Lopende projecten

Stedelijke interventies om actief en gezond bewegen te stimuleren (CITY-MOVE) 01/01/2024 - 31/12/2027

Abstract

CITY-MOVE (1) past het Global Action Plan on Physical Activity (GAPPA) van de WHO aan en implementeert het in zes steden verspreid over drie continenten en (2) ontwikkelt een context-overschrijdend evaluatiekader voor overdraagbaarheid en schaalbaarheid. Lichaamsbeweging is een belangrijk gedrag om de last van NCD te verminderen, waaronder bescherming tegen kanker en type 2 diabetes. Er zijn veel op bewijs gebaseerde interventies voor steden om lichaamsbeweging te bevorderen, maar deze worden nog steeds onvoldoende geïmplementeerd, waarbij met name een benadering van het hele systeem ontbreekt, alsook een gerichtheid op de minst actieve of kwetsbare groepen. Kennislacunes zijn: a) hoe interventies aan te passen, b) succesvol te implementeren en c) te evalueren, en d) hoe lessen over te dragen naar andere interventies, doelgroepen en contexten. In samenwerking met de steden hebben we interventies geïdentificeerd die gericht zijn op individuen gedurende de hele levensloop, met name kwetsbare en minst actieve groepen, afgestemd op de GAPPA-domeinen van actieve mensen, samenlevingen, omgevingen en systemen. CITY-MOVE zal: 1) Een city-GAPPA-theorie van verandering ontwikkelen en beoordelingsmaatregelen operationaliseren; 2) City-GAPPA aanpassen aan zes steden, waarbij belanghebbenden in elke context worden betrokken; 3) Steden ondersteunen bij een succesvolle implementatie door middel van actieonderzoek in proeftuinen; 4) Bereik, adoptie, haalbaarheid, betrouwbaarheid en duurzaamheid van geselecteerde interventies in elke stad beoordelen; 5) de ontwikkeling en het gebruik van routinematig verzamelde gegevens ter ondersteuning van een succesvolle implementatie verbeteren; 6) context-overschrijdend bewijsmateriaal over implementatie, evaluatie en schaalbaarheid genereren door middel van een MCDA raamwerk voor 12 interventies in zes steden; en 7) wereldwijde capaciteit genereren door middel van regionale Communities of Practice. De resultaten van CITY-MOVE leiden tot meer lichaamsbeweging bij de doelgroepen, wat bijdraagt aan minder vroegtijdige sterfte aan NCD's, en tot aanpasbare oplossingen die klaar zijn voor implementatie door de uitvoerders.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Transmurale zorg - implementatieonderzoek. 01/01/2024 - 31/12/2024

Abstract

Dit project betreft een literatuurstudie in het kader van het ontwikkelen van transmurale geïntegreerde zorgpaden in de regionale zorgzone Antwerpen voor oudere patiënten met een chronische zorgproblematiek. Het gaat om een scoping review over transmurale zorgpaden (welke soorten transmurale zorgpaden bestaan er internationaal, in welke contexten, m.a.w. welke interventies in welke omstandigheden maar ook naar welke effecten werden beoogd en eventueel bereikt). Gelijktijdig zal er een zoektocht gestart worden om reeds opgestarte transmurale zorgpaden voor deze doelgroep over gans België te inventariseren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Dienstverlening voor WOREL vzw. 01/01/2024 - 31/12/2024

Abstract

Dit project omvat de administratieve ondersteuning voor de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn, gefinancierd vanuit het RIZIV. De opdracht omvat de ontwikkeling, adaptatie en updating van Belgische Richtlijnen. Dit werk maakt deel uit van het federaal EBP Plan Meerjaren-kader 2021-2025 Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - verzamelen en beheren van contactinfo - opstellen en betalen van facturen, bewijzen geleverd werk, onkostennota's - ontvangen en betalen van facturen - boekhoudkundige ondersteuning - financiële opvolging voor rapporteringen aan RIZIV

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Nationaal coördinatieteam ECRAID-Prime onderzoek naar acute luchtweginfecties in de huisartspraktijk: gebruikelijke zorg vs stikstofmonoxide neusspray vs zoutoplossing neusspray. 23/11/2023 - 22/11/2025

Abstract

Achtergrond COVID-19 en COVID-achtige ziekte veroorzaken gezondheidsproblemen en mortaliteit, vooral bij kwetsbare personen. Ondanks antivirale middelen op de markt, blijft het de zoektocht naar een betere behandelingen nodig, vooral omdat veel nieuwe medicijnen duur zijn, een diagnostische test nodig is voor gebruik, ze veel interacties met medicijnen hebben en contra-indicaties kunnen hebben. Een platformstudie is een efficiënte manier om dergelijke potentiële middelen te testen, omdat het de mogelijkheid biedt om meerdere interventies te testen onder één enkel masterprotocol. Hoofdonderzoek Platform gerandomiseerde, dubbelblinde, multicentrische studie voor de evaluatie van nieuwe onderzoeksproducten (IP's) voor de behandeling van niet-gehospitaliseerde patiënten met COVID-19 en COVID-achtige ziekte. Platformstudie Een "platform trial" is een onderzoek waarin meerdere IP's (Investigational Products) voor dezelfde ziekte tegelijkertijd kunnen worden getest en waarin nieuwe interventies kunnen worden toegevoegd in de loop van de trial volgens vooraf gespecificeerde criteria. Het hoofdprotocol beschrijft de algemene structuur en processen van het platform, terwijl alle specifieke kenmerken van de onderzochte interventies en vergelijkingsproducten worden beschreven in afzonderlijke interventiespecifieke bijlagen (ISA's, Intervention Specific Appendices). Uitkomstmaten De primaire uitkomstmaat is fase-afhankelijk. Voor studies in fase IIb/III is de primaire uitkomstmaat de tijd tot de eerste zelfrapportage van volledig herstel van symptomen. Voor Fase IIa studies zal de primaire uitkomstmaat de virale klaring en impact op biomarkers zijn. Secundaire uitkomstmaten en mogelijke exploratieve uitkomstmaten worden beschreven in het masterprotocol. Proefopzet Screening voor deelname kan zowel face-to-face als op afstand worden uitgevoerd. Na het verkrijgen van geïnformeerde toestemming wordt gecontroleerd of deelnemers in aanmerking komen voor deelname aan het onderzoek. Deelnemers die in aanmerking komen worden willekeurig toegewezen om ofwel een IP, ofwel een controleproduct te ontvangen. Deelnemers worden gevraagd om hun symptomen te rapporteren in een dagboek. Er wordt een keeluitstrijkje (wisser) afgenomen bij start (dag 0) en vervolgens op dag 4, 7 en 14. Deelnemers krijgen een telefoontje op/na dag 28 voor het geval hun dagboek onvolledig is om een minimale set uitkomstgegevens te bekomen. Voor lange termijn follow-up krijgen alle deelnemers 3 en 6 maanden na randomisatie een follow-up telefoontje of elektronische vragenlijst. Populatie Inclusiecriteria: - Leeftijd ≥18 jaar - Aanwezigheid van ten minste twee symptomen die wijzen op COVID-19 of COVID-achtige ziekte, minimaal één respiratoir symptoom (hoest, keelpijn, lopende of verstopte neus of sinussen, kortademigheid) en minimaal één systemisch symptoom (koorts, koortsig gevoel, zweten/ koude rillingen of rillingen, weinig energie of vermoeidheid, hoofdpijn, spier-, gewrichts- of lichaamspijn, verlies van smaak en/of reuk). - Diagnose van COVID-19 of COVID-achtige ziekte door een arts of onderzoeksverpleegkundige. - Begin van de symptomen minder dan 7 dagen geleden. - Bereid en in staat om geïnformeerde toestemming te geven voor deelname aan het onderzoek. - Bereid en in staat om alle onderzoeksprocedures na te leven. Eventuele aanvullende inclusiecriteria voor specifieke IP's zullen worden gespecificeerd in de ISA. Dit abstract is een gecorrigeerde machine vertaling van het originele Engelstalige abstract gemaakt met Deepl.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Verbeteren van gezondheidszorg voor mensen met een verstandelijke beperking door middel van opleiding tot simulatiepatiënt. 01/11/2023 - 31/10/2025

Abstract

Mensen met een verstandelijke beperking hebben vaker gezondheidsproblemen en overlijden vaak vroegtijdig. Zorgverleners zijn onvoldoende opgeleid om bij deze doelgroep klinische tekens en specifieke zorgnoden te herkennen en hebben moeite met communicatie. Om de kennis en vaardigheden van zorgverleners te verbeteren en inclusie/participatie te bevorderen, leiden we mensen met een verstandelijke beperking op tot simulatiepatiënt in een skillslab. We bieden vervolgens professionele vorming aan in een pilootproject.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Lerend Netwerk HeartsConnect. 01/10/2023 - 30/06/2026

Abstract

Hartfalen is een veel voorkomende aandoening en treft vooral oudere patiënten. Het heeft een grote impact op kwaliteit van leven en gaat gepaard met herhaaldelijke ziekenhuisopnames en een sterk verhoogd risico op overlijden. Richtlijnen bevelen multidisciplinaire zorg aan voor patiënten met hartfalen. Dit is echter nog niet de realiteit in België. Zorgverleners in het veld voelden dat ook zo aan. In verschillende Vlaamse regio's werden multidisciplinaire hartfalen projecten opgezet met als doel het verbeteren van de zorg voor patiënten met hartfalen. Het Lerend Netwerk hartfalen werd opgestart in 2019 met steun van het fonds dr. Daniël De Coninck, beheerd door de Koning Boudewijnstichting. Als democratisch en participatief netwerk beoogde het Lerend Netwerk de projecten samen te brengen zodat ze van elkaar konden leren door ervaringen en best practices uit te wisselen. We hebben ervaren dat het Lerend Netwerk een succesvol model is om complexe projecten te ondersteunen of versneld uit te rollen. Alle 8 projecten rond hartfalen die deel uitmaken van het Netwerk werkten transmuraal, interdisciplinair en zetten de patiënt en zijn omgeving centraal. We hebben als Netwerk ingezet op de ontwikkeling van opleidingen, materialen en protocollen die de opstart en implementatie van een transmuraal, interdisciplinair project bevorderen. Zo ontwikkelden we een gloednieuwe opleiding voor hartfaleneducatoren in de eerstelijn en een visuele atlas om patiënteneducatie te ondersteunen. Stakeholderservaringen werden in kaart gebracht. We werk(t)en mee aan de ontwikkeling van een medico-farmaceutisch overleg rond hartfalen, een multidisciplinair hartfalenzorgpad en de update van de hartfalenrichtlijn voor de eerste lijn. Tenslotte gaan we de deelnemende projecten beschrijven en evalueren. De ontwikkelde materialen en protocollen zullen gelanceerd worden in de loop van 2023. Gaandeweg groeide de ambitie van het Netwerk. In een volgende stap willen we geïntegreerde hartfalen zorg opschalen in nieuwe Vlaamse/Belgische regio's. We willen deze regio's als Netwerk ondersteunen in de implementatie van geïntegreerde hartfalenzorg. Verder is één van de belangrijkste hiaten in de huidige chronische zorgorganisatie het gebrek aan patiënteneducatie en empowerment in de eerstelijn. Patiënteneducatie is enkel terugbetaald voor patiënten met diabetes/chronische nierinsufficiëntie. Alle andere chronische patiënten vallen hierbij uit de boot. We hebben al een aantal stappen gezet om dit hiaat aan te pakken wat hartfalen betreft maar ons werk is op dat gebied niet af: een verdere uitwerking met aandacht voor gezondheids- en e-gezondheidsvaardigheden dringt zich op. In verschillende projecten van het Lerend Netwerk speelde technologie een belangrijke rol onder de vorm van telemonitoring. Verder onderzoek is nodig om te besluiten hoe we telemonitoring optimaal kunnen integreren in een multidisciplinair zorgpad. Concreet willen we bekijken welke parameters echt van belang zijn bij telemonitoring in de thuissituatie, en welke patiënten het meeste baat hebben bij deze telemonitoring. Daarnaast is het belangrijk dat niet enkel zorgverleners gesteund worden in het verbeteren van hartfalenzorg, ook studenten in de basisopleidingen moeten hiervoor de nodige tools aangereikt krijgen, met focus op interdisciplinaire samenwerking, laagdrempelige educatie en zelfmanagementondersteuning en het slim integreren van zorgtechnologie. Tot hiertoe hebben we gefocust op het verbeteren en ondersteunen van thuiswonende patiënten met hartfalen. In woonzorgcentra is de prevalentie van hartfalen hoog en is er nog veel ruimte voor verbetering in hartfalenzorg o.a. in het herkennen en tijdig signaleren van alarmsymptomen voor decompensatie door verzorgend en verplegend personeel. De eerste stappen zijn gezet voor de implementatie van een hartfalen protocol in woonzorgcentra. Dit is een onderzoekslijn die we nog verder willen uitbouwen in de komende jaren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

iCAREdata, onderzoeksdatabank ter optimalisatie van zorg en onderzoek Antwerpen. 01/09/2023 - 31/08/2024

Abstract

iCAREdata is een state-of-the-art onderzoeksdatabank die automatisch verzamelde klinische gegevens verwerkt van patiëntencontacten buiten kantooruren, out – of – hours care (OOHC) bij huisartsenwachtposten, apotheken en diensten voor spoedgevallen (DVS). De database bevat gegevens vanaf 2015 tot heden. Datastromen worden beveiligd door versleuteling van de rijksregisternummers van de patiënten door eHealth als trusted third party (TTP), evenals de RIZIV-nummers van de artsen. Op geen enkel moment in de flow kunnen leesbare persoonsgegevens worden gekoppeld aan klinische gegevens. In de uiteindelijke database maken gepseudonimiseerde persoonsgegevens het mogelijk om verschillende patiëntencontacten aan dezelfde persoon te koppelen, wat de mogelijkheid biedt om patiënttrajecten in de OOH-zorgdiensten te beschrijven; bij voorbeeld; persoon X raadpleegt op zaterdagochtend een huisarts in de huisartsenpost, gaat diezelfde dag 's middags naar de apotheek om de voorgeschreven medicijnen op te halen en verschijnt zondagochtend om 02.00 uur uiteindelijk op de dienst voor spoedgevallen. Om deze datastroom en koppeling te realiseren is grondige kennis over het gebruik en de implementatie van eHealthdiensten cruciaal, naast een up-to-date ervaring met standaardisatie- en classificatiesystemen die momenteel worden gebruikt in medische onderzoeksdatasets. Een groot netwerk van gezondheidsvoorzieningen en zorgverleners maakt deel uit van dit project, als dataprovider en moet daarom ook optimaal betrokken worden. Dit wordt alleen gerealiseerd door volledige transparantie te implementeren over de inhoud van de dataset, hoe de flow is ingericht, voor welk soort onderzoek de data worden gebruikt en door wie. Zowel onderzoekers als alle andere stakeholders, waaronder de dataproviders, benadrukken het belang van opschaling van de datasets door uit te breiden met alle wachtposten in Vlaanderen (op dit moment leveren 38 van de 44 wachtposten dagelijks data aan) en door extra diensten voor spoedgevallen en apotheken toe te voegen. Onderzoekers stellen bovendien voor om routinegegevens van huisartspraktijken overdag toe te voegen. Dit is op termijn noodzakelijk om de volledige flow van patiënten te kunnen volgen. Ook de koppeling met patiëntencontacten in telefoon- of zelftriage, callcenters voor dringende medische hulpverlening (hulpcentrale 112, HC112), en vervolgcontacten in de huisartsenpraktijk of ziekenhuizen vervolledigen de patiënttrajecten op verschillende locaties. iCAREdata heeft sterke banden met nieuw ontwikkelde tools in doorverwijzing naar en samenwerking met welzijnsdiensten. Dit maakt een unieke koppeling tussen medische zorg en welzijn mogelijk die de komende jaren verder moet worden ontwikkeld. Naast onderzoeksmogelijkheden biedt iCAREdata ook de mogelijkheid om een datagedreven beleid te voeren op micro-, meso- en macroniveau. Dit werd als cruciaal ervaren tijdens de Covid-19-pandemie. Daarnaast maken verschillende wetenschappelijke onderzoeksthema's de database de moeite waard: evaluatie van medicatievoorschriften door artsen in verschillende contexten (antibiotica, opioïden, ...), gebruik van gezondheidszorgdiensten, epidemiologische thema's zoals surveillance van infectieziekten, hiaten in het gezondheidsaanbod en welzijnsdiensten, wachtlijsten… iCAREdata heeft een ervaren team van computerwetenschappers die modulaire en uitbreidbare software ontwikkelen op basis van Normalized Systems Theory (NST). De modulaire structuur van deze software maakt het mogelijk om op betrouwbare en snelle wijze extra dataproviders toe te voegen. ICAREdata zal dankzij financiële middelen de link met de diensten voor spoedgevallen en apotheken verder uitwerken, valideren en finaliseren. Dit stelt ons in staat om waardevolle use cases op te stellen om gebruikers en (betalende) klanten te gaan werven. De financiering zal tevens gebruikt worden om het publieke dashboard en de gebruikersdashboards door te ontwikkelen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

'Perpetual Observational Study' (POS) van Acute Respiratoire Infecties (ARI) in de eerstelijnsgezondheidszorg in Europa. 28/08/2023 - 31/12/2024

Abstract

Acute respiratoire infecties (ARI) zijn een van de meest voorkomende redenen voor de presentatie van patiënten in de eerstelijnsgezondheidszorg (PC) en het antibioticagebruik, en kunnen worden veroorzaakt door een breed scala aan respiratoire virussen en bacteriën. In de context van de huidige COVID-19-pandemie kan het belang van ARI als een belangrijk gezondheidsprobleem niet worden overschat en heeft het naast antimicrobiële resistentie (AMR) nieuwe uitdagingen met zich meegebracht. Het belangrijkste doel van het POS-ARI-PC AUDIT-protocol is het beschrijven van de presentatie en het beheer (met inbegrip van klinisch klinisch onderzoek en diagnostische procedures die routinematig worden uitgevoerd, het voorschrijven van medicatie en gegeven advies) voor ARI in PC. Dit zal een 'audit-type' studie zijn waarin clinici niet-identificeerbare kenmerken van patiënten en hun behandeling zullen registreren. Alle resultaten zullen in geaggregeerde vorm worden gepresenteerd. Individuele toestemming is daarom niet vereist. Het beschrijven van de huidige praktijk van ARI in contrasterende Europese landen en settings zal het mogelijk maken om (ongerechtvaardigde) variatie in zorg te identificeren en een inschatting te maken van congruentie van de huidige praktijk met best-practice richtlijnen om mogelijkheden voor verbeteringen te identificeren in management.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Pilootproject "Digitaal zorg- en ondersteuningsplan" Alivia in regio Antwerpen. 01/06/2023 - 31/08/2024

Abstract

Het pilootproject Alivia beoogt het uittesten van een digitale tool, ontwikkeld vanuit de Vlaamse overheid, om voor de burger, mantelzorger en zorgaanbieder (medisch, niet-medisch en welzijnszorg) doelgerichte en geïntegreerde zorg te bevorderen. De regio Antwerpen is één van de twee pilootregio's waarbij testen zal gebeuren in twee zorgsettings: palliatieve setting en chronische zorg- en ondersteuningsnoden in de thuissituatie. Minimale partners zijn diensten voor gezinszorg, dienst voor thuisverpleegkundigen, huisartsen, palliatief netwerk en diensten maatschappelijk werk

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijk onderzoek naar de impact van het project Smakelijke School. 01/02/2023 - 31/01/2026

Abstract

Achtergrond: Het aanbieden van gezonde maaltijden aan kinderen op scholen kan de gezondheid van kinderen ten goede komen en kan gezondheidsgedrag positief beïnvloeden. De meeste studies over dit onderwerp zijn echter cross-sectioneel en richten zich op de korte termijn effecten. Onlangs investeerde het stadsbestuur van Antwerpen 40 miljoen euro in het project 'Smakelijke School'. Het doel van het project is om kinderen gezonde maaltijden aan te bieden op school en zo de gezondheid van kinderen te verbeteren. In België zijn nog geen studies uitgevoerd om het proces en de impact van dergelijke interventies te evalueren. De specifieke doelstellingen zijn 1. De interventie en het implementatieproces in detail beschrijven aan de hand van de checklist en de richtlijn 'Template for Intervention Description and Replication' (TIDieR). 2. Het onderzoeken van de attitudes en ervaringen van scholen, leerkrachten, ouders en kinderen, waarbij de nadruk ligt op haalbaarheid, aanvaardbaarheid en de waargenomen impact op het eetgedrag. 3. Onderzoeken wat de invloed van de interventie is op de kennis, houding en gewoonten (met betrekking tot voeding en gezondheid) en het welzijn van kinderen. 4. De invloed van de interventie op de cognitieve prestaties, bloeddruk, antropometrie en het gedrag van kinderen meten. Methoden: - Interventie: In totaal zullen 4 scholen (die deelnemen aan het Smakelijke School project) worden geïncludeerd: twee scholen met een hoge intensiteit van interventie (gedefinieerd als scholen die elke dag een gezonde maaltijd/snack aanbieden) en twee scholen met een lage intensiteit van interventie (gedefinieerd als scholen die niet meer dan twee keer per week een gezonde maaltijd/snack aanbieden). Scholen met lage intensiteit worden vergeleken met scholen met hoge intensiteit en binnen de scholen worden kinderen die de maaltijden niet gebruiken (interventie) vergeleken met kinderen die de maaltijden wel gebruiken. - Deelnemers en setting: We zullen scholen uitnodigen die starten in september 2023. De schoolleiding (directeuren), leerkrachten, kinderen uit groep 4 en hun ouders worden uitgenodigd om deel te nemen. Werkpakket 1: kwantitatieve beoordelingen - Metingen: o Cognitieve functietesten: Stroop Test (selectieve aandacht), Continuous Performance Test (aandacht en concentratie), Memory Span Test (kortetermijngeheugen), Digit Symbol Test (informatieverwerking), Signal Detection Test (visuele informatieverwerking). o Antropometrie (lengte, gewicht en vetpercentage) en bloeddrukmeting o SDQ, KIDSCREEN-27 vragenlijst en KAH-vragenlijst (kennis, houding en gewoonten) met betrekking tot voeding. o Vragenlijst voor de ouders om informatie te verzamelen over de individuele sociaaleconomische status en de algemene gezondheid en lichaamsbeweging van het kind. Werkpakket 2: kwalitatieve beoordelingen In de eerste fase van het kwalitatieve aspect zullen we de interventie en het implementatieproces beschrijven en interviews houden met de schoolleiding, leerkrachten, kinderen en ouders. Op basis van de resultaten van het kwantitatieve deel (WP 1) van deze studie zullen we de deelnemers selecteren die nodig zijn om het kwalitatieve deel van deze studie voort te zetten. We zullen observaties in de scholen, focusgroepen en een klassengesprek organiseren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Besluitvorming voor volksgezondheid met stochastische individu-gebaseerde modellen: een translationeel kader gedreven door innovaties in gezondheidseconomie, model inferentie en bekrachtigingsleren (ACCELERATE) 01/01/2023 - 31/12/2026

