Ontwerpen in je opleiding

In de ontwerpstudio’s start je meteen met een reële ontwerpopdracht. Deze opdracht loopt over de verschillende studio's en omvat drie semesters:

  • ontwerpstudio 1: in het eerste semester begin je met een grondige analyse van een stad of regio, je doet een buurtonderzoek en ontmoet de lokale stakeholders.
  • ontwerpstudio 2: in het tweede semester start je met ontwerpen. Dit doe je samen met je medestudenten uit heel uiteenlopende vooropleidingen. Architecten, psychologen, sociologen, ingenieurs, tuinarchitecten... allemaal benaderen ze de dingen op hun eigen specifieke manier. Dit zorgt voor interessante kruisbestuivingen die vaak uitmonden in sterke ontwerp- en onderzoeksresultaten. 
  • ontwerpstudio 3: in het derde semester toets je jouw ontwerp aan de financiële, technische, juridische en maatschappelijke randvoorwaarden. En je presenteert je ontwerp aan het stadsbestuur van de betrokken regio.

Studenten presenteren de resultaten van ontwerpstudio 3 aan het stadsbestuur van Oostende

De vier basistaken van een stedenbouwkundig ontwerper

​De opleiding besteedt veel aandacht aan het analyseren van de ruimtelijke en bestuurlijke context. Daarvoor worden wetenschappelijke theorieën, modellen en methodes aangeleerd. 

ontwerpen van plannen als beleidsvoorstellen. Ontwerpende competenties worden vooral aangeleerd via de ontwerpstudio’s, waar studenten een realistische planningsopdracht in groepswerk moeten uitvoeren. Naast de ontwikkeling van plannen en beleidsvoorstellen hecht de opleiding veel belang aan het uitvoeren. Masterstudenten moeten immers in staat zijn om plannen ook daadwerkelijk uit te voeren binnen de financiële, technische, juridische en maatschappelijke randvoorwaarden. Tot slot vormt het evalueren van ruimtelijke projecten en plannen en onderzoek een belangrijk aspect in de opleiding. Zo geeft de opleiding voldoende aandacht aan vaardigheden met betrekking tot de praktijk van de vergunningverlening en adviesverlening en met betrekking tot onderzoekscompetenties door aandacht te besteden aan onderzoeksmethodes.