Onderzoeksagenda

De onderzoeksagenda van de leerstoel bestaat uit het bestuderen van de juridische en economische aspecten van corporate governance, met een bijzondere aandacht voor vennootschappen in continentaal Europa, die vaak onderbelicht zijn in het huidige onderzoek.

Onderzoek naar kortetermijndenken in corporate governance

In het bijzonder doet de leerstoel onderzoek naar kortetermijndenken in corporate governance. Zo heeft de leerstoel financiering ontvangen van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO) om onderzoek te voeren naar “short-termism in corporate governance: a continental European perspective”. Een overzicht van het onderzoek dat zal worden uitgevoerd voor dit project kunt u hier terugvinden.

Samenvatting: Het kortetermijngedrag van ondernemingen wordt als een groot maatschappelijk probleem beschouwd. Veel wetenschappers hebben reeds betoogd dat sommige aandeelhouders te sterk gericht zijn op de korte termijn, en dat dit kortetermijndenken wordt doorgegeven aan het management via remuneratie en aandeelhoudersactivisten. Het meeste onderzoek bestudeert echter enkel de VS en het VK, en negeert de specifieke kenmerken van continentaal-Europese corporate governance. In vergelijking met de VS en het VK hebben in continentaal Europa meer ondernemingen een controlerende aandeelhouder en is aandeelhoudersactivisme en remuneratie in aandelen zeldzamer. Deze verschillen zijn nog niet voldoende geanalyseerd in de huidige literatuur. Niettemin hebben sommige Europese landen al maatregelen genomen tegen kortetermijndenken, zoals de introductie van loyaliteitsstemrecht.

Dit onderzoeksproject analyseert het potentieel van corporate governance om kortetermijndenken te ontmoedigen in twee continentaal-Europese jurisdicties, België en Frankrijk. Dit gebeurt op basis van een overzicht van de bestaande literatuur over de VS en het VK, een vergelijking van de VS en het VK met België en Frankrijk, en een nieuw empirisch onderzoek over België en Frankrijk. Op basis van dit onderzoek zullen ook voorstellen voor de hervorming van corporate governance worden geanalyseerd. Dit zal wetgevers en ondernemingen helpen om betere beslissingen te nemen over de bestrijding van kortetermijndenken.

Gerelateerd aan deze onderzoekslijn heeft Tom Vos ook een paper geschreven over  “Controlling Shareholders in Corporate Governance: Cure or Cause for Short-Termism?”. Deze paper is te vinden op SSRN and kan als volgt worden samengevat:

Abstract: “Corporate short-termism, i.e., corporations sacrificing long-term value for short-term profits, has received a lot of attention in the corporate governance literature. However, the role of controlling shareholders in the short-termism debate has been largely ignored, possibly because of a focus on US and UK governance systems. This paper addresses this by comprehensively analyzing whether controlling shareholders contribute to or remedy the short-termism problem. Two conceptual models of short-termism are developed, one where short-termism originates with asset managers and institutional investors, and one where it originates with managers and directors. The paper then shows how controlling shareholders can eliminate short-termism in both models, but only if controlling shareholders themselves are not excessively short-term oriented, which depends on the presence of private benefits of control. The paper concludes with some policy implications, including with regards to loyalty voting rights and dual class share structures.”

Onderzoek over aandeelhoudersbescherming bij kapitaalverhoging

Ten slotte financiert de Jean-Pierre Blumberg Leerstoel ook onderzoek naar de bescherming van aandeelhouders bij kapitaalverhoging. Een voorbeeld hiervan is de paper van Tom Vos over “Pre-Emption Rights and Shareholder Approval of Share Issuances in Europe: An Accountability Gap?” (beschikbaar op SSRN). Deze paper kan als volgt worden samengevat:

Abstract: In this paper, I analyze the role of shareholder approval and pre-emption rights in protecting shareholders in share issuances by listed corporations. I conclude that the protection offered by pre-emption rights and shareholder approval of share issuances in the UK, France and Belgium crucially depends on the support for these legal strategies by shareholders, as corporations are allowed to opt out of them. I also find that guidelines by proxy advisors and institutional investors signal that investors strongly support pre-emption rights and shareholder approval of share issuances. However, I provide new empirical evidence that these guidelines have less impact in France and Belgium than in the UK, especially for smaller corporations with high levels of insider ownership, which may create an accountability gap. I conclude with policy proposals that would give shareholders a larger say on the balance between flexibility and accountability with regard to share issuances.