Abstract

Dit project bouwt aan een methodologisch kader in de context van respiratoire pathogenen met pandemisch potentieel naar analogie met SARS-CoV-2. Clustering van sociale contacten is cruciaal gebleken in combinatie met toevalligheden en verschillende attitudes binnen de populatie. Daarom richten we ons hier op wiskundige modellen die rekening houden met individuele heterogeniteit in gedrag en transmissie. Het schatten van epidemiologische parameters op basis van stochastische en tijdrovende individu-gebaseerde modellen is echter een uitdaging. Vervolgens is een economische evaluatie van preventieve maatregelen mogelijk met deze individu-gebaseerde modellen, maar dit wordt bemoeilijkt door een samenspel van onzekerheid en stochastiek in het onderliggende ziekteproces. Daarnaast vereist de zoektocht naar het meest (kosten)effectieve scenario selectietechnieken op basis van meerdere criteria. Methoden obv artificiële intelligentie, genaamd bekrachtigingsleren, zijn hiervoor al nuttig gebleken, maar deze model-context vereist aangepaste algoritmen. Vooral in een epidemische setting met onverwachte gebeurtenissen zoals nieuwe varianten is beleidsondersteunend onderzoek extra uitdagend. Als zodanig beogen wij de besluitvorming inzake volksgezondheid in een pandemische setting te kunnen versnellen op basis van geavanceerde statistiek, gezondheidseconomie en computerwetenschappen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Co-productie met jongeren voor duurzame betrokkenheidheid en empowerment voor gezondheid (YIPEE). 01/01/2023 - 31/12/2025

Abstract

De meeste traditionele interventies op het gebied van geestelijke gezondheid voor jongeren slagen er niet in een duurzaam effect op schaal te bereiken omdat ze te veel vertrouwen op geïndividualiseerde, op medische ziekten gerichte modellen en jongeren als passieve begunstigden behandelen. citiesRISE, een initiatief dat in 2017 werd opgericht door meerdere belanghebbenden om deze lacunes aan te pakken, heeft samengewerkt met jongeren, gemeenschappen en professionals in vijf steden, evenals met sociale vernieuwers in meer dan twintig landen, om een reeks empirisch onderbouwde, schaalbare interventies en implementatiemodellen voor geestelijke gezondheid voor jongeren te ontwikkelen. Het YiPEE-project wil degelijk bewijs leveren van de haalbaarheid, aanpasbaarheid, doeltreffendheid en kosteneffectiviteit van een meervoudige interventie die zich richt op de innerlijke, sociale en omgevingsdimensies die ten grondslag liggen aan de geestelijke gezondheid en bredere resultaten op het gebied van risicovermindering van NCD's, wanneer deze wordt uitgevoerd met behulp van een door jongeren geïnformeerde en geactiveerde aanpak. Dit zal worden bereikt door middel van een gemengde methode, waarbij een realistische evaluatie wordt uitgevoerd op de vier locaties (Chennai, India; Nairobi, Kenia; Kaapstad, Zuid-Afrika; Stockholm, Zweden) om de belangrijkste resultaten van de implementatie te bestuderen volgens het Practical Robust Implementation and Sustainability Model (PRISM) en de mechanismen die ten grondslag liggen aan waarom de interventie werkt, voor wie, en onder welke reële omstandigheden. In Chennai zal YiPEE een gerandomiseerde gecontroleerde trial uitvoeren voor een meer robuuste evaluatie van de effectiviteit en de kosteneffectiviteit bij het bereiken van belangrijke resultaten op het gebied van geestelijke gezondheid en andere NCD-gerelateerde gedragspatronen. YiPEE richt zich op de combinatie van een multicomponenteninterventie op school die gericht is op een positieve verstoring van de innerlijke, sociale en omgevingsdimensies van de geestelijke gezondheid van adolescenten en een implementatiemodel dat jongeren in het middelpunt van de transformatie plaatst en samenwerkt met een reeks andere belanghebbenden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Voorzitterschap en directie van de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn. 01/01/2023 - 30/06/2024

Abstract

Dit behelst de coördinatie en het voorzitterschap van de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn, gefinancierd vanuit het RIZIV. De opdracht omvat de ontwikkeling, adaptatie en updating van Belgische Richtlijnen. Dit werk maakt deel uit van het federaal EBP Plan Meerjaren-kader 2021-2025 Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn (voorbereiden, organiseren en voorzitten van de vergaderingen en de werkgroep en stuurgroep, contacten met auteursgroepen, stakeholders en experten, met RIZIV en EBPracticeNet, beheer van website werkgroep. - De uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling - begeleiding van richtlijnontwikkeling door externe partners en van FOD-projecten met betrekking tot richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Beleidsondersteunende evaluatie voor de hervorming van de zorgraden. 28/11/2022 - 31/12/2024

Abstract

De Vlaamse overheid ondersteunt de uitbouw van de eerstelijnszorg. Dit gebeurt deels binnen het VAGZ, met de beleidsinstrumenten regulatie en financiering. Hiernaast zijn er organisaties opgericht die ondersteuning bieden, zoals VIVEL. VIVEL ondersteunt de ontwikkeling van de ELZ met een aantal ondersteunende activiteiten en evaluaties van thema's zoals: a) inspraak van mensen met een zorg- en ondersteuningsnood in zorgraden (door Artevelde-Hefboom); b) indicatoren en identificatie van kwetsbaarheid voor ELZ (U Gent); en c) data en dashboard voor monitoring van zorgnoden en aanbod op ELZ niveau (VIVEL werkgroep data). Het VAGZ wil haar ondersteuning doelmatig en effectief te inzetten. Deze planning is gebaat bij kennis (en experimenteel leren) over wat heeft gewerkt en kennisvergaring m.b.t. wat goed en minder goed werkt(e) in de eerste jaren van de ELZ. Er is internationaal vergelijkend onderzoek dat de COVID-19 respons en decentralisatie evalueert 2,3. Echter, een evaluatie naar het functioneren van ELZ in Vlaanderen is tot heden niet gebeurd. Het doel van de huidige evaluatie is om te weten of en hoe ZR de middelen en functie van populatie managers tijdens de COVID pandemie hebben ingezet om het bestuur, de samenwerking en organisatie van de ELZ te versterken en tot welke procesveranderingen en gezondheidsresultaten dit heeft geleid.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkeling van een multidisciplinaire richtlijn voor de somatische zorg voor personen met een ernstige psychiatrische aandoening in de eerste lijn. 07/11/2022 - 06/05/2024

Abstract

Mensen met een ernstige psychiatrische aandoening krijgen vaak niet de nodige somatische zorg. Dit resulteert in een verminderde levensverwachting. In dit project ontwikkelen we een richtlijn voor de somatische zorg voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening in de eerste lijn.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

'Effectief bereik' van institutionele bevallingen: de relevantie en haalbaarheid van een internationale gezondheidsindicator. 01/11/2022 - 31/10/2024

Abstract

Vrouwen aanmoedigen om in een ziekenhuis of kliniek te bevallen wordt gezien als een belangrijke strategie om te voorkomen dat vrouwen en baby's sterven. Het is echter steeds duidelijker dat institutionele bevallingen niet volstaan om wereldwijd sterfte terug te dringen. Enkel het in kaart brengen van aantallen institutionele bevallingen weerspiegelt niet de inhoud en de kwaliteit van de zorg die vrouwen ontvangen tijdens hun bevalling. Om deze tekortkoming te verhelpen, zijn indicatoren van 'effectief bereik' - waarbij de dimensie van de kwaliteit van de zorg wordt toegevoegd aan de meting van interventiebereik - voorgesteld als de nieuwe optimale meetmethode. De relevantie en haalbaarheid van het meten van effectief bereik van institutionele bevallingen (EBIB) in lage-inkomenslanden is echter nauwelijks bestudeerd. Dit project vult deze onderzoeksleemte door de relevantie en haalbaarheid te onderzoeken van het meten van EBIB op verschillende Tanzaniaanse gezondheidszorgniveaus: van het lokale ziekenhuisniveau in het Newala district, tot het regionale, nationale, en internationale niveau. Door middel van kwalitatieve onderzoeksmethoden zal het project licht werpen op de spanningen tussen internationale meetvereisten en lokale behoeften. Mijn bevindingen zullen nuttig zijn voor toekomstige inspanningen om EBIB in kaart te brengen en zullen bijdragen aan het bevorderen van meetmethodes die haalbaar en relevant zijn om gezondheidszorg op lokaal niveau te verbeteren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Laat niemand achter: de kloof tussen kwetsbare groepen en de eerstelijnszorg dichten via 'reverse innovation'. 01/10/2022 - 30/09/2026

Abstract

Duurzame ontwikkelingsdoelstelling 3 onderstreept het recht op toegang tot eerstelijnsgezondheidszorg (ELZ) voor iedereen. Ondanks verschillende hervormingen in België om ELZ betaalbaar en toegankelijk te maken, worden ongelijkheden inzake toegang tot ELZ zelfs groter – en daarom zijn innovatieve maatregelen nodig. Een nieuw organisatorisch model moet ontwikkeld en getest worden om mensen met gebrekkige toegang tot ELZ beter te koppelen aan het bestaande ELZ-systeem. Een dergelijk nieuw model verreist fundamentele kennis, want eerdere oplossingen zijn herhaaldelijk gefaald. Gelet op de toenemende zorgvraag en beperkte budgetten moeten we leren uit 'reverse innovation' in lage- en middeninkomenslanden (LMI). Een studie van gezondheidsinnovaties in LMI en een theoretische analyse van de vereiste kenmerken van zo'n nieuw model mondde uit in een concept met 'community health workers' (CHW), geïnspireerd door de 'Family Health Strategy' in Brazilië en 'Re-engineering Primary health care' in Zuid-Afrika. Een dergelijk 'outreachend' organisatorisch ELZ-model met een CHW-interventie kan volgens ons de toegang tot ELZ in Vlaanderen verbeteren. Eerst bestuderen we de wisselwerking tussen de verschillende barrières die mensen met gebrekkige toegang ervaren over het hele continuüm van toegang tot ELZ in Vlaanderen (WP 1). Vervolgens vertalen we de innovatieve modellen uit Brazilië en Zuid-Afrika naar kennis voor de CHW-interventie (WP2). In WP3 ontwikkelen wij een nieuw 'outreachend' ELZ-model met CHW's voor betere toegang tot ELZ in Vlaanderen. In WP4 en WP5 testen we deze CHW-interventie in een clustergerandomiseerd onderzoek met controle groep (RCT). Ten slotte bepalen we de kosten-effectiviteit van de interventie in WP6. In dit project wordt academische expertise rond sociologie, huisartsengeneeskunde en economie gecombineerd met inzichten en kennis van belanghebbenden om maatschappelijke impact te verzekeren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Echografische evaluatie van de spier: vroege screening van sarcopenie ter preventie van functie verlies bij ouderen en ter verbetering van de kwaliteit van leven 06/09/2022 - 31/12/2024

Abstract

De huidige toename aan ouderen in onze samenleving stelt ons voor nieuwe gezondheidsuitdagingen . Sarcopenie - gedefineerd als een leeftijdsgebonden verlies van spiermassa, kracht en functie, kan een van deze belangrijke veranderingen zijn. De achteruitgang van deze functie heeft tot gevolg dat meer valincidenten, hospitalisatie, mortaliteit en vermindering van levenskwaliteit zich voordoet. De richtlijnen van EWGSOP richten zich op spieronderzoeksmethoden BIA ? DExa, CT of MIRI . Echter hiervan is de referentie waarde onzeker en zijn niet alle onderzoeken eenvoudig beschikbaar. Standardisering van ander meetmethoden als echografie zou de evaluatie meer toegankelijk kunnen maken . Hiervoor zijn ook referentiewaarden en grenswaarden noodzakelijk . Het huidige onderzoek richt zich op een ruime leeftijdsgroep van 20 tot 99 jarigen . Door dit onderzoek hopen wij de referentie maar ook de tiltpunt van verandering nauwkeuriger en vroeger te kunnen detecteren om tijdig preventieve maatregelen te kunnen inbouwen in het behandelingsplan.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

State of the art techniek en gemeenschapsparticipatie: een winnend team voor de integrale aanpak van cervixkanker in een rurale context. 01/09/2022 - 31/08/2027

Abstract

In dit project pakken we cervixkanker aan, dat in afgelegen gebieden in Ecuador een hoge tol eist. We ontwikkelen en implementeren daarvoor een strategie voor screening en follow up, aangepast aan de landelijke setting in de betrokken gebieden. Optimaliseren van screeningsfaciliteiten wordt gecombineerd met strategieen om de participatie te verbeteren en met telemedicine en AI gedreven diagnostiek.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De Biodiversiteitsnexus: transformatieve verandering voor duurzaamheid (BIONEXT) 01/09/2022 - 31/08/2026

Abstract

BIONEXT zal kennis, instrumenten en handleidingen ontwikkelen voor het integreren van aandacht voor biodiversiteit in beleid, en zal concrete opties aanreiken voor het initiëren, versnellen en opschalen van transformatieve maatschappelijke veranderingen die noodzakelijk zijn voor biodiversiteit. BIONEXT zal een innovatief Nexus Modeleer Kader ontwikkelen dat zal zorgen voor intergratie van scenarios en oplossingsrichtingen in co-productie met stakeholders. Hierbij zal aandacht zijn voor de linken tussen biodiversiteit, water, voeding, energie, transport, klimaat en gezondheid en simulatie bieden van impact van indirecte en directe factoren van invloed op biodiversiteit. Mbv een database van transformatieve case studies zal BIONEXT beleidsmakers en beslissers betrekken in het verkennen van mogelijkheden van het concept van transformatieve verandering. Plausibele toekomstscenario's en wenselijke natuur-positieve visies voor Europa en diverse rechtvaardige transitiepaden zullen worden gecreëerd in lokale workshops en focus groepen in diverse steden in Europa. Door het betrekken van verschillende stakeholders, zal de BIONEXT Pathways App ontwikkeld worden als een nieuw besluitvorming ondersteuningsinstrument, voor het formuleren van beleidsopties en het implementeren van trajecten voor de biodiversiteitsnexus. De resultaten zullen bijdragen aan kennisontwikkeling, capaciteitsopbouw en netwerking tbv IPBES, EU, beleidsmakers en het brede publiek.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Project 'Wij zijn Ruimte'. 01/02/2022 - 01/02/2025

Abstract

Ruimte is een schaars goed geworden. Een derde van het oppervlak in Vlaanderen is al in beslag genomen, elke dag komen daar 6 hectaren bij. Bovendien is 16% van het totale oppervlak verhard. Hoe kunnen we met andere ogen naar onze buurt kijken? Van wie is ruimte? Hoe kunnen we die mooier, gezonder en klimaatvriendelijker maken? 'Wij zijn Ruimte' wil scholen en buurtgroepen tools aanreiken om met deze vragen aan de slag te gaan, via les- en werkpakketten die we via 5 piloottrajecten participatief uitwerken. Wat? 5 lokale samenwerkingen (lokaal bestuur, lagere school en buurtgroep) voor het participatief uitwerken van een les- en werkpakket 5 concrete en haalbare plannen voor een actie in de gemeente of stad, van groenere en gedeelde speelplaatsen en moestuinen tot autoluwe schoolstraten en wie weet … Inzichten verzamelen over de impact van onze workshops, brainstormsessies en methodieken op de betrokkenheid van de deelnemers en draagvlak in de buurt rond duurzaam ruimtegebruik

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Gezondheidseconomie en economische evaluatie van gezondheidszorgprogramma's en -organisatie. 01/01/2022 - 31/12/2026

Abstract

Het doel van dit onderzoeksproject is om modelgebaseerde economische evaluaties voor huisartspraktijken, verpleegteams, infectieziektemanagement en multimorbiditeit methodologisch uit te breiden. Deel 1 richt zich op de zorg buiten kantooruren in België dat steeds meer georganiseerd wordt in huisartsenwachtposten. Ze vormen een waardevolle aanvulling op duurdere spoeddiensten binnen de ziekenhuisomgeving. Deel 2 richt zich op verpleegteams in de ziekenhuisomgeving en de kosteneffectiviteit van interventies op basis van een beslissingsondersteunend instrument "BNuT". Deel 3 heeft tot doel het gebruik van individu-gebaseerde modellen te finetunen voor economische evaluaties voor infectieziekten. Structurele vraagstukken over de wisselwerking tussen onzekerheid en toeval componenten zullen worden onderzocht met casestudies. Deel 4 richt zich op economische evaluaties van niet-overdraagbare en chronische ziekten bij een vergrijzende bevolking.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Metformin Add-on klinische studie bij multiple sclerose voor evaluatie van brein remyelinisatie en neurodegeneratie (MACSiMiSE-BRAIN). 01/10/2021 - 30/09/2025

Abstract

Multiple Sclerosis (MS) is een chronische neuroinflammatory en neurodegenerative ziekte leading to focal and diffuse damage of myelin sheath and axons in the central nervous system (CNS). Pathophysiologically, the adaptive and innate immune system are involved in the inflammatory process, while mitochondrial dysfunction, oxidative stress and failure of remyelination are the main mechanisms in chronic neurodegeneration. Despite currently available disease modifying treatments (DMTs) that target the immune system, patients continue to accumulate disability leading to progression. Unfortunately, no neuroprotective or remyelinating agents are available as therapy for progressive MS. Hence, drugs to tackle disease progression in MS represent a major unmet need. In this respect, metformin is a very interesting drug to investigate in MS patients as a neuroprotective and remyelinating therapy. Several preclinical studies in animal models of MS have shown that metformin has both anti-inflammatory, neuroprotective and remyelinating properties. A clinical study with metformin in a limited sample of MS patients did not demonstrate significant adverse events. As metformin is available as generic drug and the price is low (0.10 eurocent per tablet), pharmaceutical companies have no interest is sponsoring clinical trials with this agent. However, major gains for patients and society may be reached if metformin proves to be a neuroprotective and remyelinating agent. In this research proposal we aim to provide evidence for the neuroprotective and remyelinating effects of metformin (I) in MS patients (P) via measurement of clinical and MRI outcome measures (O), via a multicentre randomized placebo-controlled (C) clinical trial.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De evaluatie van volksgezondheidprogramma's en -organisatie. 01/10/2021 - 30/09/2025

Abstract

Het doctoraat richt zich op de organisatie en kosteneffectiviteit van twee aspecten in de Belgische gezondheidszorg, namelijk de eerstelijnszorg buiten de kantooruren en de zorgteams in ziekenhuizen. Buiten de kantooruren kunnen hulpbehoevenden kiezen tussen een huisarts van wacht en een spoeddienst van een ziekenhuis. Elke spoeddienst in België moet passende zorg verlenen aan iedereen die zich aanbiedt onafhankelijk of de patiënt nood heeft aan de gespecialiseerde zorg in de ziekenhuissetting. De organisatie van huisartsen in wachtposten heeft de toegankelijkheid, duurzaamheid en veiligheid van de eerstelijnszorg verbeterd en biedt een betrouwbaar alternatief voor spoeddiensten. Een belangrijk verschil voor de patiënt is dat er een directe vergoeding gevraagd wordt bij een huisarts, wat niet het geval is op een spoeddienst. De medische zorg in België wordt grotendeels vergoed door de ziektekostenverzekering, maar de eigen bijdrage is goed voor ongeveer 25% van de ziektekosten. In 2014 is de database "iCAREdata" opgezet om gegevens van huisartsenposten, spoeddiensten en apotheken te koppelen voor eerstelijnszorg buiten de kantooruren. Binnen dit doctoraatsproject is het doel om iCAREdata uit te breiden met kostengegevens en de kosteneffectiviteit van zorg in wachtposten te onderzoeken. Het tekort aan verpleegkundigen is een van de grootste uitdagingen voor de gezondheidszorg wereldwijd. Verplegend personeel van de babyboomgeneratie zal binnenkort de arbeidsmarkt verlaten en veel jongere verpleegkundigen overwegen het beroep te verlaten. Daarnaast neemt de behoefte aan "zorg op maat" toe en vraagt dit aanvullende kwalificaties van het verplegend personeel. Recent werd de software tool "BNuT" ontwikkeld met als doel het management van verpleegteams te ondersteunen op basis van vragenlijsten en kerngegevens over verpleegteams en patiëntenzorg. Het doel van dit doctoraatsproject is om de kosteneffectiviteit van interventies in verpleegteams te evalueren in termen van tewerkstelling, kwalificaties, competenties en demografie. Dit doctoraat zal een bijdrage leveren aan het BNuT-project met de integratie van kostengegevens. Er zijn reeds ziekenhuisgegevens beschikbaar van het prototype, maar er zullen meer gegevens verzameld worden tijdens dit doctoraat tijdens het valorisatie-traject van de tool.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Depressie project Janssen-Cilag. 01/10/2021 - 30/09/2024

