  2. Moleculaire biologie
  3. Pathologie
  4. Onderzoeksmethoden
  5. Academische vaardigheden

1. Structuur en functie

Je bestudeert het ontstaan, de organisatie en de evolutie van het leven. Je inzicht in fysische wetmatigheden vormen de basis om de normale morfologie, lokalisatie en functie van cellen, weefsels, organen en orgaansystemen te begrijpen. Hierbij staat de opbouw en functie van het menselijk lichaam als geheel centraal.

2. Moleculaire biologie

Je leert meer over de structuur en het functioneel belang van biomoleculen in eukaryote cellen in de mens. Hiervoor verwerf je eerst een degelijke basis over chemie en oefen je primaire labovaardigheden grondig in.

3. Pathologie

Je verwerft inzicht in de verschillende aspecten van ziek zijn bij de mens. Hierbij is het belangrijk om de pathofysiologische en/of infectieuze oorzaken te identificeren en benoemen. Je leert meer over de impact van geneesmiddelen.

4. Onderzoeksmethoden

Je verdiept je in verschillende onderzoekstechnieken en hoe deze kunnen worden toegepast. Je gaat zelf aan de slag in het labo en aan de computer. Op die manier kan je later op een onderbouwde manier een techniek selecteren voor je onderzoeksvraagstellingen.

5. Academische vaardigheden

Je ontwikkelt en verbetert gradueel het gebruik van verschillende zoekmachines en databanken en je denk-, lees- en schrijfvaardigheden die belangrijk zijn bij het kritisch gebruik van wetenschappelijke bronnen, literatuurverwerking en rapporteren. Je integreert al deze vaardigheden in je bachelorproef.