Abstract

Achtergrond. Depressie is de belangrijkste oorzaak van suïcide en is ook de aandoening met de grootste ziektelast wanneer men dit uitdrukt in het aantal jaren dat er geleefd wordt met een aandoening. De prevalentie stijgt ondanks de continue ontwikkeling van farmacologische en psychotherapeutische interventies. Inzetten op zorglijn-overschrijdende zorg vanuit een laagdrempelige en continue begeleiding binnen een sterke eerstelijnszorg krijgt hierdoor meer en meer aandacht. Doelstelling. Het implementeren van een geïntegreerde interventie waarbij de werkzame elementen, het draagvlak en de contextuele voorwaarden waaraan een setting moet voldoen worden onderzocht. Methode. Het IDECA-project omvat drie interventiepijlers: (i) de integratie van de referentiepersoon mentaal welzijn (een case managementfunctie) in de huisartsenpraktijk, (ii) het ontwikkelen van een shared care leidraad document, en (iii) professionele bijscholing. De interventie wordt geëvalueerd met een Realist Evaluation in combinatie met de Normalization Process Theory waarbij context-mechanisme-outcome constellaties worden afgetoetst en uitgewerkt. De nadruk ligt op kwalitatief onderzoek met ondersteunende kwantitatieve data, welke verzameld worden bij zowel participerende zorgverleners en patiënten.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Screening baarmoederhalskanker verhogen via huisartsgebaseerde interventies: ESSAG-trial. 01/09/2021 - 31/08/2025

Abstract

In dit project gaan we na of self screening voor HPV, gefaciliteerd door huisartsen, de participatiegraad verhoogt. Huisartsen zullen aktief self screening aanbieden aan hun patienten (interventiegroep), of deel uitmaken van een controlegroep voor deze RCT.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Leerstoel Provincie Antwerpen Zorgberoepen in Evolutie. 01/09/2021 - 25/08/2025

Abstract

In het kader van de Leerstoel Provincie Antwerpen – Zorgberoepen in evolutie- PAZOE, gefinancierd door het samenwerkingsverband tussen Provincie Antwerpen, Gouverneur Kinsbergen Centrum (GKC) en UAntwerpen, onderzoeken we de belangrijke uitval en uitstroom binnen zorgberoepen. Meer bepaald hoe de zorg- en welzijnssector kan omgaan met de capaciteitstekorten aan zorgverleners in combinatie met de groeiende en veranderende zorgvraag vanuit de maatschappij. De zorgsector ondergaat heel wat veranderingen en staat ook in de provincie Antwerpen voor grote uitdagingen. De doorstroom van zorgopleiding naar arbeidsmarkt verloopt moeizaam. Daardoor zijn er personeelstekorten. Anderzijds neemt de zorgvraag vanuit de maatschappij toe door meer chronische, complexe zorg en de toenemende vergrijzing. Gebruikmakend van mixed-method onderzoeksmethoden, alsook implementatieonderzoek zullen we (1) een analyse en synthese maken van bestaande initiatieven rond anders werken en anders leren binnen de zorgsector; (2) een lerend netwerk uitbouwen; (3) drie pilootprojecten uitrollen gebaseerd op de initiële analyse, ondersteund door het lerend netwerk, en dit in eerste instantie in de Eerstelijnszones Middenkempen en De Rupelaar. De leerstoel wil ook zorgen voor verbinding tussen verschillende lopende projecten in interprofessionele samenwerking tussen professionals en organisaties in de zorgsector.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

GO GREEN: Resilient Optimal Urban natural, Technological and Environmental Solutions (GO GREEN ROUTES). 01/09/2020 - 31/08/2024

Abstract

De complexe mondiale uitdagingen waarmee de Europese steden vandaag de dag worden geconfronteerd, zullen naar verwachting in de komende decennia nog dramatischer worden. Er wordt voorspeld dat in 2050 tot 70% van de totale wereldbevolking in stedelijke gebieden zal wonen. In Europa is dit echter al werkelijkheid geworden aangezien 74,5% van de Europese bevolking momenteel in stedelijke gebieden woont, wat Europa de op twee na meest verstedelijkte regio op onze planeet maakt. Volgens de World Urbanization Prospects van de Verenigde Naties zal een verdere verstedelijking in Europa ertoe leiden dat tegen 2040 80 % van de bevolking in steden zal wonen en tegen 2050 85 %. Europa wordt geconfronteerd met onderling samenhangende sociale, gezondheidsgerelateerde, ecologische en economische uitdagingen van verstedelijking. Een mondiaal kader, de SDG's van de VN, kan de ontwikkeling van oplossingen voor deze uitdagingen van verstedelijking sturen. GogreenRoutes zal, in samenwerking met verschillende Europese onderzoeksinstituten en steden, helpen de SDG's aan te pakken en zal gebruik maken van een transdisciplinaire kennisbasis die verder gaat dan op de natuur gebaseerde oplossingen oftewel nature-based solutions (NBS), ecosysteemdiensten en stedelijke groene infrastructuurbenaderingen. Dit doormiddel van het gezamenlijk ontwikkelen en uitvoeren van innovatieve mechanismen om deze uitdagingen op te lossen en grotere menselijke en ecologische gezondheidstoestanden in de stedelijke omgeving mogelijk te maken. De UND SDG-doelstelling voor veerkracht en duurzame steden (11.7) om "universele toegang te bieden tot veilige, inclusieve en toegankelijke, groene en openbare ruimten, met name voor vrouwen en kinderen, ouderen en personen met een handicap" staat centraal in Gogreen Routes. De innovaties in Gogreen Routes zullen de EU een wereldleider maken in de baanbrekende synergie van nature-based solutions, nature-based interventies en digitale en sociale innovatie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Volksgezondheid en eerstelijnszorg. 01/10/2019 - 30/09/2024

Abstract

Achtergrond. Globalisering, innovatie, verstedelijking, klimaatverandering en vergrijzing hebben gevolgen voor de volksgezondheid en voor de organisatie van zorg. Het leidt tot nieuwe gezondheidsproblemen, tot meer diversiteit onder de bevolking, tot een andere maatschappelijke context en tot nieuwe mogelijkheden in en bedreigingen voor de gezondheidszorg. Antwoorden op deze wereldwijde en lokale uitdagingen zijn onder meer intersectorale samenwerking en integratie. België ondergaat een transitie naar meer geïntegreerde zorg, met initiatieven zoals eerstelijnszones en chronische zorg innovatie. Veel van zulke initiatieven worden nauwelijks geëvalueerd, waardoor we te weinig weten over implementatie, effectiviteit en kosten. Dit voorstel beoogt bij te dragen tot de implementatie en het bewijs van geïntegreerde zorg van hoge kwaliteit, in België en in andere contexten.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Primary Care Academy, Interdisciplinaire Leerstoel van het Fonds Dr. Daniël De Coninck beheerd door de Koning Boudewijn Stichting 01/01/2019 - 30/04/2024

Abstract

Primary Care Academy, Interdisciplinaire Leerstoel van het Fonds Dr. Daniël De Coninck beheerd door de Koning Boudewijns Stichting Deze leerstoel werd toegekend voor een periode van 5 jaar vanaf 1 April 2019. Waarom? De zorgnoden van de Belgische bevolking noodzaken een nieuwe aanpak van de eerstlijnszorg. De Primary Care Academy (PCA) draagt bij aan een betere eerstelijnszorg voor patiënten in hun thuisomgeving en in hun sociale context. Speciale aandacht is er voor de toegankelijkheid van de zorg. Wie? De PCA is een onderwijs en onderzoeksnetwerk dat bestaat uit 4 universiteiten en 6 hoge scholen, het Vlaams Patiënten Platform en het Wit-Gele Kruis van Vlaanderen. Wat? De PCA richt zich op een meer geïntegreerde en interdisciplinaire eerstelijnszorg voor mensen met een middelmatig ernstige hulpvraag. De PCA ondersteunt doelgerichte zorg, het ondersteunen van zelfzorg en interdisciplinair samenwerken. Nieuwe zorgmodellen zullen worden ontwikkeld, onderzocht, onderwezen en ook toepassing vinden in de zorgprocessen. Hoe? Aan de hand van praktijk gebonden onderzoek worden nieuwe zorgstrategieën en onderwijsvormen ontwikkeld. Het onderwijs richt zich op zorg en welzijnsberoepen in zowel (professionele en academische) bachelors, de masterfase en ook de professionele navorming. Om duurzame verandering te bewerkstelligen, is er een voortdurende interactie met de beleidsmakers.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Leerstoel Zorg & Natuurlijke leefomgeving. 01/10/2018 - 31/12/2025

Abstract

Deze leerstoel ontvangt gedurende 3 jaar financiering van de Provincie Antwerpen en bouwt voort op het werk van het lopende project "Licht op Groen" waarin de onderzoeksgroep ELIZA samenwerkt met de Provincie Antwerpen. Vanaf 2019 zet de leerstoel zich in op onderzoek, onderwijs en dienstverlening over de betere afstemming tussen eerstelijns gezondheidszorg en een natuurlijke leefomgeving: Integratie van kennis en praktijk: praktijkgericht onderzoek (actie-onderzoek/implementatie onderzoek) en onderzoekgerichte praktijk (praktijk-evaluatie) Integratie van aandacht voor natuurgerelateerde gezondheidswinst en gezondheidsrisico's Interprofessioneel: samenwerkingsonderzoek natuur sector – gezondheidssector – andere relevante sectoren; kennisoverdracht naar en door verschillende sectoren

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderwijsproject
  • Onderzoeksproject

Afgelopen projecten

Coördinatie en auteurschap van de richtlijn chronisch hartfalen. 01/07/2023 - 31/12/2023

Abstract

Dit project betreft de ontwikkeling van een partiële update van de Domus Medica richtlijn chronisch hartfalen. Zes klinische vragen worden beantwoord: 1. Welk zelfmanagement/zelfzorg is aanbevolen voor patienten met chronisch hartfalen? 2. Welke farmacologische behandeling is (niet) aanbevolen voor patiënten met chronisch hartfalen? 3. Welke follow-up is aanbevolen voor patiënten met chronisch hartfalen ( specifiek na opstarten van medicatie, voor anemie) ? 4. Welke multidisciplinaire aorg is aanbevolen voor patiënten met chronisch hartfalen? 5. Welk type van cardiale revalidatie is aanbevolen voor patiënten met chronisch hartfalen? 6. Wenner is verwijzing naar de cardioloog aanbevolen voor patiënten met chronisch hartfalen? Het richtlijnontwikkelingsproces volgt de ADAPTE procedure en het omvat een uitgebreide literature zoektocht. Literatuur wordt kritisch beoordeeld en in het formuleren van aanbevelingen gebruikt men de GRADE en Evidence-to decision frameworks.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een 'country vignette' over goede praktijken in eerstelijns geestelijke gezondheidszorg in België. 17/02/2023 - 15/03/2023

Abstract

Dit project omvat het schrijven van een 'country vignette' met betrekking tot goede praktijken aangaande eerstelijns geestelijke gezondheidszorg in België. We doen dit in samenwerking met de federale overheid en vorsers van andere universiteiten.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Analyse van vergroeningsprojecten in de zorg als natuuroplossing voor gezondheid/welbevinden in functie van een betere wetenschappelijke onderbouwing en een draaiboek voor toekomstige kwaliteitsvolle terreinrealisaties. 16/01/2023 - 16/11/2023

Abstract

Natuur en biodiversiteit hebben niet enkel een positieve invloed op de menselijke gezondheid, ze zijn ook essentieel voor een goed en gezond leven. Hoewel dit thema binnen de gezondheidszorg steeds meer aandacht krijgt, bestaan natuuroplossingen binnen de zorg nog vaak als geïsoleerde initiatieven zonder een structurele wetenschappelijk omkadering. Vandaar dat het noodzakelijk is om een wetenschappelijk onderbouwde evaluatiemethodiek te ontwikkelen die informatie kan genereren en bewijskracht kan aanleveren met betrekking tot te boeken gezondheidswinsten enerzijds en het verstevigen van ecosystemen anderzijds. In dit onderzoek gaan we dieper in op de voorgenoemde problematiek en stellen we een conceptueel kader voor dat zal dienen als fundament van het project. Hierbij introduceren we ook een aantal bijkomende benaderingen die niet als zodanig in het bestek werden gevraagd, zoals een opleidingsperspectief en het beschouwen van de rol van het microbioom. Verder behandelen we de verschillende fases die door de opdrachtgever werden beschreven op een methodologische manier waarbij we steeds de verbinding maken met de methodiek van intervention mapping die we in een iteratief proces zullen toepassen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Opstellen methodiek voor prioritering om de werking van de Vlaamse werkgroep Klimaat-Gezondheid concreet van start te laten gaan. 11/01/2023 - 31/12/2023

Abstract

Aangezien niet alle klimaat-gezondheidsproblematieken tegelijkertijd kunnen aangepakt worden, dringt zich een methodiek voor prioritering op om de werking van de Vlaamse werkgroep klimaat-gezondheid concreet van start te laten gaan. Tijdens het opstartoverleg van de werkgroep werd daarom beslist een subwerkgroep op te starten voor het uitwerken van een methode voor het opstellen van de prioritering. De prioriteringsoefening wil een antwoord bieden op deze vraag: Waar is grootste nood aan, waar is meeste gezondheidswinst te behalen op vlak van klimaat-gezondheid door preventieve acties (korte of lange termijn)? De subwerkgroep werkt aan een pragmatische methode om structuur aan te brengen in het complexe vraagstuk van prioritering. De werkgroepleden zullen via een vragenlijst bevraagd worden. Deze opdracht omvat: - De verwerking van de binnengekomen antwoorden op de bevraging - Het toekennen van gewichten voor het expertniveau en het uitvoeren van een sensitiviteitsanalyse (MCDA)

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De aanpassing van instrumenten om de invloed van sociale netwerken te beoordelen op het management van chronische ziekten (CIM) bij niet-EU-migranten in België: Een preteststudie in Antwerpen. 01/01/2023 - 30/09/2023

Abstract

Chronische ziekten (CI) omvatten een breed scala aan langdurige aandoeningen met een onzeker traject en vaak met een complexe behandeling. Het management van chronische ziekten (CIM) vereist de mobilisatie van het sociale netwerk van de patiënt. Interventies op basis van sociale netwerken blijken de gezondheidsresultaten voor mensen met CI te verbeteren, maar het meeste onderzoek is gericht op autochtone populaties in hoge inkomenslanden. Het gebruik van dergelijke interventies bij de bevordering van zelfmanagement van CI bij migranten is complexer. In dit jPPP zullen we 2 methoden (ClickDiaries en de Social Connections Mapping Tool) aanpassen, pre-testen en de relevantie en haalbaarheid om gegevens te verzamelen over sociale netwerken en hun relevantie voor CIM bij niet-EU-migranten in Antwerpen beoordelen, d.m.v. een literatuurstudie, FGDs, stakeholderraadplegingen en het inzetten van het instrument. Het aangepaste instrument zal kunnen vastleggen wat de omvang, functies en kracht van lokale maar ook transnationale netwerken zijn die relevant zijn voor CIM van migranten; waarom, wanneer en met welk doel netwerken worden gemobiliseerd; en hoe netwerken in de loop van een CI kunnen veranderen. Dit instrument kan lacunes in het onderzoek op te vullen, maar zal ook bijdragen tot het ontwerp van CIM-programma's en consultatiehulpmiddelen voor professionals die migranten met CI ondersteunen. Het aangepaste instrument zal ook worden gebruikt in komende grote EU onderzoeksvoorstellen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Voorzitterschap en directie van de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn. 01/07/2022 - 31/12/2022

Abstract

Dit behelst de coördinatie en het voorzitterschap van de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn, gefinancierd vanuit het RIZIV. De opdracht omvat de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen. Dit werk maakt deel uit van het federaal EBP Plan Meerjaren-kader 2021-2025 Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn (voorbereiden, organiseren en voorzitten van de vergaderingen en de werkgroep en stuurgroep, contacten met auteursgroepen, stakeholders en experten, met RIZIV en EBPracticeNet, beheer van website werkgroep. - De uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling - begeleiding van richtlijnontwikkeling door externe partners en van FOD-projecten met betrekking tot richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Evaluatie Antwerpse Covidrespons periode half mei 2022 tot en met eind juni 2022. 29/06/2022 - 31/12/2022

Abstract

De stad Antwerpen en de Antwerpse eerstelijnszones hebben als publieke actoren de COVID response op hun grondgebied georganiseerd. Nu de COVID-19 pandemie een endemische fase bereikt, wil de stad Antwerpen aan een evaluatie doen van de COVID response op haar grondgebied, en daar lessen uit trekken in functie van potentieel nieuwe, gelijkaardige gezondheidscrisissen in de toekomst. Dit evaluatie project beantwoordt de vragen van de stad middels een systematische methode en gebaseerd op sterk wetenschappelijke onderzoek.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Gezondheid systemen in grootstedelijke context: crises en veerkracht: wat kunnen we leren van COVID-19? 01/05/2022 - 31/01/2023

Abstract

Deze samenwerking bouwt voort op een onderzoeksproject ingediend bij het FWO maar werd niet gehonoreerd. Het doel van het project was bij te dragen tot een beter begrip van de verbanden tussen bestuur en veerkracht van stedelijke gezondheidssystemen in superdiverse steden. De algemene doelstelling was om de factoren die ten grondslag liggen aan de veerkracht van stedelijke gezondheidssystemen in twee geselecteerde steden te onderzoeken en te vergelijken, waarbij COVID-19 als een tracerconditie voor een schok werd gebruikt. We ontwierpen zes deelstudies, elk gericht op één specifieke doelstelling. Het huidige jPPP-project dient ter voorbereiding van het project "Stedelijke gezondheidssystemen, schokken en veerkracht: wat kunnen we leren van COVID-19?". Dit kadert ook in het 'living lab' dat het speerpunt Primary Care en Volksgezondheid met de Stad Antwerpen vormgeeft.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Management van een onderzoeksprogramma mbt jongeren en relationeel welbevinden 22/03/2022 - 05/05/2022

Abstract

In antwoord op een uitnodiging van de Fondation Botnar, stelde de International Foundation for Science (IFS) zich kandidaat voor management van het Young People and Relational Wellbeing Research Program.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De rol van apothekers ten aanzien van psychosociale problemen bij cliënteel. 01/03/2022 - 28/02/2023

Abstract

Dit project is een vervolg op het gelijknamige vorige project en breidt de realisaties van #CAVASa 1.0 uit naar een groter aantal apothekers in meer eerstelijnszorgzones. Opnieuw zullen onderzoekers van UAntwerpen en KU Leuven nagaan of en hoe apothekers doorverwijzen, en wat nodig is om een bredere implementatie te optimaliseren. In nauwe samenwerking met het Vlaams Apothekers Netwerk en de Centra voor Algemeen Welzijnswerk.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Acute luchtweginfecties in de eerstelijnszorg in Europa: een punt prevalentie audit survey (PPAS) van presentatie en behandeling. 22/02/2022 - 31/03/2022

Abstract

Achtergrond: De resistentie tegen antibiotica is wereldwijd een van de belangrijkste doodsoorzaken. 80% van alle antibiotica wordt voorgeschreven in de eerstelijnsgezondheidszorg en acute luchtweginfecties (CA-ARTI) zijn de meest voorkomende acute redenen om de gezondheidszorg te raadplegen in de eerstelijnsgezondheidszorg en voor het gebruik van antibiotica. In klinische studies is gebleken dat point of care testen kosteneffectief zijn en de kwaliteit van de zorg en de patiëntresultaten kunnen helpen verbeteren. Doel: Het registreren van informatie over patiënten die gezondheidszorg inroepen voor CA-ARTI (bijv. acute hoest, keelpijn). Dit zal onderzoekers een referentie geven van test strategieën en het voorschrijven van antibiotica in contrasterende Europese settings door simpelweg te observeren wat er nu in de routinezorg gebeurt. Opzet en setting: Prospectieve audit in 18 Europese landen. Methode: Huisartsen registreerden patiënt-, klinische- en management karakteristieken, en vertrouwen in hun antibiotica voorschrijfbeslissing voor patiënten die zich presenteerden met keelpijn en/of lagere RTI. Verschillen in deze kenmerken tussen landen en tussen pandemische en prepandemische zorg worden beschreven. Factoren gerelateerd aan het voorschrijven van antibiotica en vertrouwen werden geanalyseerd met multilevel logistische regressie. Resultaten: De zorg voor patiënten met RTI's schakelde snel over naar telefonische/video-consulten (10% in Armenië, 91% in Denemarken), en wanneer de consulten face-to-face waren, gebruikten de huisartsen PBM tijdens 97% (95% CI 96% tot 98%) van de contacten. Laboratoriumtests op SARS-CoV-2 bij eerstelijnspatiënten met RTI's werden snel uitgevoerd in Denemarken (59%) en Duitsland (31%), terwijl het testen op C-reactief proteïne in het algemeen afnam. Het percentage patiënten dat antibiotica kreeg voorgeschreven varieerde sterk van land tot land (3% in België, 48% in het VK) en was tijdens de pandemie lager dan in de maanden ervoor, behalve in Griekenland, Polen en het VK. Het voorschrijven van antibiotica hing samen met de ernst van de ziekte, comorbiditeit, leeftijd, koorts en 'land', maar niet met het hebben uitgevoerd van een POC-test. In bijna 90% van de consultaties hadden de huisartsen vertrouwen in hun beslissing om antibiotica voor te schrijven. Conclusie: Ondanks een groot vertrouwen in beslissingen over het voorschrijven van antibiotica, is er aanzienlijke variatie in de eerstelijnszorg voor RTI in Europese landen, waarbij huisartsen over het algemeen vaker antibiotica voorschrijven dan wenselijk wordt geacht. POC-testen kunnen de kwaliteit van de beslissingen over het voorschrijven van antibiotica verbeteren als ze beslissingen om antibiotica voor te schrijven, die alleen op klinische inschatting werden genomen, op een veilige manier kunnen terugdraaien.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een 'de novo' ontwikkeling van een multidisciplinaire richtlijn voor goede klinische praktijk met betrekking tot de oncologische nazorg in de eerste lijn. 01/01/2022 - 30/06/2023

Abstract

Het doel is om een multidisciplinaire richtlijn voor goede klinische praktijk te ontwikkelen met betrekking tot de oncologische nazorg in de eerste lijn, volgens de internationale standaarden voor de ontwikkeling van een evidence-based richtlijn en de criteria die het Belgische Centrum voor Evidence-Based Medicine (CEBAM) hanteert voor de validatie van richtlijnen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Gezondheidspromotie en ziektepreventie in de opleidingen voor de Eerstelijn: een Belgische kader vanuit Europese richtlijnen (PROPELLER). 09/12/2021 - 09/12/2022

Abstract

Gezien de cruciale rol van gezondheidspromotie en ziektepreventie in de gezondheidszorg in de eerstelijn en de beperkte aandacht hiervoor in de huidige opleidingen in België, is er een nood aan capaciteitsopbouw voor ziektepreventie en gezondheidsbevordering voor professionals in die eerstelijn. Met dit project formuleren we strategieën voor een betere verankering van gezondheidspromotie en ziektepreventie in de eerstelijnsopleidingen, op basis van internationale standaarden en met behulp van een Europees netwerk. Het project wordt uitgevoerd door een multidisciplinair consortium van twee academische partners uit beide taalgebieden -Universiteit Antwerpen (UA) en Université Catolique de Louvain (UCL) – en het expertisecentrum inzake gezondheidsbevordering - Vlaams Instituut Gezond Leven (GL). Het multidisciplinair onderzoeksteam bestaat uit huisartsen, psychologen, onderwijsdeskundigen en communicatiewetenschappers. De onderzoeksgroep kan beroep doen op een uitgebreide stuurgroep van stakeholders met vertegenwoordigers van zorggebruikers, opleidingsinstituten, professionele organisaties en beleidsmakers van beide landsdelen, zowel tijdens de inventarisatie fase als voor de ontwikkeling van de strategie en de disseminatie. De inclusie van vertegenwoordigers van kwetsbare doelgroepen in de stuurgroep garandeert specifieke aandacht voor noden en inbreng van deze groepen. De ontwikkeling van strategieën gebeurt via 3 fases, georganiseerd in 3 werkpakketten. In WP1 zullen we via een desk-research een Belgisch referentiekader uitwerken voor het aanbod en de kwaliteit van onderwijs in gezondheidspromotie en ziektepreventie. Bestaande internationale kaders zoals de kernvaardigheden opgesteld voor gezondheidspromotiewerkers door de International Union for Health Promotion and Education (IUHPE) zijn het startpunt voor een professie-overschrijdend referentiekader dat aangepast wordt aan de Belgische context. In WP2 maken we een inventarisatie van het bestaande aanbod en van de kwaliteit van gezondheidspromotie en ziektepreventie in de basisopleidingen van eerstelijnsprofessionals in België, via een survey startend bij het stakeholder netwerk. Dit omvat ook een vergelijkende analyse met opleidingen in andere Europese landen, via de connecties van de onderzoeksgroep met Europese netwerken. De opleidingen zullen worden geanalyseerd op basis van het referentiekader ontwikkeld in WP1 en het didactisch model van Clement. WP3 richt zich op de ontwikkeling van strategieën voor de beoogde verankering van gezondheidspromotie en ziektepreventie in de eerstelijnsopleidingen op basis van de resultaten van WP1 en WP2. Aan de hand van co-creatie werksessies ontwikkelt de onderzoeksgroep samen met stakeholders een draft strategie in de vorm van een onderwijspakket, dat wordt getoetst in een Delphi procedure. De disseminatie naar opleidingsinstituten, professionele en wetenschappelijke organisaties, doelgroepen en beleidsmakers toe en de creatie van een draagvlak voor concrete strategieën gebeurt samen met de stuurgroep. Een eindsymposium en publicaties in vaktijdschriften zullen hiertoe bijdragen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Samen Werkt. 01/08/2021 - 31/12/2023

Abstract

Uit de literatuur en de praktijk weten we dat beter interprofessioneel én interorganisationeel samenwerken een grote invloed heeft op de kwaliteit van de zorg en een antwoord kan bieden op complexe problemen. De huidige ervaringen met de drastische en immer wijzigende maatregelen voor en door de COVID 19 pandemie blijkt meer dan ooit dat samenwerken niet eenvoudig maar wel haalbaar is. Het brengt specifieke uitdagingen met zich mee en daagt ons uit om steeds innovatief en realistisch te zoeken naar gepaste aanpakken in de steeds veranderende omstandigheden. Het is vanzelfsprekend dat een antwoord bieden op zorgvragen die op ons afkomen in steeds wijzigende omstandigheden de nodige flexibiliteit, maar vooral ook expertise en ervaringen vereisen. Het project Samen werkt!? bouwt verder op de expertise binnen Universiteit Antwerpen en zeer specifiek op het project IPSIG-4U. In dat project werd een eerste scan interprofessioneel samenwerken getest in de context van een woonzorgcentrum. Samen werkt!? bouwt hierop verder door een uitbreiding van testpilots (1) voor de scan interprofessioneel samenwerken. Vanuit deze pilots zullen de partners in dit project de opgedane kennis verspreiden en zo mee extra draagvlak creëren (2) voor samenwerken in onderwijs en werkveld. Verder zal er op basis van de pilots geanalyseerd worden of en op welke manier de scan als tool duurzaam inzetbaar (3) is in het werkveld.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Manieren om het volksgezondheidsprobleem veroorzaakt door onchocerciasis-geassocieerde epilepsie te verminderen. 15/07/2021 - 14/07/2022

Abstract

Er is toenemend bewijs dat onchocerciasis epilepsie kan veroorzaken. Inderdaad, na de introductie van tweejaarlijkse gemeenschapsgerichte behandeling met ivermectine en gebruik van larviciding ter bestrijding van broedhaarden van zwarte vliegen in rivieren in het noorden van Oeganda in 2012, zijn er geen nieuwe gevallen van "nodding syndroom" meer gemeld en is ook het aantal personen dat andere vormen van epilepsie ontwikkelde sterk afgenomen. In West-Oeganda onstonden er geen gevallen meer van onchocerciasis-geassocieerde epilepsie (OAE) sinds onchocerciasis er werd uitgeroeid. Tot nu toe blijft echter het pathofysiologische mechanisme van OAE nog onduidelijk. Daarom is er nog steeds veel scepsis onder wetenschappers en besluitvormers op het gebied van volksgezondheid over het feit of onchocerciasis epilepsie kan veroorzaken. Als gevolg hiervan is er weinig internationaal draagvlak voor interventies om OAE te voorkomen. Daarom is aanvullend onderzoek nodig om de causale relatie tussen onchocerciasis en epilepsie te bevestigen en om manieren te onderzoeken om OAE te voorkomen. Er is ook behoefte om de epilepsie behandelingskloof te verkleinen en om de zorg voor personen met epilepsie in onchocerciasis-endemische regio's te verbeteren. Hiervoor is een gedecentraliseerd, door de gemeenshap gedragen, epilepsie behandelingssysteem nodig.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Literatuuronderzoek naar natuurbetrokkenheid bij jongeren in het secundair onderwijs. 01/06/2021 - 31/05/2022

Abstract

Het belang van natuur voor de ontwikkeling van de jongeren (12- 18 jaar) wordt veelvuldig aangehaald in de wetenschappelijke literatuur. Zowel voor de gezondheid, het welbevinden en schoolprestaties, als voor het leggen van fundament voor een duurzame milieuvriendelijke houding als burger. Toch lijken jongeren in het secundair onderwijs minder interesse te tonen in de natuur. Hoewel verschillende organisaties natuur-educatieve programma's aanbieden, blijkt de vraag vanuit de jongeren en scholen zelf hiernaar niet erg hoog. Omwille van deze mismatch werd er binnen dit onderzoeksproject een antwoord gezocht op de volgende onderzoeksvragen: 1) Wat is de stand van zaken in wetenschap en beleid met betrekking tot het belang van en de drempels en hefbomen voor het werken rond natuurbetrokkenheid met jongeren (12-18j) in het secundair onderwijs? 2) Wat kunnen we leren uit internationale voorbeeldpraktijken over het omgaan met de geïdentificeerde drempels en hefbomen, op het vlak van onderwijs en de jongeren zelf ? 3) Welke aanbevelingen kunnen op basis van beide verkenningen geformuleerd worden rond natuurbetrokkenheid bij jongeren in het secundair onderwijs in Vlaanderen en voor volgende stappen voor ondersteunend beleid? Deze onderzoeksvragen werden beantwoord door middel van een systematische literatuurstudie en drie casestudies.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

DAWN-antivirals: De DAWN antivirale middelen studie voor ambulante COVID-19 patiënten 01/06/2021 - 31/12/2021

Abstract

Deze studie heeft als doel na te gaan of antivirale geneesmiddelen doeltreffend zijn bij de behandeling van symptomatische COVID-19-patiënten. Twee antivirale geneesmiddelen zullen worden getest: camostat, een geneesmiddel dat al meer dan 30 jaar in Japan en andere Aziatische landen op de markt is, en molnupiravir, een orale antivirale behandeling die oorspronkelijk werd ontwikkeld voor de behandeling van influenza, en een goed veiligheidsprofiel heeft. Wie kan deelnemen? Patiënten van 40 jaar of ouder die zich bij hun huisarts of plaatselijk triagepunt melden met recente symptomen (maximum 5 dagen) van COVID-19, op voorwaarde dat de SARS-CoV-2-infectie wordt bevestigd door een snelle antigeentest of PCR test en dat hun toestand geen onmiddellijke ziekenhuisopname vereist. Patiënten die toestemming geven voor deelname aan de proef, zullen willekeurig worden gerandomiseerd in één van de drie groepen (1:1:1): camostat, molnupiravir of placebo. Gedurende de behandeling en tot 30 dagen erna moeten de patiënten elke dag hun symptomen bijhouden in een dagboek. Dit kan worden gedaan met behulp van een smartphone app, op de computer of op papier, wat voor de patiënt het handigst is. Op de 2de, 4de en 30ste dag zal een studieverpleegkundige de patiënt bellen om te vragen naar symptomen, bijwerkingen en om eventuele andere vragen te beantwoorden. Ze krijgen ook een bezoek van de verpleegkundige op de 8ste dag. Het hoofddoel van deze studie is vast te stellen of deze antivirale middelen de tijd tot zelf-gerapporteerd herstel kunnen verkorten. Andere onderzochte elementen zijn het effect op het aantal ziekenhuisopnames of sterfgevallen, het verdwijnen van symptomen, de ernst van de ziekte en op de kwaliteit van leven. Er zullen 474 patiënten aan de proef deelnemen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Blijf aan Z. 01/04/2021 - 31/12/2022

Abstract

De zorgsector kampt al jaren met knelpuntberoepen: vacatures worden niet ingevuld en ook de zorgopleidingen zijn onderbezet. Daarbovenop is de perceptie over werken in de sector, en dan vooral in woonzorgcentra, verslechterd naar aanleiding van de COVID-crisis. Door een blijvend onevenwicht tussen de in- en uitstroom van personeel, is de druk op het bestaande personeelsbestand fel toegenomen. In Nederland wordt hiervoor de metafoor van het vergiet gebruikt: de instroom van zorgpersoneel is in orde terwijl de uitstroom onveranderd groot blijft. Blijf aan Z wil deze uitstroom terugdringen door de focus te leggen op de huidige zorgprofessionals zodat deze zo lang mogelijk aan het werk kunnen blijven en langdurige uitval geminimaliseerd kan worden. Het project wil duurzame en kwalitatief hoogstaande werkgelegenheid bevorderen met als gevolg een lager verloop, een positieve beeldvorming over werken in de zorgsector en een betere begeleiding van jongere werknemers en herintreders. Concreet wordt een analyse uitgevoerd van de problematiek en zullen er voorspellers van uitstroom en uitval geïdentificeerd worden. Een 'dashboard' zal deze voorspellers opvolgen bij de betrokken partners. Daarnaast wordt er een Team Champions opgericht onder de vorm van een train-the-trainer programma. De teamleden zijn de change managers die van binnenuit interveniëren om de (team)veerkracht te verhogen en de retentie te verminderen. Als laatste aspect wordt een Community of Practice (COP) opgestart waarin leidinggevenden van zorgmedewerkers delen en leren over het leiden van werkplekculturen waarin zorgmedewerkers willen (blijven) werken. Dit zelfsturende ontwikkelingstraject verbreedt de horizon van de deelnemers aanzienlijk doordat ze in een leeromgeving komen met anderen van vergelijkbare functies/rollen maar in totaal andere context.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Inhoudelijke en redactionele coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijn eerste lijn alsoook de verdere uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. 01/03/2021 - 31/12/2022

Abstract

Het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV heeft de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn van EBPracticeNet vzw de.opdracht gegeven om de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen op te nemen. Dit werk maakt deel uit van het federaal EBP Plan Meerjarenkader 2021-2025 Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn (voorbereiden, organiseren en voorzitten van de vergaderingen en de werkgroep en stuurgroep, contacten met auteursgroepen, stakeholders en experten, met RIZIV en EBPracticeNet, beheer van website werkgroep. - De uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling - begeleiding van richtlijnontwikkeling door externe partners en van FOD-projecten met betrekking tot richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De rol van apothekers ten aanzien van psychosociale problemen bij cliënteel. 01/03/2021 - 31/12/2022

Abstract

Dit project is een vervolg op het initiatief 'Masker-19', een samenwerkingsinitiatief tussen het Vlaams Apothekersnetwerk en de Centra Algemeen Welzijnswerk, dat tijdens de eerste lockdown periode in 2020 van de apotheeksector een aanspreekpunt maakte voor hulpvragen rond welzijn. Project #CAVASa zal dit nu verder zetten door middel van opleidingen, tips en ander ondersteunend materiaal voor de dagdagelijkse praktijk van de lokale huisapothekers om psychosociale problemen te herkennen, discreet te behandelen en correct door te verwijzen naar gepaste hulp. Onderzoekers van UAntwerpen en KU Leuven zullen bekijken of en hoe er wordt verwezen door apothekers, en welke zaken er nodig zijn om dit te optimaliseren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ondersteunen populatiemanagers Eerstelijnszones voor COVID-19 vaccinatie. 23/02/2021 - 31/08/2022

Abstract

In dit project worden de populatiemanagers van de eerstelijnszones begeleid en ondersteund tijdens de COVID-19 vaccinatiecampagne tussen 23/02/21 en 30/09/21. Enerzijds worden vormingssessies uitgewerkt die tijdens de online uitwisselingssessies met de populatiemanagers, georganiseerd door VIVEL, gegeven worden. Anderzijds wordt supervisie uitgevoerd op de ontwikkeling van een handleiding voor het gebruik van het dashboard voor populatiemanagement.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Prevalentie en incidentie van antilichamen tegen SARS-CoV-2 bij eerstelijnszorgverleners in België gedurende een jaar van de COVID-19 epidemie. 01/12/2020 - 30/06/2022

Abstract

National severe acute respiratory syndrome coronavirus 2 (SARS-CoV-2) seroprevalence data provide essential information about population exposure to the virus and helps predict the future course of the epidemic. This study, also known as CHARMING (Coronavirus HuisARtsenpraktijk-MédecINe Générale), focuses on the seroprevalence among primary health care providers (PHCPs) in Belgium. They manage the vast majority of COVID-19 patients in addition to other patients and therefore play an essential role in the efficient organisation of health care. Currently, evidence is lacking on 1. how many PHCPs get infected with SARS-CoV-2 in Belgium, 2. the rate at which this happens, 3. their clinical spectrum, 4. their risk factors, 5. the effectiveness of the measures to prevent infection and 6. the accuracy of the serology-based point-of-care test in a primary care setting. CHARMING will be set up as a prospective cohort study. General practitioners (GPs) and other PHCPs (working in a GP practice) will be recruited via professional networks and professional media outlets to register online to participate. Registered GPs and other PHCPs will be asked at each testing point (n=9) to perform a capillary blood sample antibody point-of-care test (OrientGene®) and complete an online questionnaire. The primary outcomes are the prevalence and incidence of antibodies against SARS-CoV-2 in PHCPs during a 12-month follow-up period. Secondary outcomes include the longevity of antibodies against SARS-CoV-2 after natural infection and COVID-19 vaccination. Study protocol: https://www.sciensano.be/en/biblio/prevalence-and-incidence-antibodies-against-sars-cov-2-among-primary-healthcare-providers-belgium & https://medrxiv.org/cgi/content/short/2021.06.18.21259139v1 Registration at ClinicalTrials.gov: https://www.clinicaltrials.gov/ct2/show/NCT04779424

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Impact van klinische richtlijnen & CRP sneltest bij kinderen: het ARON project 16/11/2020 - 31/12/2021

Abstract

De meeste antibiotica worden voorgeschreven in de ambulante zorg. Kinderen zijn een hoog-risicogroep om onnodige antibioticavoorschriften te krijgen. De introductie van betere diagnostiek, zoals sneltesten voor C-reactief proteïne (CRP), kan het beleid van acuut zieke kinderen in de ambulante praktijk verbeteren. Daarom gaat ARON na wat de (kosten-)effectiviteit is van een diagnostische algoritme inclusief CRP sneltest en vangnetadvies op het antibioticavoorschrijfpercentage en verder beleid bij kinderen van 6 maand tot 12 jaar oud die zich aanmelden met een acuut ziektebeeld in de eerste lijn. De CRP sneltest wordt uitgevoerd bij kinderen met een hoger risico op een ernstige infectie volgens een gevalideerde klinische beslisboom met advies omtrent antibioticabeleid en veiligheidsadvies. De primaire uitkomstmaat is het antibioticavoorschrijfpercentage tijdens het eerste consult van de arts met het kind.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Opstellen survey stewardship gedrag bij de Belgische huisartsen en aanvragen dossier ethisch comité. 01/11/2020 - 30/04/2021

Abstract

Om ervoor te zorgen dat toekomstige beleidsinitiatieven zo goed mogelijk aansluiten bij uw ervaring en behoeften als huisarts, lanceert EBPracticeNet, het referentieplatform voor Evidence-Based Practice voor alle Belgische zorgverleners, samen met de academische centra voor huisartsgeneeskunde van UAntwerpen en ULiège de Antibiotics General Practitioner Survey (Antibiotics GPS). We krijgen hiervoor in Vlaanderen de steun vanuit alle universiteiten en Domus Medica. In de Antibiotics GPS (Antibiotics General Practitioner Survey) kunnen huisartsen aangeven welke acties, instrumenten en initiatieven ze zinvol vindt in de strijd tegen antibioticaresistentie. Deze vragenlijst peilt naar de ervaringen met betrekking tot het voorschrijven van antibiotica, de huidige beleidsinitiatieven, ondersteunende instrumenten, (snel)testen, richtlijnen, … voor doelmatig gebruik van antibiotica bij veelvoorkomende infecties. De survey vraagt ook naar welke lessen we kunnen trekken uit de coronacrisis die relevant zijn voor het antibioticabeleid. De resultaten zullen gebruikt worden bij het opzetten van nieuwe interventies en om het Belgische antibioticabeleid richting te geven.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkeling van predictie modellen voor ernst van COVID-19 voor risico-stratificatie and zorgplanning in a multicontext setting 20/10/2020 - 28/02/2021

Abstract

Tijdens de COVID-19-uitbraak is een schat aan gegevens verzameld over het klinisch beloop van de ziekte bij patiënten. Deze data bevatten waardevolle informatie die de impact van het virus op de gezondheid en het leven van mensen weerspiegelt. Deze real-world data [RWD] bieden een ongeëvenaarde kans om COVID-19 te begrijpen, maar ook een analytische uitdaging vanwege de ongelijksoortige en heterogene aard van deze informatie. Door gebruik te maken van complementaire databanken van de eerstelijnsgezondheidszorg en ziekenhuizen beoogt dit project een methodologisch kader op te zetten voor gegevensharmonisatie, koppeling en analytische ontwikkeling van een nieuw instrument voor predictie van het risico op een ernstig beloop van COVID-19. Dit onderzoek zal een uniek instrument opleveren voor risicostratificatie. Het zal dienen als een proof of concept van het nut van RWD en de haalbaarheid van de aanpassing van dit nieuwe methodologische raamwerk aan andere landen / omgevingen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Operationalisering van een onderzoeksdatabank met patiëntengegevens en de ontsluiting ervan voor beleids- en operationele doeleinden. 01/09/2020 - 31/08/2021

Abstract

De iCAREdata-database verwerkt gegevens in de niet-planbare medische zorg in Vlaanderen. Tijdens COVID19 worden deze gegevens door het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid gebruikt voor de opvolging van COVID19-patiëntencontacten bij de COVID-triagecentra en de testcapaciteit van de Vlaamse COVID19-testcentra.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Voorbereid zijn op COVID-19: meer dan mondmaskers en social distancing. 17/08/2020 - 16/08/2021

Abstract

Dit project zal de huisartsen, die bij lokale opflakkeringen van COVID-19 een cruciale rol spelen, ondersteunen bij het gestructureerd doorverwijzen van kwetsbare mensen en groepen naar het lokale welzijnswerk. Het lokale netwerk van gezondheidswerkers en welzijnswerkers zal op deze manier haar rol optimaler spelen bij het wetenschappelijk onderbouwd detecteren, monitoren en evalueren van de psychosociale impact van COVID-19 en van de maatregelen die daarbij horen. Dit project zorgt er voor dat lokale opflakkeringen van het virus worden gedetecteerd en zal naast de medische ook de psychosociale impact van de ziekte kunnen opvolgen en aanpakken. iCAREdata, is nu al operationeel bij detectie en opvolging van COVID-19. Deze databank wordt snel verrijkt met de sociale determinanten om zo de pandemie en haar impact beter op te sporen en de lokale opflakkeringen te bestrijden met een focus op kwetsbare groepen in de lokale context. Dit innovatief platform ondersteunt huisartsen in het correct verwijzen voor psychosociale noden naar het welzijnswerk. De doelgroep omvat de zorgactoren en de zorgverleners in de eerstelijnszorg (ELZ), die middels samenwerkingsverbanden de zorg willen afstemmen op de behoeften van de burger, conform GDPR. Secundaire doelgroepen zijn de patiënten in de eerstelijnszorg, in het bijzonder kwetsbare groepen evenals de beleidsorganen die zicht willen krijgen op medische en psychosociale zorgbehoeften met een gerichte en lokale aanpak.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De effectiviteit van de beschermingsmaatregelen in de eerste lijn tegen SARS-CoV-2 op basis van gevalideerde, niet-invasieve, zeer gevoelige serologische testen 01/06/2020 - 31/05/2021

Abstract

Huisartsen en hun medewerkers (H&M) verzorgen de meeste COVID-19 en andere patiënten en verlichten de druk op de ziekenhuizen. Hun capaciteit veilig stellen tijdens uitbraken is levensbelangrijk, maar gegevens ontbreken over 1. het aantal geïnfecteerde of zieke H&M in ons land, 2. hoe snel ze uitvallen, 3. hun klinische presentatie, 4. hun risicofactoren en 5. de effectiviteit van beschermende maatregelen om te voorkomen dat ze ziek worden. Deze vragen vereisen snel antwoord om beleidsmaker te informeren. We hebben hiervoor ook accurate (gevoelige!) testen van de immuunrespons nodig. Daarom evalueren we een nieuwe methode om een gedroogde bloeddruppel (GBD) te verkrijgen en digitale ELISA. GBD via vingerprik is een veelbelovende, minimaal invasieve optie zonder besmettingsgevaar om (zelf) een bloedstaal af te nemen en al toegepast in allerlei domeinen. In een subgroep van deelnemers, vergelijken we de accuraatheid van testen bij gebruik van de nieuwe GBD methode, eenvoudig in gebruik, met nog minder risico op besmetting en de nodige hoeveelheid bloed preciezer doserend, met een gebruikelijk vingerprik bloedstaal.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Uitwerking van de klinische praktijkrichtlijn(en) inzake de Richtlijn "Diabetes Mellitus Type 2". 16/03/2020 - 31/12/2020

Abstract

)De bestaande richtlijn T2DM dient geactualiseerd. het werk wordt opgesplitst en verdeeld over verschillende werkgroepen. 1. opsporen en aanpak van mensen met hoog risico (pre-diabetes, inclusief opvolging van zwangerschapsdiabetes); 2. niet-medicamenteuze behandeling van T2DM 3. medicamenteuze behandeling van T2DM

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Interprofessionele samenwerking in een internationaal netwerk van eerstelijnsartsen 01/01/2020 - 31/08/2022

Abstract

Het doel van dit project bestaat erin om een internationaal platform uit te bouwen tussen de deelnemende universiteiten voor uitwisseling van ervaringen en bewezen oplossingen op 2 niveau's: 1. de competenties van interprofessioneel samenwerken aanleren aan eerstelijnswerkers van de deelnemende landen (Bolivia, Vietnam en Zuid Afrika) door uitwisseling van ervaringen via een interactief web-based platform en 2. het vergroten van kennis, vaardigheden en ervaringen in verband met de vroegtijdige opsporing van mensen met type 2 diabetes mellitus (T2DM) en hun zelfzorg door interprofessionele opleidingen binnen gezondheidscentra en private klinieken en stedelijke en landelijke gebieden van de deelnemende landen. Hoewel de focus van dit project ligt bij ervaringsgerichte casuïstiek over vroegtijdge opsporing en zelf-management van T2DM, is het belangijkste doel echter de uitwisseling van noden en ervaringen om interprofessioneel te kunnen werken door de deelnemende academisceh centra via een internet platform. Er zal een jaarlijkse meeting zijn en meer frequente webinars of digitale ontmoetingen van de leidende teams in de verschillende landen, en maandelijkse bijeenkomsten van de deelnemende gezondheidscentra en private klinieken in elk land.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Cervixkanker screening door selfsampling in een interculturele context 01/01/2020 - 31/08/2022

Abstract

In dit project willen we morbiditeit en mortaliteit door cervixkankerscreening bij vrouwen in Ecuador verminderen door het introduceren van self-sampling. Het project combineert state-of-the-art screeningspraktijken met het empoweren van vrouwen van diverse ethnischhe afkomst, rekening houdend met culturele aspecten en door het inzetten van traditionele en lokale gezondheidswerkers. Om dit te bereiken ontwikkelen we een operationeel plan om technischhe aspecten van labdiagnose te optimaliseren, logistiek te verwezenlijken, gezondheidswerkers top te leiden en de acceptabiliteit van de strategieen bij eindgebruikers te onderzoeken. Verder wordt een strategie voor follow up van screening resultaten dmv telemedicine ontwikkeld.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Biodiversiteit in de schoolomgeving - voordeel voor iedereen (B@SEBALL). 15/12/2019 - 15/03/2024

Abstract

In onze snel verstedelijkende wereld, neemt het aantal chronisch gezondheidsproblemen toe. Onduidelijk is wat daarbij de rol is van verminderde toegang tot natuur en biodiversiteit in stedelijke omgevingen. Een belangrijke mogelijke verklaring voor betere gezondheid door contact met natuur, is een beter functionerende immuniteit. Ondanks toegenomen bewijs dat mensen met een meer divers microbioom of met meer contact met natuur gezonder zijn, is er nog gebrek aan kennis over de invloed van biodiverse stadsnatuur op het menselijk microbioom en vermindering van chronische ziekte. Een bijkomende uitdaging betreft toegang tot natuur voor iedereen: nu is er sprake van ongelijke toegang voor sociale groepen met verschillende socio-economische en culturele achtergrond. In dit project wordt het microbioom van de leefomgeving gedefinieerd als aanwezigheid van microben in bodem, op planten. Dit wordt in verband gebracht met stof in de lucht, en wordt er gekeken naar de maatschappelijk verdeling. B@SEBALL onderzoekt hoe biodiversiteit in de school/speelplaatsomgeving een positieve bijdrage kan leveren aan de gezondheid van kinderen (astma en allergieën) en mentaal welbevinden, en hoe dit gelinkt kan worden aan diversiteit van het menselijk microbioom. Tevens zal B@SEBALL onderzoeken wat de kansen zijn om gezondheidsongelijkheid onder kinderen te verminderen via biodiversiteit in schoolomgevingen. Verder zal B@SEBALL onderzoeken hoe die kennis nuttig kan zijn voor ontwerp en beheer van de school/speelplaatsomgeving, als ook voor relevant overheidsbeleid, onderwijs en gezinsleven. Via haar partners maakt B@SEBALL hierbij gebruik van bestaande schoolprojecten gericht op vergroening van speelplaatsen in Vlaanderen (MOS) en Wallonië & Brussel (GoodPlanet Belgium).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Acute luchtweginfecties in de eerste lijn in Europa: puntprevalentie audit van presentatie en management 05/11/2019 - 31/12/2020

Abstract

Achtergrond: De PPAS studie maakt deel uit van de VALUE DX studie, die de waarde van diagnostische testen bij het optimaliseren van het antibioticavoorschrijfgedrag en dus resistentie onderzoekt, en maakt deel van werkpakket 4. Value DX heeft als doel om de klinische praktijkvoering en patiënten outcomes te verbeteren en antimocrobiële resistentie aan te pakken, door het gebruik van klinische en kosteneffectieve diagnostische strategieën, om zo te komen tot een meer gepersonaliseerde evidence based antibiotica gebruik. Studiedeelnemers: patiënten boven 1 jaar, die zich presenteren met respiratoire infecties in de eerstelijn bij huisartsen in de verschillende deelnemende landen. Doel: een beschrijving van de presentatie en het beleid van patiënten met respiratoire infecties die zich presenteren in de eerstelijn in 20 Europese landen

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Multi-morbiditeit en de kosten in het Belgische gezondheidszorgsysteem. 01/10/2019 - 31/12/2023

Abstract

Multimorbiditeit (MM), de gelijktijdige aanwezigheid van twee of meer chronische ziekten, is een toenemend fenomeen in alle landen, en treft in het bijzonder kwetsbare groepen. Toch staat onderzoek naar de oorzaken en aanpak van MM nog in de kinderschoenen. In België hebben bepaalde clusters van MM de grootste gevolgen voor invaliditeit: cardiovasculaire ziekten met of zonder diabetes; chronische longziekten en depressie; neurologische ziekten en kanker. De prevalentie van MM is toegenomen van 8,9% in 1997 tot 15,2% in 2018 (https://www.sciensano.be/en/health-topics/multimorbidity). Hoe patiënten met MM zorg gebruiken voor hun verschillende chronische aandoeningen is niet goed bekend, terwijl dit belangrijke implicaties heeft voor kwaliteit van zorg en kosten. Pilootprojecten en voorbeelden van innovaties voor patiënten met MM bestaan, maar implementatie onderzoek naar hun opschaalbaarheid, kosten en effectiviteit is schaars. Dit doctoraatsonderzoek beoogt de gevolgen, het management en de kosten van MM voor het Belgische zorgsysteem in kaart te brengen. Twee onderzoeksvragen staan centraal: 1) Wat zijn de trajecten en variaties in zorggebruik en kosten voor mensen met MM? 2) Welke innovaties om MM aan te pakken bestaan er in de Belgische context, en wat is de haalbaarheid, de opschaalbaarheid, het effect en de kosten van deze innovaties? In de eerste twee jaar wordt het onderzoeksprotocol uitgeschreven en onderzoeksvraag 1 uitgewerkt. De laatste twee jaar ligt de focus op de tweede onderzoeksvraag en het schrijven van het doctoraat. Er worden minstens drie peer-reviewed artikelen geschreven met de voorlopige titels: 1) zorggebruik en kosten van patiënten met multi-morbiditeit in België; 2) een implementatie analyse van zorginnovaties voor mensen met multimorbiditeit; en 3) een kosten-effectiviteitsanalyse van zorginnovaties voor mensen met multimorbiditeit in België.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Plan voor gezonder kernversterking in de Merode (KERNGEZOND). 01/10/2019 - 30/09/2021

Abstract

Steeds meer komt het belang van een gezonde leefomgeving in de aandacht. Met dit project willen we een bijdrage leveren aan de kennis over gezond versterken van woonkernen in het Merodegebied. Door lokale zorgverleners te betrekken in het planproces zoeken we naar een manier om enerzijds het gebied beter te kunnen benutten door de zorgsector, anderzijds het natuurlijke kapitaal in de kernen te verhogen in functie van gezondheid. Het project resulteert in richtlijnen voor ruimtelijk ontwerpers voor gezonde kernversterking. Daarnaast wordt het project beschouwd als een leerproces naar een interdisciplinaire samenwerking tussen de ruimtelijke planning en zorgsector op niveau van beleid, onderzoek en praktijk.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Boerenrustpunt. 01/10/2019 - 31/12/2020

Abstract

Maatschappelijke context: Naar aanleiding van het maatschappelijke probleem burn-out, tracht het project Boerenrustpunt boerenbedrijven en burn-out coaches te laten samenwerken via uitgewerkte coaching trajecten op vier verschillende boerderijen (Vlaams Ruraal Netwerk, 2019). Zowel aan de vraagzijde (personen met burn-out, arts, psycholoog of coach) als aan de aanbodzijde (zorgboerderijen) is er een duidelijke vraag. Echter, vinden de twee werelden elkaar nog niet voldoende. Zeker sinds de wijziging in de financiering van de zorg naar een meer persoonsgebonden budget, de 'zorgrugzak', dient de vroegere klassieke driehoeksverhouding voorziening-zorgvrager-boer vervangen te worden door een nieuwe driehoeksverhouding arts/psycholoog/coach-zorgvrager-boer. Missie: De missie van 'Boerenrustpunt' is om de bestaande kennis rond burn-out te vertalen naar een zorgboerderij-context. Dit door zorgboeren te vormen, te versterken en door een samenwerking met professionele coaches uit te werken. Dit wordt vertaald in werkmodellen én de uitwerking van een evaluatiekader om de effecten op te volgen. Praktisch: Concreet werken 4 boerenbedrijven samen met 7 burn-out coaches. Op het bedrijf wordt door hen samen een concrete plek ingericht: het boerenrustpunt. Door de burn-out coach wordt een coaching traject uitgewerkt voor mensen met een burn-out dat start vanuit het boerenrustpunt.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Project IPSIG-4U. 30/09/2019 - 30/09/2020

Abstract

Vandaag merken we dat er over interprofessioneel samenwerken in de praktijk wel initiatieven worden genomen maar het ontbreekt o.a. aan ervaring en kennisdeling, aangepaste opleidings­ module voor de praktijk, werkmodel met betrokkenheid van management, ... IPSIG-4U wil met het gebruik van een gevalideerde scan van interprofessionaliteit, aangevuld met mogelijke oplei­dingsmodules op maat, zorgorganisaties (focus woonzorgcentra met meer dan 100 bewoners) een kwaliteitsvol verbeterproject aanbieden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het ontwikkelen van een methodiek om de zorgaanbieder te ondersteunen in het proces om een kwaliteitsvolle SUMEHR te exporteren en deze SUMEHR ook up-to-date te houden. 07/05/2019 - 06/05/2020

Abstract

In een eerste deelproject brengen we het huidige gebruik van Sumehrs door de artsen op de wachtpost in kaart. Dit gebeurt aan de hand van een evaluatie van de beschikbare informatie in de Sumehrs op de wachtposten en het gebruik ervan. De geregistreerde kwantitatieve parameters zijn: percentage werkelijk beschikbare Sumehrs in de dossiers van de patiënten die de wachtdoende arts raadplegen op de wachtpost, en percentage gebruik van deze Sumehrs door de wachtdoende huisarts. Deze informatie wordt, mits toestemming van de wachtpost, uitgelezen uit hun gebruikte softwarepakket met behulp van de softwareverdelers. Een tweede deelproject zullen we gepercipieerde kwaliteit van de Sumehrs bestuderen op huisartsenwachtposten. Dit deelproject loopt tezamen met deelproject 1. Hiervoor plannen we een beschrijvend kwalitatief onderzoek met telefonische interviews met een 35-tal wachtartsen uit verschillende Vlaamse regio's tijdens 4 weekenden. Aan de hand van telefonische semigestructureerde interviews schatten we in hoe groot de gepercipieerde beschikbaarheid van Sumehrs is, wat de artsen als meerwaarde ervaren aan het gebruik van Sumehrs, met name welke gegevens uit de Sumehr door hen gebruikt worden op de wachtpost en waarvoor, wat eventuele tekortkomingen zijn en wat het gebruik ervan faciliteert of bemoeilijkt. Deze informatie zal ook input leveren voor het ontwikkelen van de kwaliteitsindicatoren en opleiding rond het opstellen en raadplegen van Sumehrs.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Bronchodilatoren voor piepende ademhaling bij jonge kinderen die zich aanbieden aan de eerstelijnszorg: een gerandomiseerde, placebo gecontroleerde, multicentrische, parallelle groepsstudie. 06/05/2019 - 30/06/2021

Abstract

Het belangrijkste doel van deze studie is het vaststellen van de veronderstelde superioriteit van salbutamol ten opzichte van een behandeling zonder salbutamol alsook de (kosten)effectiviteit van salbutamolinhalaties ten opzichte van placebo bij kinderen in de leeftijd van 6-24 maanden die zich met een piepende ademhaling bij hun huisarts aanbieden. 10% van de zuigelingen krijgt per jaar een kortwerkende bronchusverwijder voorgeschreven voor een piepende ademhaling, maar het bewijs voor deze behandeling bij kinderen jonger dan twee jaar is schaars. Aangezien er ongeveer 30% van alle 180.000 Belgische kinderen en 260.000 Nederlandse kinderen van 6-24 maanden een periode van piepende ademhaling hebben, waarbij in 30% van de gevallen salbutamol wordt voorgeschreven, kunnen mogelijk 40.000 salbutamolvoorschriften per jaar worden voorkomen. Kinderen die in aanmerking komen voor dit onderzoek hebben een door een arts gediagnosticeerde piepende ademhaling en een baseline respiratoire symptoomscore van minimaal 7 op 18, zijn tussen 6-24 maanden oud en zijn verder gezond. Het rekruteren van patiënten zal twee opeenvolgende jaren duren, in 40 praktijken in België. UA zal 6 praktijken opvolgen. De resultaten van onze studie kunnen een impact hebben op de richtlijnen en de kosten van de gezondheidszorg. Als onze studie aantoont dat salbutamol geen of slechts een verwaarloosbaar gunstig effect heeft bij baby's en jonge kinderen met piepende ademhaling in de eerstelijnszorg, zal dit een impact hebben op de nationale en internationale richtlijnen, en bijgevolg ook op de klinische praktijk. Het voorschrijven van salbutamol kan aanzienlijk verminderen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Big Bird studie de effectiviteit van een gemengd zorgprogramma voor de afbouw van benzodiazepinegebruik voor slaapstoornissen in de eerstelijnszorg onderzoeken 03/04/2019 - 31/12/2021

Abstract

Waarom deze studie? In België wordt er veel slaapmedicatie voorgeschreven. Hiervoor dient men een arts, meestal de huisarts, te raadplegen. We weten dat huisartsen het vaak moeilijk vinden om slaapgewoontes te bespreken met patiënten. Om huisartsen en patiënten te kunnen ondersteunen in het verbeteren van de slaapkwaliteit hebben we een hulpmiddel ontwikkeld. Het gaat om een website die patiënten informeert en de huisarts helpt om het thema te behandelen tijdens de consultaties. Een vergelijkbaar opzet werd reeds op kleine schaal onderzocht en gaf positieve resultaten. Met dit onderzoek willen we nagaan of die resultaten ook effectief aan het gebruik van de website zijn toe te schrijven. ​ Doel van de studie ​​ Twee huisarts-gestuurde werkwijzen vergelijken, in een levensechte omgeving Veranderingen in slaap- en levenskwaliteit en medicatiegebruik in kaart brengen Veranderingen in het voorschrijfgedrag van de arts in kaart brengen Werkwijze ​​ Huisartsen worden ingedeeld in twee groepen. Als de huisarts behoort tot de controlegroep, krijgt de patiënt de standaardzorg door de huisarts. Als de huisarts behoort tot de interventiegroep, wordt de standaardzorg geboden én hebben zowel arts als patiënt toegang tot een online zelfstudiemodule. Via een gerandomiseerde studie, wat betekent dat de huisarts en patiënt op voorhand niet weten tot welke groep ze zullen behoren. Via grootschalig onderzoek, met ongeveer 120 artsen en 1200 patiënten, verspreid over België.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het effect van de implementatie van een CRP sneltest bij respiratoire infecties op het antibiotica voorschrijfgedrag: een mixed method studie op een wachtpost. 01/04/2019 - 30/03/2020

Abstract

ACHTERGROND: Het antibioticumgebruik in België is één van de hoogste in Europa. Respiratoire infecties zijn de belangrijkste reden om een huisartsenwachtpost te bezoeken. Antibiotica zijn dan ook één van de meest voorgeschreven medicaties in deze setting. Een C-reactief proteïne (CRP) sneltest zou huisartsen kunnen helpen bij het verminderen van het voorschrijven van antibiotica bij acute respiratoire infecties en wordt in verschillende Europese landen hiervoor reeds gebruikt. De implementatie van een CRP sneltest in een Belgische wachtpost werd nog niet eerder bestudeerd. ONDERZOEKSVRAAG: Verminderd de implementatie van de CRP sneltest het gebruik van antibiotica voor respiratoire infecties op de wachtpost en hoe ervaren huisartsen en patiënten de implementatie van deze nieuwe tool. OBJECTIEF: Deze studie heeft als doel het effect te bepalen van het implementeren van de CRP sneltest op het voorschrijven van antibiotica voor respiratoire infecties op de wachtpost en de ervaringen van huisartsen en patiënten hierbij te beschrijven. METHODE: De antibioticavoorschrijfkwaliteit van de wachtpost wordt bekeken door middel van antibiotica kwaliteitsindicatoren en vergeleken met andere wachtposten. Deze worden opgevolgd bij de implementatie en het doorlopen van PDSA (plan-do-study-act) cirkels als een kwantitatieve indicator van eventuele kwaliteitsverbetering. Gelijktijdig wordt een kwalitatieve interviewstudie met huisartsen en patiënten uitgevoerd om de ervaringen en haalbaarheid te evalueren van het implementeren van een CRP sneltest voor respiratoire infecties op de wachtpost.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

iCareData project. 01/03/2019 - 31/12/2019

Abstract

Dit project heeft als doel om via routine gegevens van de partners en geautomatiseerde datacollectie in een beveiligde omgeving , accurate en snel beschikbare informatie aan zorgverleners en onderzoekers te bieden. Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Exploreren naar de behoeften en verwachtingen van patiënten i.v.m. de eigen betrokkenheid in zorg. 27/11/2018 - 26/08/2019

Abstract

In het kader van Centre of Excellence Patiënten Participatie wil het Wit-Gele Kruis (WGK) Vlaanderen de behoeften en verwachtingen van patiënten in verband met hun eigen betrokkenheid in zorg exploreren. De centrale doelstelling van het Centre of Excellence Patiënten Participatie is het creëren van patiëntenparticipatie 'op maat' van elke patiënt binnen de thuiszorg. Zicht krijgen op behoeften, verwachtingen, perceptie en ervaringen van patiënten ten aanzien van participatie in de zorg vormt een belangrijke basis voor verdere exploratie van patiëntenparticipatie in de praktijk. Op maat wordt daarbij gedefinieerd als: gericht op individuele behoeften en verwachtingen. Het WGK wil momenteel niet inzetten op het zoeken naar socio-demografische variabelen om patiënten te kunnen indelen in groepen met specifieke behoeften en verwachtingen wat betreft (de mate van) participatie. Het gaat er in dit onderzoeksproject niet om, te weten te komen dat bijv. jonge patiënten met een acute zorgnood meer behoefte zouden hebben aan participatie dan oudere patiënten die langdurig zorg ontvangen. Het uiteindelijk doel is niet bijv. het ontwikkelen van een richtlijn om op basis van bepaalde patiëntenvariabelen meer of minder participatie in de zorg te brengen. Bij deze aanpak zou er wel sprake zijn van 'meer' op maat van de patiënt maar is er geen echte gerichtheid op de individuele patiënt. Met dit onderzoeksproject willen we inzicht verwerven in acties en dynamieken bij patiënten die nauw samenhangen met de behoefte aan participatie. Er wordt gezocht naar inzichten over wat maakt dat patiënten meer of minder willen participeren. Deze inzichten kunnen leiden tot het ontwikkelen van methodieken en handelingsstrategieën die zorgverleners toelaten om de participatiebehoefte van individuele patiënten te detecteren en te identificeren. Op maat is vanuit deze insteek gericht op de individuele patiënt. In dit onderzoeksproject wordt er vertrokken vanuit het perspectief van de patiënt. De basis van het onderzoeksopzet is wat er voor de patiënt toe doet en niet wat we als professionals denken dat er voor de patiënt toe doet. Daarom wordt gekozen voor een inductieve onderzoeksmethode waarbij de ervaringen en het verhaal van de patiënt de basis vormen. Dit onderzoeksopzet is gericht op het verwerven van inzicht in relevante elementen die een rol spelen in de behoefte van patiënten om te participeren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Oncotolk: een verkennende studie naar interpretatieproblemen in tolk-gemedieerde consultaties van patiënten met een migratie-achtergrond en oncologische problematiek. 01/10/2018 - 30/09/2022

Abstract

Het uiteindelijke doel van deze studie bestaat erin om de zorg te optimaliseren voor kankerpatiënten met een migratieachtergrond die beroep moeten doen om een tolk. Hiertoe willen we de randvoorwaarden creëren die ertoe bijdragen dat patiënten en hun kinderen de informatie die hen gegeven wordt beter begrijpen zodat het voor hen mogelijk wordt om deel te nemen aan het proces van gedeelde besluitvorming. Dit betekent - dat we de interactie tussen patiënten, hun kinderen, tolken en dokters tijdens tolk-gemedieerde consultaties willen verbeteren, naast - de interactie tussen tolken en dokters tijdens hun samenwerking en dit door hen allen op bewijzen gebaseerde aanbevelingen aan te bieden over hoe best geïnterageerd kan worden tijdens tolk-gemedieerde consultaties. In deze studie beschouwen we patiënten en familie die de consultatie bijwonen als een entiteit voor de communicatie met de arts. Daarom includeren we ook de familieleden van wie het gedrag tijdens de consultatie en het begrip na de consultatie zal worden onderzocht naast gedrag en begrip van de patiënt zelf.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De identificatie van de motivationele mechanismen die een essentiële rol spelen in zelfmanagement door mensen die lijden aan Type 2 Diabetes en behoren tot kwetsbare bevolkingsgroepen 01/10/2018 - 30/09/2022

Abstract

De impact van chronische ziekten zoals diabetes mellitus type 2 (verder diabetes genoemd) groeit zeer snel, en dit vooral in lage- en middeninkomenslanden. Onderzoek in hoge inkomenslanden toont aan dat sociaaleconomisch zwakke en kwetsbare bevolkingsgroepen onevenredig zwaar worden getroffen door deze ziekte, waardoor ongelijkheid versterkt wordt. Zelfmanagement is een succesvolle strategie om mensen te beschermen tegen diabetes, maar de toepassing van zelfmanagement is gering onder kwetsbare bevolkingsgroepen. Bestaand onderzoek naar interventies ter ondersteuning van zelfmanagement is gericht op de gemiddelde bevolking van hoge-inkomenslanden, en niet op groepen waar de toepassing nog veel beter kan. Deze studie tracht de motivatie-mechanismen te identificeren die zelfmanagement bepalen in sociaaleconomisch kwetsbare bevolkingsgroepen in een stedelijke buitenwijk in Zweden, een stedelijke sloppenwijk in Zuid-Afrika en een ruraal gebied in Oeganda. De studie is gebaseerd op de zelf-determinatie theorie en veronderstelt dat een hogere intrinsieke motivatie leidt tot beter zelfmanagement dat op zijn beurt leidt tot een betere fysieke en mentale gezondheid. Een hogere intrinsieke motivatie wordt positief beinvloed als er aan drie elementaire psychologische behoeften wordt voldaan: het gevoel van autonomie, competentie en verbondenheid. In hetzelfde kader veronderstellen we dat psychologische aanpassing, of de omgang met mentale stress teweeggebracht door diabetes, leidt tot beter zelfmanagement en een betere gezondheid. De studie bouwt verder op een lopende cluster-gerandomiseerde experimentele trial, genaamd SMART2D. Deze trial evalueert de effectiviteit van een aan de specifieke context aangepaste interventie ter verbetering van zelfmanagement voor mensen met diabetes of met een hoog risico op diabetes. Het doel van dit nieuw voorstel is om de motivationele mechanismen te identificeren die het effect op gedrag en gezondheid van de door SMART2D opgezette interventie kunnen verklaren. Meer specifiek zal dit nieuwe voorstel de mediërende rol evalueren van de drie elementaire psychologische behoeften, intrinsieke motivatie en psychologische aanpassing aan diabetes. Kwantitatieve gegevens over deze psychologische factoren zullen worden verzameld door het SMART2D project. Om het mediërende effect van deze latente variabelen te kunnen bepalen, zal een model van structurele vergelijkingen worden ontwikkeld en getest. We zullen dezelfde techniek toepassen om de modellen van de drie verschillende contexten met elkaar te vergelijken (multi-group structural equation modelling). Dit nieuwe project zal ook aanvullende kwalitatieve gegevens verzamelen via semi-structurele interviews met mensen met diabetes of met een hoog risico op diabetes om de verschillen tussen de drie contexten verder uit te leggen. Deze studie is een voorbeeld van interdisciplinair onderzoek, en gezamelijk onderzoek tussen partners uit het Zuiden en het Noorden. Deze studie genereert kennis over de ontwikkeling van succesvolle interventies ter ondersteuning van zelfmanagement, en dit met een focus op kwetsbare bevolkingsgroepen. Daarmee draagt het bij aan gelijkheid en sociale inclusiviteit.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Triage en verwijzing in nabijgelegen spoedgevallen diensten en huisartsenwachtposten (de triage trial): een cluster gerandomiseerde trial. 01/10/2018 - 30/09/2021

Abstract

Het doel van dit project is de meest geschikte zorg verlenen aan patiënten die zich aanbieden op de dienst spoedgevallen. Het utilisatiepotentieel van ons project is sterk afhankelijk van de organisatie van de zorg buiten de kantooruren: een nauwe samenwerking tussen spoedgevallendienst en wachtpost, bij voorkeur op dezelfde locatie, is nodig om een correcte toewijzing van patiënten mogelijk te maken. Een online bevraging leerde ons dat minstens de helft van de Vlaamse wachtposten onze bevindingen zou kunnen implementeren. De andere helft van de wachtposten en spoedgevallendiensten die zich niet op een nabijgelegen locatie bevinden, zou ons model ook kunnen gebruiken mits aanpassingen. In ons pilootonderzoek stelden we vast dat er een grote nood is aan meer structuur in modellen voor de organisatie van zorg buiten de kantooruren. Dit project zal inzicht verwerven in de factoren die bijdragen tot het succes van geïntegreerde zorg buiten de kantooruren, gefocust op medische, financiële en procesmatige aspecten. Dit project bevat verscheidene cruciale innovatieve aspecten: voor het eerst in Vlaanderen zal de verantwoordelijkheid voor uitgebreide triage worden toebedeeld aan een verpleegkundige. Verder zal een lokale klinische samenwerking in staat zijn om met een zelf ontwikkeld triage instrument te werken. Tot slot zullen we in staat zijn om het perspectief van de patiënt in overweging te nemen, en dit in elke stap van het proces. Dit is niet eerder onderzocht of getest. De Belgische overheid wil telefonische triage invoeren, zonder dat de patiënt verplicht zal zijn om met het triageadvies rekening te houden. Niet alle patiënten zullen van deze dienst gebruik maken, en niet iedereen die ervan gebruik maakt, zal het advies ook opvolgen. Daarom is uitgebreide fysieke triage een hoeksteen van dit systeem, en zullen beide strategieën op elkaar moeten worden afgestemd. De resultaten van dit onderzoek zullen een goed inzicht geven in de faciliterende factoren en de barrières voor de uitrol van uitgebreide triage in Vlaanderen. Dit zal leiden tot een meer effectieve en efficiënte zorg buiten de kantooruren. De resultaten van deze studie zullen ook een inschatting mogelijk maken van het financiële impact van de patiëntenstroom. We verwachten in dit project 8000 patiënten te includeren over een periode van een jaar; een conservatieve schatting is dat 20%, dus 1600 patiënten, aan de huisartsenwachtpost zullen worden toegewezen. We schatten dat dit zal leiden tot een kostenbesparing van €96 000 per jaar. De TRIAGE-trial zal toelaten om de actuele besparingen te becijferen. Zelfs als het project niet op grotere schaal zou worden toegepast, kunnen de kosten van de studie op de studielocatie op enkele jaren worden terugverdiend. Bovendien zal elke patiënt die aan de wachtpost wordt toegewezen, zelf minstens €9 besparen. Behalve de voordelen voor patiënten en de overheid, verwachten we ook een vermindering van de werkbelasting voor de artsen op de spoedgevallen. Zij zullen hun tijd niet meer moeten besteden aan klachten die er niet thuishoren, en ze zullen zich kunnen focussen op trauma, acuut zieke patiënten en complexe medische hulp. We geloven dat dit een positief impact zal hebben op de hulpverleners en tot meer werktevredenheid zal leiden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

NESTOR - Vlaams Interprofessioneel Netwerk Eerstelijns Onderzoek & Onderwijs. 22/08/2018 - 31/12/2018

Abstract

Nestor was een onderzoek en onderwijs netwerk in wording en wordt ondersteund door de Koning Boudewijn stichting. Intussen is de naam veranderd naar Primary Care Academy. Het bestaat uit samenwerkende instellingen van 4 universiteiten en 6 hoge scholen, het Wit Gele Kruis en het Vlaams Patienten Platform.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

"Inclusieve Palliatieve Zorg": een project voor optimale palliatieve zorg ten behoeve van mensen met fysieke en/of mentale beperkingen. 17/07/2018 - 15/06/2019

Abstract

Dit kleinschalig project wil nagaan of mensen met beperkingen een "goede dood" sterven. Dit is maar mogelijk mits een goede omkadering. Zorgprofessionals blijken echter veel nood te hebben aan ondersteuning en begeleiding bij het uitoefenen van een palliatief zorgaanbod aan deze specifieke doelgroep. Naast de evaluatie van het sterven, zullen op kwalitatieve wijze de specifieke noden worden geïnventariseerd waarna hulpmiddelen worden opgemaakt en geëvalueerd om deze doelstelling te bereiken.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkelen en herzien van evidence-based richtlijnen voor de eerste lijn in België . 01/07/2018 - 31/12/2020

Abstract

Het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV heeft de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn van EBPracticeNet vzw de.opdracht gegeven om de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen op te nemen, in uitvoering van het Kaderakkoord voor de kwaliteit van zorg . Met een part-time medewerker van het Wit-Gele Kruis zal een expertisecel voor de werkgroep worden uitgebouwd, in concreto voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Invloed van natuur op verdeling mentale gezondheid (NAMED - tweede fase) 01/04/2018 - 30/11/2021

Abstract

Mentale gezondheidsproblemen zijn een groeiend probleem in onze moderne wereld. De invloed van de urbane leefomgeving is nog weinig gekend. Het door BELSPO gefinancierd NAMED-project (juli 2017 – juli 2021) onderzoekt de impact van de (on)bebouwde omgeving op de mentale gezondheid in het Brussels Gewest. Er worden zowel kwantitatieve als kwalitatieve onderzoeksmethoden gebruikt. Vanuit ELIZA zijn Hans Keune, Hilde Bastiaens & Roy Remmen betrokken.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn alsook de uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. 01/04/2018 - 31/12/2020

Abstract

Het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV heeft de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn van EBPracticeNet vzw de.opdracht gegeven om de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen op te nemen, in uitvoering van het Kaderakkoord voor de kwaliteit van zorg . Er zal per werkjaar een constante activiteit zijn voor de ontwikkeling van 2 multidisciplinaire Belgische richtlijnen en de herziening/updating van 5 Belgische richtlijnen voor huisartsen. Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn (voorbereiden, organiseren en voorzitten van de vergaderingen en de werkgroep en stuurgroep, contacten met auteursgroepen, stakeholders en experten, met RIZIV en EBPracticeNet, beheer van website werkgroep. - De uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

In kaart brengen en volgen van drijvende krachten achter antimicrobiële resistentie in Oeganda. 01/01/2018 - 31/12/2020

Abstract

In Uganda ontwikkelde 98,9% van de kinderen op het platteland infecties veroorzaakt door micro-organismen die resistent zijn tegen het antibioticum co-trimoxazol (Rutebemberwa 2015). Antibioticaresistente bacteriën dagen steeds vaker de behandeling van longontsteking en tuberculose uit. Desondanks heeft Oeganda geen nationaal beleid om antibioticaresistentie aan te pakken en heeft het weinig begrip voor de gevolgen van ongepast gebruik van geneesmiddelen. Dit project zal bijdragen tot de vermindering van antimicrobiële resistentie in Oeganda door de onderzoeksactiviteit en -capaciteit van de Faculteit der Gezondheidswetenschappen van de Universiteit van Busitema te vergroten en op evidentie gebaseerde oplossingen te bieden om antimicrobiële resistentie te verminderen. Het project brengt patronen van antibioticaresistentie in Oeganda in kaart, en de factoren die deze in vier regio's aandrijven. Capaciteitsopbouw omvat het trainen van Oegandese onderzoekers in geavanceerde kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethodes en het publiceren in ISI gerangschikte tijdschriften. Verspreiding omvat training, workshops en trainingsmateriaal voor gezondheidswerkers en bewustmaking van het publiek

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Anders communiceren in de nieuwe eerstelijnsgezondheidszorg: bewustwording bij Vlaamse huisartsen in opleiding. 07/11/2017 - 13/10/2018

Abstract

Dit project bestaat uit drie fasen. In een eerste fase willen we de attitudes meten van Vlaamse huisartsen in opleiding ten aanzien van mensen met een psychische kwetsbaarheid, en de frames die ze hanteren in verband met dergelijke patiënten. In een tweede fase plannen we de huisartsen in opleiding in contact te brengen met ervaringsdeskundigen. In de derde en laatste fase voeren we de aanvankelijke meting opnieuw uit.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkelen en herzien van evidence-based richtlijnen voor de eerste lijn in België . 01/07/2017 - 31/12/2017

Abstract

Het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV heeft de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn van EBMPracticeNet vzw de.opdracht gegeven om de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen op te nemen, in uitvoering van het Kaderakkoord voor de kwaliteit van zorg 2017. Er zal per werkjaar een constante activiteit zijn voor de ontwikkeling van 2 multidisciplinaire Belgische richtlijnen en de herziening/updating van 10 Belgische richtlijnen voor huisartsen. Dit deelproject omvat de verdere uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn alsook de uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. 01/04/2017 - 31/12/2017

Abstract

Het Comite van de verzekering voor geneeskundige verzorging van het RIZIV heeft de Werkgroep Ontwikkeling Richtlijnen Eerste Lijn van EBMPracticeNet vzw de.opdracht gegeven om de ontwikkeling en adaptatie van Belgische Richtlijnen op te nemen, in uitvoering van het Kaderakkoord voor de kwaliteit van zorg 2017. Er zal per werkjaar een constante activiteit zijn voor de ontwikkeling van 2 multidisciplinaire Belgische richtlijnen en de herziening/updating van 10 Belgische richtlijnen voor huisartsen. Tot de opdracht binnen dit project behoren de volgende taken - inhoudelijke coördinatie voor de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn (voorbereiden, organiseren en voorzitten van de vergaderingen en de werkgroep en stuurgroep, contacten met auteursgroepen, stakeholders en experten, met RIZIV en EBMPracticeNet, beheer van website werkgroep. - De uitbouw van een expertisecel voor de werkgroep. Voor de systematische aanpak en methodologisch correcte ontwikkeling van herziening van richtlijnen, wordt een centrale expertisecel uitgebouwd, bestaande uit enkele deeltijds wetenschappelijk medewerkers. Per richtlijn worden de volgende taken opgenomen: uitwerken van een systematische literatuurzoektocht, kwaliteitsbeoordeling en extractie van gegevens, uitvoeren van de verschillende stappen van de ADAPTE procedure, afwerking en publicatie van de richtlijn, eindredactie, vertaling naar andere landstaal en finale redactie, voorbereiding van publicatie . Daarnaast zal de expertisecel ook werken aan de regelmatige updating van het handboek voor richtlijnontwikkeling , alsook de ontwikkeling van sjablonen en tools voor richtlijnontwikkeling

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Geïntegreerde zorg voor chronisch zieken: wetenschappelijke ondersteuning en evaluatie van pilootprojecten. 01/03/2017 - 30/06/2020

Abstract

Het plan "Geïntegreerde zorg voor een betere gezondheid" (Integreo) werd op 19 oktober 2015 goedgekeurd door de ministers van Volksgezondheid van de deelstaten en de federale overheid. De uitvoering van dit plan zal zich onder meer concretiseren in pilootprojecten voor geïntegreerde zorg. Als onderdeel hiervan zijn 20 kandidaat pilootprojecten geselecteerd om hun project verder uit te werken. De proefprojecten worden verondersteld om geïntegreerde zorg ontwikkelen in een locoregionaal gebied van ongeveer 100 tot 1 500 000 inwoners. Het FAITH.be consortium (Federated consortium for Appraisal of Integrated care Teams in Health in Belgium) is verantwoordelijk voor "(a) de (wetenschappelijke) steun aan pilootprojecten en (b) evaluatie tijdens de uitvoeringsfase. Dit moet leiden tot het in kaart brengen van best practices en daarmee tot aanpassing van de projecten of veralgemening van de projecten". Om deze missie te volbrengen heeft FAITH.be vier gerelateerde pijlers van werk opgesteld: 1) Een uitkomst evaluatie (gebaseerd op de Triple Aim + gelijkheid en job tevredenheid) om de algehele effectiviteit van geïntegreerde zorgprogramma's vanuit verschillende perspectieven (de patiënten, de aanbieders, de overheid, etc.) te evalueren; 2) Een implementatie evaluatie om te begrijpen waarom en hoe locoregionale projecten evolueren door de tijd heen; 3) Een ondersteuningsmechanisme voor de ICP om hen te helpen bij hun zelfevaluatieproces zodanig dat kwaliteitscultuur en effectief veranderingsmanagement worden versterkt; 4) Een ondersteuningsmechanisme voor het administratieve team. Het Faith consortium van 6 Belgische universiteiten is geselecteerd om een wetenschappelijke evaluatie van het programma "Geïntegreerde zorg voor een betere gezondheid" in België (Integreo) uit te voeren en ondersteuning te bieden aan de pilootprojecten gedurende de looptijd van het programma. De universiteiten verenigd in de zogenaamde FAITH.be consortium - Federated consortium for Appraisal of Integrated care Teams in Health in Belgium - zijn UA (Vakgroep Eerstelijns en Interdisciplinaire Zorg, Centrum voor Huisartsgeneeskunde, UGent, KULeuven, VUB, ULg en UCL (coördinator van het consortium). Principal researcher: Dr Elien Colman,(elien.colman@uantwerpen.be) Promotors Universiteit Antwerpen: Dr Sibyl Anthierens (sibyl.anthierens@uantwerpen.be) en prof. Roy Remmen (roy.remmen@uantwerpen.be)

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Toepassen van interventies voor preventie de van hart-en vaatziekten in geselecteerde sites in Europa en sub-Sahara Afrika: een implementatie onderzoek (SPICES) 01/01/2017 - 30/06/2022

Abstract

De algemene doelstelling van het project is het implementeren en evalueren van een uitgebreid CVD preventie en controle programma voor patiënten met een hoog risico op hart- en vaatziekten in vijf settings: een landelijke en semi-stedelijke gemeenschap in een land met lage inkomens (Uganda) en in een land met gemiddelde inkomens (Zuid-Afrika), en populaties met verminderde toegang tot de gezondheidszorg in drie Europese landen met hoge inkomens (België, Frankrijk, UK). Naast een literatuuronderzoek zal ook gestart worden met de exploratie van de studie sites op basis van kwalitatief en kwantitatief onderzoek (surveys) met de bedoeling de huidige situatie in kaart te brengen. De evaluatie van het project omvat zowel kwantitatief als kwalitatief onderzoek en zal een kosten effectiviteitsevaluatie omvatten. Daarnaast zullen de verschillende teams ook elkaars onderzoeksite bezoeken om zo ervaringen uit te wisselen en van elkaar te leren. Om de duurzaamheid van de uitgewerkte en geïmplementeerde interventies te ondersteunen, zullen beleidsmakers betrokken worden tijdens het hele proces van ontwikkeling en implementatie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Onderzoek naar Europese kinderen en volwassen ex-prematuren (RECAP preterm) 01/01/2017 - 30/09/2021

Abstract

Het algemene doel van het project is om de gezondheid, de ontwikkeling en de kwaliteit van leven van kinderen en volwassenen die zeer prematuur geboren werden ( <32 weken zwangerschap) of met zeer laag geboortegewicht (VLBW, <1500g) te verbeteren - ongeveer 50 000 geboortes per jaar in Europa - door de oprichting van een ICT-platform , en data te integreren, te harmoniseren en gebruik te maken van de schat aan gegevens uit 20 Europese cohorten van VPT / VLBW kinderen en volwassenen en hun families, vanaf de vroege jaren 1980 tot heden, samen met de gegevens uit de nationale registers.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Invloed van natuur op verdeling mentale gezondheid (NAMED). 01/01/2017 - 15/04/2020

Abstract

Mentale gezondheidsproblemen zijn een groeiend probleem in onze moderne wereld. De invloed van de urbane leefomgeving is nog weinig gekend. Het door BELSPO gefinancierd NAMED-project (juli 2017 – juli 2021) onderzoekt de impact van de (on)bebouwde omgeving op de mentale gezondheid in het Brussels Gewest. Er worden zowel kwantitatieve als kwalitatieve onderzoeksmethoden gebruikt. Vanuit ELIZA zijn Hans Keune, Hilde Bastiaens & Roy Remmen betrokken.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Passende zorg in de laatste levensfase. 01/08/2016 - 01/05/2017

Abstract

De doelstelling van deze studie bestaat erin om meningen te onderzoeken van Belgische patiënten en hun familieleden, spiritueel werkers en gezondheidswerkers over wat zij beschouwen als zinloze of zinvolle zorg op het levenseinde en hoe deze niet-aangepaste zorg kan worden voorkomen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De haalbaarheid, de risico s en de voorwaarden voor een integratie van de triage en de regulatie van de oproepen voor de huisartsenwachtdienst binnen de medische dispatching van de 112-hulpcentrale. 01/04/2016 - 31/03/2018

Abstract

In België zijn spoeddiensten en huisartsen de belangrijkste actoren in de acute medische zorg tijdens de gewone en de zogenaamde out-of-hours periode. Patiënten kunnen vrij kiezen welke dienst zij prefereren. Gedurende de laatste jaren werden er protocollen uitgewerkt om de acute zorg beter te kunnen sturen door triage. De centrale doelstelling van dit project is te bestuderen of triage (gebruikmakend van een centraal oproepnummer "1733") met professioneel personeel gebruik maken van deze protocollen haalbaar, veilig en effectief is. Een proefonderzoek in de in de regio Leuven-Tienen, in nauwe samenwerking met spoeddiensten, huisartsen wachtposten en het regionaal call centrum. De onderzoeksvragen zijn: 1: Hoe is het gesteld met de veiligheid en efficiency van het gebruik van de protocollen door de professionele telefonisten? 2: Wat is de epidemiologie van de onplanbare zorg? 3: Wat is de invloed van telefonische triage op de werkbelasting van hulpverleners? Parallele activiteiten gedurende het project omvatten een informatie campagne voor het publiek en de hulpverleners in de regio. Het twee jaar durend project startte op 1 mei 2016. De OOH care research group is onderdeel van de huisartsen groep van de Vakgroep Eerstelijns en Interdisciplinaire Zorg van de Universiteit Antwerpen. Principal investigator: Hilde Philips Co-supervisor Veronique Verhoeven Junior researcher: Hanne Claessen Junior researcher: Annelies Colliers Team member: Roy Remmen

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Doctoraatsonderzoek Kathleen Beliën. 01/04/2016 - 31/12/2016

Abstract

Distress en kwaliteit van leven tijdens de diagnostische periode en voor het starten van de behandeling bij longkankerpatiënten. Met dit project willen we meer meer inzicht krijgen in hoe belastend de periode van diagnosestelling en de periode tussen diagnose en start van behandeling is voor longkankerpatiënten. Hiervoor willen we inzicht krijgen in: -  de psychosociale belasting die longkankerpatiënten ervaren in de diagnostische periode -  hoe het diagnoseproces verloopt en wat de gebruikelijke zorg hierbij is Dit inzicht vormt de basis voor een betere afstemming van de zorg op de noden van patiënten. Het project bestaat uit twee delen: - een beschrijvende prospectieve studie bij patiënten met een (vermoeden van een ernstige) longaandoening tijdens het diagnose traject. Dit is een kwantitatieve studie met gebruik van gestandardiseerde vragenlijsten - een kwalitatieve case studie over de gebruikelijke zorg (usual care) tijdens de diagnosestelling van longkanker in tien ziekenhuizen in Vlaanderen

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

"Goed leven" door geïntegreerde gezondheidszorg: optimaliseren van de interculturele samenwerking in rurale gebieden in Ecuador. 13/03/2016 - 30/04/2021

Abstract

Goed leven" door geïntegreerde gezondheidszorg: optimaliseren van de interculturele samenwerking in rurale gebieden in Ecuador. Etnische groepen uit Ecuador's SENPLADES zones (Andes en Amazone regio) hebben gelimiteerde toegang tot medische gezondheidszorg. Traditionele geneeskunde is deel van het dagelijkse leven. Er is weinig samenwerking en/of uitwisseling tussen beide actoren in de gezondheidszorg. In dit project worden de noden en condities die interculturele uitwisseling in de gezondheidszorg beïnvloeden in deze gemeenschappen bestudeerd. Concrete maatregelen worden voor de effectieve implementatie van interculturele integratie worden voorzien. Dit zowel in het medisch curriculum aan de UTPL in Loja als pilootproject voor andere universiteiten, als voor zorgvertrekkers in het veld. Het project heeft 3 onderdelen: Onderzoek: noden en hiaten in de gezondheidszorg in het veld worden in kaart gebracht. Dan volgt een implementatie studie. Het onderzoek deel kadert in een PhD project door een student van UTPL Loja. Onderwijs: het curriculum in UTPL zal culturele competenties en interculturele communicatie implementeren, alsook gebruik van portfolio en afstandsonderwijs. Capaciteit bevordering: een doctoraattraject, staf training en scholarship uitwisseling zijn gepland. In de etnische gemeenschappen is er capaciteitsverbreding door het optimaliseren van de interculturele uitwisseling.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Licht op groen. Opstellen onderzoeksdesign voor beleid- en praktijkgericht onderzoek naar de effecten van natuur op gezondheid, met bijzondere focus op kwetsbare groepen in de Provincie Antwerpen. 01/01/2016 - 31/12/2017

Abstract

Licht op groen. Opstellen onderzoeksdesign voor beleid- en praktijkgericht onderzoek naar de effecten van natuur op gezondheid, met bijzondere focus op kwetsbare groepen in de Provincie Antwerpen. Door middel van kwalitatief onderzoek bij stakeholders worden onderzoeksprioriteiten geidentificeerd. De beschikbare databanken worden geinventariseerd en de mogelijkheden van kwantitatief vervolgonderzoek worden in kaart gebracht. Principal researcher Dr Hans Keune Co-researchers professor Hilde Bastiaens and Roy Remmen

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Follow-up study on use of psychoactive substances in adults: Prevention and Treatment by general practitioners and Occupational physicians; DATa retriEval (UP-TO-DATE 2). 15/12/2015 - 15/03/2017

Abstract

Dit project gaat verder op de resultaten van Up-to-date 1. Meer bepaald wordt aan het werkveld van huisartsen en bedrijfsartsen methodes aangebonden en uitgetest rond screening, korte interventies , probleem definitie van alcohol en drugsgebruik.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Screening om de gezondheid en ontwikkeling van extreem vroeggeboren prematuren in Europa te bevorderen (SHIPS). 01/09/2015 - 31/01/2019

Abstract

SHIPS is een internationaal, multicentrisch onderzoeksproject opgericht door de wetenschappelijke vereniging EPICE-consortium met als coördinator 'Institut National de la Sante et de la Recherche Medicale' (INSERM). De specifieke doelen van het SHIPS-project zijn: 1. De screenings- en opvolgingsprogramma's bij te vroeg geboren kinderen evalueren (in termen van structuur, organisatie, financiering, periodes en inhoud). 2. Kijken hoe goed deze screeningsprogramma's worden opgevolgd 3. Nagaan welke de meest succesvolle programma's zijn en waarom 4. Nagaan hoe de ontwikkeling verloopt bij 5-jarige te vroeg geboren kinderen, en welke onderzoeksmethoden het best zijn op de leeftijd van 2 en 5 jaar. 5. Europese richtlijnen opstellen en verspreiden voor screenings- en preventieprogramma's voor prematuur geboren kinderen, die zijn gebaseerd op de onderzoeksresultaten, de ervaringen van artsen, onderzoekers, beleidsmakers en families. De populatie bestaat uit 6727 premature kinderen, geboren tussen 1/6/2011 en 1/7/2012, na een zwangerschapsduur van 24 à 32 weken, in 18 Europese regio's, die levend ontslagen werden uit de Neonatale Intensive Care Unit. Deze cohorte werd samengesteld vanuit het EPICE (Effective Perinatal Care in Europe) Project (www.epiceproject.eu). Voor het SHIPS-project wordt deze cohorte opgevolgd op de leeftijd van 5 jaar om zo reeds bestaande screeningsprogramma's voor zeer vroeg geboren premature kinderen te beoordelen. Voor België (regio Vlaanderen) was het SPE (Studiecentrum Perinatale Epidemiologie) de partner in het Europese EPICE-consortium, o.l.v. Prof. Van Reempts (UZA) en Dr. Guy Martens (SPE). In het SHIPS project is de Universiteit Antwerpen de coordinerende partner voor Vlaanderen. Het centrale Ethische Comité is Ethisch Comité UZA Antwerpen. SHIPS introduceert 4 nieuwe studies: o De eerste studie zal de kenmerken van regionale en unit-gebaseerde follow-up screening en preventieprogramma's voor zeer premature pasgeborenen (< 32 weken zangerschapsduur) onderzoeken. o De tweede studie onderzoekt, via een vragenlijst, de gezondheid en de ontwikkeling van het kind, alsook het welzijn van de familie en het gebruik van hulpverlening. o De derde studie zal een klinisch onderzoek uitvoeren bij kinderen, geboren na een zwangerschapsduur van 28 weken of minder, die een hoger risico hebben op problemen. Gestandaardiseerde tests zullen gebruikt worden om het algemene cognitieve vermogen (IQ), het executief functioneren , verwerkingssnelheid, gedrag, problemen met aandachttekort en het werkgeheugen te meten. o De vierde studie is een kwalitatieve studie die via interviews peilt naar de ervaringen van ouders met follow-up programma's. De klinische onderzoeken zullen uitgevoerd worden in de Centra voor Ontwikkelingsstoornissen (Gent, Brussel, Antwerpen en Leuven), alsook in twee lokale ziekenhuizen, namelijk AZ St. Jan te Brugge en Ziekenhuis Oost-Limburg te Genk. De ouders van deze kinderen kunnen de vragenlijst ter plekke invullen. Ouders met kinderen, geboren tussen 28-32 weken, krijgen de vragenlijst aan huis verzonden. De vragenlijst neemt ongeveer 30-60 minuten in beslag. De klinische onderzoeken worden binnen het kader van de follow-up RIZIV conventie verwerkt.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Hoofdredactie EBMPracticeNet met inbegrip van de eindverantwoordelijkheid van de uitbouw van de online kennisdatabank. 01/08/2015 - 31/12/2015

Abstract

De kennis databank van EBMPracticeNet omvat alle Nationale Belgische EBM-informatieproducten, inbegrepen de geadapteerde Duodecim richtlijnen en alle Belgische geupdated monodisciplinaire en multidisciplinaire richtlijnen. Binnen dit project heet de onderzoeker de eindverantwoordelijkheid van de redactie van de richtlijnen en EBM-informatie op het Belgische EBMPracticeNet platform. Hij/zij is verantwoordelijk voor vertaling van richtlijnen, aanpassen van richtlijnen naar de Belgische context, actualisatie van de databank, integratie van Belgische richtlijnen en andere Belgische bronnen, bewaken van coherentie tussen de databanken voor verschillende disciplines. Er is nauwe samenwerking met de werkgroep ontwikkeling richtlijnen eerste lijn , de projectleider en de hoofdredacteur voor het clinical decision support systeem

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Opbouw en consolidatie van een wereldwijde controle-unit voor infectieziekten met nadruk op parasitaire ziekten. 01/07/2015 - 30/09/2017

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht toegekend door de Universiteit Antwerpen. De promotor levert de Universiteit Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd door de universiteit.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijke begeleiding van de Commissie Richtlijnen van Domus Medica vzw, met inbegrip van het voorzitterschap van de commissie. 04/06/2015 - 31/12/2015

Abstract

Dr. Hilde Philips is als voorzitter van de Commissie Richtlijnen van Domus Medica, de professionele organisatie van huisartsen in Vlaanderen. De commissie neemt volgende taken op zich: ontwikkeling van richtlijnen, optreden als methodologisch expert voor andere organisaties, opleiding rond richtlijnontwikkeling, samenwerking met onder ander het NHG (Nederlands Huisartsen Genootschap) en internationale vertegenwoordiging in GIN (Guidelines International Network).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Letsels tgv kindermishandeling: hoe kunnen de aangifte en opvolging verbeterd worden? 01/03/2015 - 30/11/2015

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Belgische proefproject Horizon scanning in de huisartsgeneeskunde. 10/02/2015 - 31/12/2015

Abstract

Dit project maakt deel uit van het Europees 'Health Workforce Planning and Forcasting' (EUHWforce) project. Het algemeen doel van het project is de participerende landen te ondersteunen in de planning van het toekomstig potentieel aan hulpverleners in de gezondheidszorg. Het Belgisch pilootproject gaat op zoek naar de meest belangrijke drijvende krachten, factoren die de noodzaak aan huisartsen met klinische praktijk bepalen, rekening houdend met hun toekomstig takenpakket. We stellen een coherent geheel van afgelijnde werkpakketten voor. Eerst zullen we de belangrijkste sleutelpersonen identificeren in Werkpakket (WP)1. Dan ontwikkelen we met behulp van een literatuurreview (WP2) een concept om het interviewscript voor deze sleutelpersonen uit te schrijven (WP3). Als resultaat hiervan zullen we een aantal hypothesen en indicatoren voorleggen aan een ruimere groep experten. Consensus voor deze indicatoren kan gezocht worden door gebruik te maken van een Delphitechniek in WP4. De resultaten van dit WP moeten het door de planningscommissie ontwikkeld mathematisch model verfijnen. De resultaten worden zowel internationaal en lokaal door middel van studiedagen, een eindrapport en enkele artikelen in wetenschappelijke tijdschriften verspreid (WP 5 en WP 6). Tenslotte beschrijft WP7 de managementtaken van het project.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Implementatie zorgpad palliatieve zorg. 01/01/2015 - 31/12/2016

Abstract

Het gaat hier om een pilootproject omtrent de implementatie in België van het Zorgpas Palliatieve Zorg (ZPPZ) in samenwerking met de multidisciplinaire begeleidingsequipes (MBE) en onder coördinatie van de huisarts. Het project wordt gerealiseerd in samenwerking met alle betrokken zorgverleners en alle organisaties die actief zijn in de sector van de zorgverlening in het algemeen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Francqui Leerstoel 2014-2015 Prof. Jan De Maeseneer. 01/10/2014 - 30/09/2015

Abstract

Op voorstel van de Universiteit, kent de Francqui-Stichting elk jaar twee Francqui-Leerstoelen toe aan de UAntwerpen. Deze zijn bedoeld om de uitnodiging mogelijk te maken van een Professor van een andere Belgische Universiteit of uit het buitenland, voor een reeks van tien lesuren. De Francqui-Stichting betaalt aan de titularis van een Francqui-Leerstoel het honorarium voor deze tien lessen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het verbeteren van zorg en onderzoek elektronische data vereniging Antwerpen (ICAREDATA). 01/09/2014 - 31/12/2018

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Overheidsopdracht voor economische en sociaalrelevante diensten, studies en onderzoeken gerelateerd aan nachtelijke verzorging van kwetsbare ouderen die thuiswonen in de regio van het Brussel Hoofstedelijk Gewest 01/09/2014 - 31/03/2015

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijke evaluatie en begeleiding van de projecten voor alternatieve en ondersteunende zorgvormen voor kwetsbare ouderen. 01/04/2014 - 31/05/2017

Abstract

Het doel van dit project is te komen tot de wetenschappelijke evaluatie en begeleididng van de alternatieve en ondersteunende zorgprojecten in het kader van Protocol 3 ouderenzorg, zoals die zijn voorzien in uitvoering van het koninklijk besluit van 2 juli 2009. De wetenschappelijke evaluatie is van algemeen belang en heeft tot doel het RIZIV en de andere overheidsdiensten in staat te stellen objectieve en gerichte keuzes te maken met betrekking tot vernieuwende zorgprogramma's.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

EU-richtlijnen voor het opzetten van nationale knooppunten voor de uitgebreide geïntegreerde medische ondersteuning van slachtoffers van mensenhandel. 27/02/2014 - 31/10/2015

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Payoke. UA levert aan Payoke de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Jonge mensen met complexe en intense noden ondersteunen en includeren (ENABLIN). 01/01/2014 - 30/06/2017

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Opbouw en consolidatie van de hervorming van het medisch curriculum aan het UTPL (EI) met de nadruk op afstandsonderwijs en moderne leerconcepten. 31/12/2013 - 31/12/2015

Abstract

De omvang van dit project is om medische curriculum hervormingen te steunen bij de UTPL met de nadruk op moderne onderwijs concepten, en om deze hervorming uit te breiden naar andere universiteiten, die in lijn is met de MoH strategie. Google Translate voor bedrijven:Translator ToolkitWebsite TranslatorGlobal Market Finder Rechtstreekse vertaling uitschakelenOver Google TranslateMobielPrivacyHelpFeedback verzenden De omvang van dit project is om medische curriculum hervormingen te steunen bij de UTPL met de nadruk op moderne onderwijs concepten, en om deze hervorming uit te breiden naar andere universiteiten, die in lijn is met de MoH strategie. Google Translate voor bedrijven:Translator ToolkitWebsite TranslatorGlobal Market Finder Rechtstreekse vertaling uitschakelenOver Google TranslateMobielPrivacyHelpFeedback verzenden De bedoeling van dit project is om medische curriculumhervormingen te steunen bij de UTPL met de nadruk op moderne onderwijsconcepten, en om deze hervorming uit te breiden naar andere universiteiten, rekeninghoudend met de MoH strategie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Gedifferentieerde klaspraktijken 'Goed geënt'. 01/09/2013 - 31/08/2014

Abstract

Het project wil 25 scholen met hun klasleraren, zorgteam, directie en eventueel de betrokken pedagogisch begeleider of een in de school gekende lerarenopleider, nascholen in het omgaan met heterogene groepen en het hanteren van differentiatie, met oog voor diverse leerstijlen en hun meervoudige intelligenties. Het project heeft als doel om leerkrachten inzicht en praktische toepassingen bij te brengen van de thema's 'omgaan met diversiteit, gedifferentieerde klaspraktijken, handelingsgericht werken, compenserende en dispenserende maatregelen en hulpmiddelen, redelijke aanpassingen, klasmanagement, didactische werkvormen'.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Initiatieven ter ondersteuning van mantelzorgers: evaluatie van opties voor België. 01/09/2013 - 21/03/2014

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds KCE. UA levert aan KCE de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het effect van onafhankelijke artsenbezoeken op het voorschrijven van analgetica in de eerste lijn: een gerandomiseerd gecontroleerd onderzoek met procesanalyse. 01/07/2013 - 31/12/2016

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Farmaka. UA levert aan Farmaka de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Actief ouder worden met type 2 diabetes als model voor de ontwikkeling en implementatie van innovatieve chronische zorgverstrekking in Europa (MANAGE-CARE). 01/05/2013 - 31/05/2016

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Evaluatie van strategieën voor disseminatie en implementatie van praktijkrichtlijnen: kwalitatief onderzoek van de Belgische organisaties die praktijkrichtlijnen produceren en verspreiden: beschrijving van hun methoden en hun organisatie. 15/01/2013 - 30/09/2013

Abstract

Diverse Belgische instanties genereren en verspreiden praktijkrichtlijnen met de bedoeling de kwaliteit van de gezondheidszorg te bevorderen. Met een literatuurstudie en een kwalitatief onderzoek met Belgische stakeholders, zal deze studie de doeltreffendheid en doelmatigheid van disseminatie en implementatie strategieën van praktijkrichtlijnen bestudeerd worden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Implementatie zorgpad palliatieve zorg. 01/01/2013 - 31/12/2014

Abstract

Het gaat hier om een pilootproject omtrent de implementatie in België van het Zorgpas Palliatieve Zorg (ZPPZ) in samenwerking met de multidisciplinaire begeleidingsequipes (MBE) en onder coördinatie van de huisarts. Het project wordt gerealiseerd in samenwerking met alle betrokken zorgverleners en alle organisaties die actief zijn in de sector van de zorgverlening in het algemeen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Prospectief Interventieonderzoek over de implementatie van de huisartsenwachtpost in Merksem, ZNA Jan Palfijn. 01/09/2012 - 31/08/2013

Abstract

Leveren van expertise betreffende de implementatie van de huisartsenwachtpost in Merksem, ZNA Jan Palfijn, meer bepaald de voorbereiding, begeleiding, verwerking van resultaten en beschrijven van de voor- en nameting van het onderzoek.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Organisatie van zorg voor chronische patiënten in België. 20/03/2012 - 30/06/2012

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de KCE. UA levert aan de KCE de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijk onderzoek huisartsenwachtpost ZNA Jan Palfijn Merksem 01/01/2012 - 31/12/2012

Abstract

Op 15 juli 2011 startte een nieuwe en 4de wachtpost in Antwerpen-Noord, waardoor vrijwel het hele grondgebied van groot Antwerpen wordt bediend. Specifiek en nieuw voor Vlaanderen/België is dat de HWP Antwerpen-Noord gelegen is naast de spoedafdeling van een ziekenhuis, nl. ZNA Jan Palfijn in Merksem. Dit onderzoek gaat na of de samenwerking tussen spoeddienst en HWP een verschuiving teweeg brengt van de spoeddienst naar de huisarts.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Mantelzorgers die zorgen voor een thuiswonende kwetsbare oudere: omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in gezondheid en afhankelijkheid. 01/01/2012 - 31/12/2012

Abstract

Titel Mantelzorgers die zorgen voor een thuiswonende kwetsbare oudere: omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in gezondheid en afhankelijkheid. Achtergrond In de nabije toekomst zal de vergrijzing van de bevolking een grote invloed hebben op de vraag naar formele en informele langdurige zorg. Informele zorg wordt voornamelijk verleend door familieleden, vooral echtgenoten en kinderen. In België verleent bijna 10% van personen die 15 jaar of ouder zijn informele zorg. Toch zijn ze vaak 'onzichtbaar'. Ze zoeken niet snel hulp, zelfs niet als ze overbelast dreigen te raken. Doel In deze studie willen we de ervaring van het zorgen voor een kwetsbare oudere die thuis woont verkennen. We zijn vooral geïnteresseerd in hoe mantelzorgers omgaan met acute en geleidelijke veranderingen in de gezondheid of afhankelijkheid van de oudere persoon. Onderzoeksvragen - Hoe ervaren mantelzorgers het zorgen voor een kwetsbare oudere persoon die thuis woont en verandert deze ervaring in de loop van de tijd? - Hoe gaan mantelzorgers om met acute en geleidelijke veranderingen in afhankelijkheid, lichamelijke en geestelijke gezondheid van de kwetsbare oudere persoon? - Wat is de impact van deze acute en geleidelijke veranderingen op de fysieke, mentale en sociale gezondheid van de mantelzorger? Methodologie We plannen een longitudinaal case study onderzoek. Een doelgerichte steekproef van ongeveer 10 mantelzorgers van kwetsbare ouderen zal worden samengesteld. In dit kwalitatieve onderzoek geven we de voorkeur aan een kleine steekproef om hun ervaringen in de diepte en longitudinaal te kunnen bestuderen. Bij aanvang en na 6 en 12 maanden zullen we interviews en assessments doen met de mantelzorgers bij hen thuis. Daarnaast doen we maandelijks semi-gestructureerde telefonische interviews met de mantelzorgers.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Consumptie van alcohol, illegale drugs, hypnotica en tranquillizers bij de Belgische bevolking. Preventie en behandeling door huisartsen en gezondheidstoezicht op de werkvloer door arbeidsgeneesheren; kennis, noden en voorraad (UP TO DATE). 01/12/2011 - 01/12/2014

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Pluis en niet-pluis in de huisartspraktijk. 01/10/2011 - 30/09/2013

Abstract

De projectgroep een drietal speerpunten opgesteld. Allereerst wordt de interactie van 'Pluis en niet-pluis in de huisartspraktijk' (PNP) met andere elementen van het diagnostisch redeneren van huisartsen onderzocht als ook de diagnostische waarde met betrekking tot behandeling en beloop van klachten en ziekten in de huisartspraktijk. Daarnaast wordt de determinant "ervaring" in kaart gebracht, door huisartsen in opleiding en ervaren huisartsen met elkaar te vergelijken in een onderzoek met behulp van case vignetten en een gevalideerde PNP vragenlijst. Tenslotte wordt de analyse van een serie leergesprekken tussen huisartsen-in opleiding en huisarts-opleiders met het oog op het onderwijs van analytische en niet-analytische diagnostische strategieën voortgezet.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het vertalen van evidence-based praktijkrichtlijnen voor de diagnose, preventie en behandeling van misbruik van genotsmiddelen bij kinderen en jongeren naar een lokale, Belgische context (ADAPT_YOUTH). 01/04/2011 - 30/09/2013

Abstract

Met dit project streven we naar een set van richtlijnen voor het voorkomen, detecteren en behandelen van misbruik van genotsmiddelen in de doelgroep kinderen en jongeren tussen de leeftijd van 12 en 25 jaar, door gebruik te maken van de methodologie van ADAPTE.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering. 01/04/2011 - 31/03/2012

Abstract

Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Domus Medica vzw. UA levert aan Domus Medica vzw de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Prospectief Interventieonderzoek over de implementatie van de huisartsenwachtpost in Merksem, ZNA Jan Palfijn. 31/12/2010 - 31/07/2011

Abstract

De belangrijkste doelstelling van dit project is het leveren van expertise in het kader van het in de titel vernoemde project, meer bepaald de voorbereiding, begeleiding, verwerken van resultaten en beschrijven van de voormeting van dit onderzoek.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Onderzoek ter ondersteuning van het beleid en in de eerste plaats een onderzoek in het kader van de zorgtrajecten, een wetenschappelijk onderbouwd project van de NCGZ. 10/05/2010 - 15/07/2010

Abstract

De belangrijkste doelstelling van dit project is het leveren van expertise, meer bepaald bij de gedetailleerde formulering van de onderzoeksvragen en de opstelling van de te gebruiken indicatoren op korte, middellange en lange termijn voor de opvolging van de kwaliteit van de zorg voor patiënten in een zorgtraject.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijke evaluatie en begeleiding van de projecten voor alternatieve en ondersteunende zorgvormen voor kwetsbare ouderen. 01/04/2010 - 31/03/2014

Abstract

Het doel van dit project is te komen tot de wetenschappelijke evaluatie en begeleididng van de alternatieve en ondersteunende zorgprojecten in het kader van Protocol 3 ouderenzorg, zoals die zijn voorzien in uitvoering van het koninklijk besluit van 2 juli 2009. De wetenschappelijke evaluatie is van algemeen belang en heeft tot doel het RIZIV en de andere overheidsdiensten in staat te stellen objectieve en gerichte keuzes te maken met betrekking tot vernieuwende zorgprogramma's.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering. 01/04/2010 - 31/03/2012

Abstract

Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Domus Medica vzw. UA levert aan Domus Medica vzw de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Wetenschappelijke opvolging van de aanbeveling "Obesitas". 01/04/2010 - 31/03/2011

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds een privé-instelling. UA levert aan de privé-instelling de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Translationeel onderzoek en patiëntveiligheid in Europa (TRANSFoRm). 01/03/2010 - 30/11/2015

Abstract

TRANSFoRm zal sterke generieke methodes ontwikkelen voor de integratie van eerstelijns klinische en onderzoeksactiviteiten, om patiëntveiligheid en klinische onderzoek te ondersteunen via: - bekomen van een rijke set van klinische data, ook symptomen en tekens eerder dan enkele een klinische diagnose. Een generieke, dynamische interface, met de mogelijkheid om te werken met elk electronisch medische dossier (EMD), zal zowel de diagnostische beslissingsondersteuning als het identificeren van patiënten die geschikt zijn voor onderzoek faciliteren, en daarbij ook patiëntveiligheid vergroten. - verdeelde interoperabiliteit van EMD data en andere gegevensbronnen, dat herkomst, vertrouwelijkheid en veiligheid behoudt. Dit zal grootschalige fenotype-genotype associatiestudies en follow-up van trials mogelijk maken. - software tools en diensten die het gebruik van een gecontrolleerd vocabularium en gestandardiseerde data-elementen in klinisch onderzoek mogelijk maken. Dit zal ook de integratie en hergebruik van klinische data mogelijk maken. Het wetenschappelijk doel van dit project is om radicaal voortgang te maken in ons begrip van ICT interoperabiliteit relevant voor de gezondheidszorg en klinisch onderzoek en om een EU-breed systeem te ontwikkelen dat in staat is om eerstelijns EMD systemen en onderzoekssystemen te integreren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Verbetering en versterking van de kwaliteit van de opleiding huisartsgeneeskunde in Ecuador, met behulp van capaciteitsopbouw en afstandsonderwijs. 01/01/2010 - 31/12/2013

Abstract

Het doel van het project is de Eerstelijnsgezondheidszorg en Huisartsgeneeskunde in Ecuador te verbeteren. Dit zal worden bereikt door het opleiding van huisartsen die bijdragen tot eerstelijns- en interdisciplinaire gezondheidszorgvoorzieningen, gericht naar de echte noden van de patiënten, hun familie en gemeenschap. Het project heeft drie dimensies: onderzoek, capaciteitsopbouw en extensie. In de eerste fase, zal er onderzoek worden verricht om de indicatoren te bepalen voor de eerstelijnsgezondheidszorg en huisartsgeneeskunde en voor de medische opleiding in Ecuador. Het opbouwen, implementeren en evalueren van een huisartsgericht medisch curriculum bij de lokale partneruniversiteit zal de capaciteit verhogen en de 'performance' van opgeleide artsen en dit op verschillende niveaus: basisopleiding, beroepsopleiding en navorming. In het project zullen 3 PhD studenten het effect evalueren van het vernieuwen van het curriculum op diverse aspecten. Ze zullen worden getraind en opgenomen als opleiders/onderzoekers in diverse gezondheidszorgsectoren, om de onderzoekscapaciteit te versterken op lokaal en nationaal niveau. Tenslotte is het opbouwen van netwerken essentiëel voor het behoud van de resultaten van het project. Dit houdt in dat de resultaten zullen worden verspreid naar de verschillende betrokken 'stakeholders'.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Redactie "Huisarts Nu". 01/01/2010 - 31/12/2010

Abstract

Redactie van het magazine "Huisarts Nu".

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Herziening van de aanbeveling Influenza. 01/01/2010 - 31/12/2010

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Systematisch literatuuronderzoek ter voorbereiding van de consensusvergadering rond "influenza: vaccins en antivirale middelen" van 6 mei 2010. 22/10/2009 - 06/05/2010

Abstract

De uitvoering van een literatuuranalyse in het kader van de RIZIV-consensusvergadering over 'Influenza: vaccins en antivirale middelen'. Een consensusvergadering is een methode voor het ontwikkelen van geneeskundige en professionele richtlijnen die een op en consensus berustend standpunt willen innemen in een controverse betreffende een geneeskundige procedure, met als einddoel de verbetering van de kwaliteit van de geneeskundige verzorging. Deze consensus wordt opgesteld door een jury die zich baseert op het werk van de bibliografiegroep en deskundigen in het domein. De taak van de bibliografiegroep is alle relevante literatuur te verzamelen en te boordelen op methodologische kwaliteit, met als doel klinische vragen te beantwoorden die het RIZIV-organisatiecomité opstelt. Aan de antwoorden door de literatuurgroep en de jury worden een graad van wetenschappelijke evidentie en een graad van aanbeveling voor de klinische praktijk toegewezen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Aanbeveling "aanvraag labotests in de huisartsenpraktijk". 01/09/2009 - 30/09/2010

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Doelstellingen en indicatoren betreffende de ontwikkeling van praktijklijnen en multidisciplinaire zorgtrajecten voor de eerste lijn. 01/07/2009 - 31/12/2011

Abstract

Het (te ontwikkelen) Zorgpad Palliatieve Patiënt wordt een instrument voor het leveren van goede zorg. Het is een zorgdossier, een checklist en een evaluatie/toetsingsmiddel. Het dient een hulpmiddel te zijn dat de kwaliteit van zorg, de communicatie met de patiënt en diens naasten én de samenwerking tussen de zorgverleners zal helpen waarborgen. Daarnaast hechten wij veel waarde aan de praktische toepasbaarheid ervan: het moet handig en eenvoudig zijn en in geheel Vlaanderen toepasbaar.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Mee schrijven aan de ontwikkeling van de Aanbeveling Alcohol. 01/07/2009 - 31/12/2010

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering. 01/04/2009 - 31/03/2011

Abstract

Dit project omvat: * mee schrijven aan de aanbeveling Beleid bij grieppandemie; uitgevoerd op basis van de werkwijze beschreven in de bundeling Aanbeveling en de concrete aanwijzigingen van de commissie Aanbevelingen. * mee werken aan de totstandkoming van het scenario voor de organisatie van de eerste lijn in geval van grieppandemie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Opleiding huisartsen in opleiding: criteria voor kwaliteit. 01/03/2009 - 28/02/2010

Abstract

In dit project, dat een onderdeel is van een groter project, werken we aan twee vragen. Wat is de stand van zaken met betrekking tot de kwaliteit van de opleidingsplaatsen tot medisch specialist in Belgie. Hiertoe wordt een documentanalyse uitgevoerd van de werkzaamheden van de erkenningscommissies in Wallonie en Vlaanderen. Wat is in het kader van de opleiding tot medisch specialist en huisarts bekend over de kwaliteit van de opleidingsplaatsen en de stagebegeleiders. Hiertoe wordt een systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Uitwerking van referentiedata ter opvolging van generieke zorgtrajecten. 01/01/2009 - 30/09/2009

Abstract

Het initiatief rond de zorgtrajecten komt binnenkort op gang. Het zal starten met diabetes en nierinsufficiëntie als thema's. Het initiatief zal later uitgebreid worden met andere chronische aandoeningen waarvoor de kwaliteit van zorg maar kan worden gegarandeerd door goed afgestemde taakomschrijving, werkverdeling en partnerschappen tussen een diversiteit van betrokken zorgverlenende disciplines. De overheid heeft behoefte deze belangrijke nieuwe initiatieven op hun effecten, en hun kost-effriciëntie te blijven opvolgen via indicatoren en data. Een beperkte set van data zal komen van de zorgverleners zelf, en dit wordt ingebouwd in de afspraken rond de betreffende zorgtrajecten. Een ander belangrijke set van data zal kunnen komen van de consumptiegegevens die in de verschillende IMA-databanken permanent worden opgevolgd. Als afsluiting bij de diabetesprojecten die als voorbereiding op de zorgtrajecten diabetes in Leuven en Aalst gelopen hebben, wordt momenteel in opdracht van het RIZIV een outcomestudie afgewerkt om zicht te krijgen op resultaatsparameters van deze beide projecten. Voor deze opdracht integreren onderzoeksequipes verschillende datasets, komende van de dossiers, voornamelijk gegevens komend van klinische laboratoria, en een databestand vanuit de data van de zeven verzekeringsinstellingen. Ze toetsen deze aan verwerkingsmodellen voor kostenreferenties en voorspellings-modellen voor toekomstige kosten die door betere zorg kunnen worden vermeden. Het RIZIV formuleert aan deze onderzoeksequipes een bijkomende opdracht om een knelpuntenanalyse te maken van de mogelijkheden en moeilijkheden die bij een meer permanente resultaatsopvolging van zorgtrajecten zullen aan bod komen, wanneer dit na de projectfase in een meer operationele opvolging zal worden gerealiseerd. Tegen eind juni 2009 zal dus, naast de vergelijkende analyse voor de beide diabetesprojecten, additioneel een aanbevolen scenarioboek met knelpuntenanalyse worden opgeleverd, bruikbaar voor de fase waarin de operationele zorgtrajecten via referentiedata over de looptijd heen opgevolgd dienen te worden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Alternatieve en ondersteunende zorgvormen - Protocol 3 ouderenzorg. 01/12/2008 - 31/12/2009

Abstract

Het doel van dit project is te komen tot de bepaling van de methode, de instrumenten en de operationalisering van de wetenschappelijke evaluatie van de projecten inzake alternatieve en ondersteunende zorgvormen voor ouderenzorg die in het kader van protocol 3 zullen worden gefinancierd. protocol 3 is een federaal project (meer dan 40 miljoen Euro) met als doelstelling nieuwe zorgsystemen te onderzoeken zodat ouderen langer thuis kunnen blijven met behoud of verbetering van de kwaliteit van leven.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Valorisatie onderzoeksresultaten van de praktijktest leerzorgkader. 01/12/2008 - 03/04/2009

Abstract

In een vorig onderzoek werd bij een serie aselecte steekproeven van in totaal 8600 leerlingen uit de verschillende geledingen van gewoon en buitengewoon basis- en secundair onderwijs, door medewerkers van alle CLB's uit Vlaanderen een proefinschaling gedaan in één van de 5 leerzorgniveaus, 4 clusters van beperkingen, en doelgroepen, op basis van de huidige leerlingdossiers bij de.CLB's bekend in juni 2008, ten einde de bruikbaarheid, validiteit en betrouwbaarheid na te gaan van de door de Stuurgroep Indicatoren vastgelegde inschalingscriteria in het leerzorgkader. Daartoe werden een handleiding, beslisboom en electronisch inschalingsformulier in een speciaal daartoe aangemaakte website ontworpen, een helpdesk opgericht en een logboek van opmerkingen bijgehouden en geanalyseerd. De resultaten werden zowel kwantitatief als kwalitatief geanalyseerd, en van daaruit gekeken naar verschuivingen binnen types en geledingen onderwijs. Er werd ook gekeken naar de overeenkomst met de theoretisch verwachte inschalingen. Dit project wil de resultaten van deze praktijktest Leerzorgkader valoriseren, in enerzijds een communicatie naar het werkveld (CLB's en scholen) en anderzijds suggesties formuleren voor een verdere professionalisering in het leerzorgkader.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering - Beleid bij grieppandemie. 01/10/2008 - 30/09/2013

Abstract

Dit project omvat: * mee schrijven aan de aanbeveling Beleid bij grieppandemie; uitgevoerd op basis van de werkwijze beschreven in de bundeling Aanbeveling en de concrete aanwijzigingen van de commissie Aanbevelingen. * mee werken aan de totstandkoming van het scenario voor de organisatie van de eerste lijn in geval van grieppandemie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Onderzoek naar het effect van leren interprofessioneel samenwerken in de gezondheidszorg. 01/10/2008 - 30/09/2012

Abstract

Ondanks de toenemende aandacht voor en noodzaak van interprofessioneel samenwerken in de gezondheidszorg, zijn er weinig onderzoeken die het effect ervan aantonen. Dit onderzoek heeft als hoofddoel het effect te meten van interprofessioneel samenwerken op de kwaliteit van zorg voor bewoners van woon- en zorgcentra. Het onderzoek is ingedeeld in vier grote delen. In het eerste deel wordt een beschrijving gegeven van wat interprofessioneel samenwerken betekent en hoe deze competentie wordt onderwezen in onderwijsmodules. Deze interprofessionele onderwijsmodules vormen tevens de basis van de interventiestudie voor dit doctoraatsproject. In het tweede deel wordt een systematische literatuurstudie uitgevoerd met als doel een zicht te krijgen op de uitkomsten van interprofessioneel samenwerken als interventie voor chronisch geriatrische zorg. Er wordt gezocht naar evidentie die al dan niet aantoont of leren interprofessioneel samenwerken een invloed heeft op de kwaliteit van zorg en hoe dit gemeten wordt. In het derde deel is het de bedoeling de bestaande zorg (regio Antwerpen) voor bewoners in woonzorgcentra (WZC's) te beschrijven. Met behulp van focusgroepen en diepte-interviews worden de ervaringen van professionals en bewoners in kaart gebracht. Zo krijgen wij een beter beeld over hoe de zorg 'interprofessioneel' georganiseerd wordt, en wat de huidige knelpunten zijn in samenwerken. In het vierde en laatste deel van dit project wordt een cluster gecontroleerde studie in de eerste lijn met één jaar follow-up uitgevoerd. Met deze experimentele studie wordt getracht het effect van interprofessioneel samenwerken als interventie op de kwaliteit van zorg voor bewoners in een WZC te meten. Deze studie meet op drie niveaus welke invloed 'leren interprofessioneel samenwerken' heeft. Er wordt een SWOT opgemaakt over de interprofessionele samenwerking in de interventiegroep op basis van de ervaringen van de deelnemende professionals. Daarnaast wordt geregistreerd welke veranderingen er al dan niet zijn sinds de implementatie van 'interprofessioneel samenwerken'. Op bewonersniveau worden een aantal indicatoren opgevolgd die door samenwerken beïnvloed zouden kunnen worden, bijvoorbeeld de valincidentie, de kwaliteit van leven, enz. Ook op woon- en zorgcentrum niveau wordt nagegaan welke invloed 'leren interprofessioneel samenwerken' kan hebben op bijvoorbeeld werkabsenteïsme, bijscholingen, enz. Met deze doctoraatstudie is het de bedoeling een beeld te krijgen over de invloed van 'leren interprofessioneel samenwerken' op de kwaliteit van zorg, uitgedrukt in een beperkt aantal uitkomstparameters en dit vergeleken met de bestaande zorg. Het kan helpen samenwerken, indien aangewezen, anders te organiseren en op te volgen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Voor- en nadelen en haalbaarheid van de invoering van 'pay for quality' programma's in België. 01/10/2008 - 30/09/2009

Abstract

In dit beleidsvoorbereidend project wordt een state of the art gezocht naar het begrip pay for quality in de geneeskunde. Er wordt een systemayisch literatuur onderzoek, een beschrijving van enkele landen en van Belgie gegeven.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Cervicalgie: diagnose en therapie. 01/08/2008 - 30/06/2009

Abstract

In deze studie wordt de eveidence based literatuur voor diagnose en behandeling voor acute en chronische nekpijn bestudeerd. Het doel is te komen tot een klinische en multidisciplinaire aanbeveling. De toepasbaarheid ervan in Belgie zal worden nagegaan.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Praktijktest in het kader van leerzorg. 13/05/2008 - 31/12/2008

Abstract

Dit project is een praktijktest voor het leerzorgkader; het wil een electronisch invulformulier ontwikkelen, op basis van de indicatorenlijst zoals ontwikkeld in de werkgroep indicatoren van leerzorg van het Vlaamse Ministerie van Onderwijs, om CLB's toe te laten leerlingen op een vlotte manier in de leerzorgmatrix in te schalen, zowel wat hun leerlingkenmerken betreft als één van de vijf zorgniveaus; en de validiteit en haalbaarheid ervan nagaan bij een steekproef van 8600 leerlingen kleuter-, basis- en secundair onderwijs. Het dossier leerzorg heeft tot doel de zorg voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften in het gewoon en buitengewoon basis- en secundair onderwijs te plaatsen binnen één gemeenschappelijk referentiekader. De leerzorgmatrix is een ordeningskader om de zorg in het onderwijs te structureren, te ordenen en te organiseren. Het vertrekt vanuit twee invalshoeken: leerzorgniveaus en clusters van specifieke onderwijs- en opvoedingsbehoeften.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Reflecting the positive diversities of European priorities for research and Measurement in end of life care. (PRISMA) 01/05/2008 - 30/04/2011

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Systematisch literatuuronderzoek ter voorbereiding van de consensusvergadering rond het doelmatig gebruik van geneesmiddelen bij hartfalen in de ambulante behandeling. 01/04/2008 - 27/11/2008

Abstract

Dit project is een systematisch literatuuronderzoek en -beoordeling om evidentie te vinden in de medische literatuur over de medicamenteuze behandeling van chronisch hartfalen in de ambulante sector. De onderzochte outcome variabelen zijn: cardiovasculaire en niet-cardiovasculaire mortaliteit, kwaliteit van leven en aantal ziekenhuisopnames. De onderzochte moleculen zijn: ACE-remmers, Beta-bolkkers, sartanen, spironolacton, diurectica, digitalis, EPO, nitraten en calciumantagonisten. De behandeling van hartfalen wordt specifiek bestudeerd voor de volgende drie patiëntengroepen: ouderen (+65 jr), diabetespatiënten en patiënten met nierinsufficiëntie. OOk wordt gekeken naar de neveneffecten van de verschillende moleculen

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Vergelijkende studie betreffende diabetes type 2. 15/12/2007 - 30/06/2009

Abstract

Evaluatie van een regionale complexe interventie voor diabetes type 2 op basis van bestaande gezondheidsgegevens. Dit project heeft als doel de kwaliteit van zorg voor patiënten met diabetes type 2 te verbeteren en op deze wijze bij te dragen tot een verbetering van de kwaliteit van leven in het algemeen belang van deze groep patiënten. Binnen dit project wordt de vergelijkende studie afwerkt, aangaande de Diabetesprojecten van Aalst en Leuven. In beide regio's werd een regionaal shared care programma ontwikkeld en geïmplementeerd. In deze studie worden de bekomen resultaten in de Diabetesprojecten van Aalst en Leuven vergeleken met deze van de controle-regio Sint-Niklaas en wordt ook ingegaan op het kosten-baten aspect van de diverse interventie-modaliteiten. Om deze evaluatie uit te voeren, wordt een regionale diabetesdatabank opgebouwd op basis van gegevens van de verzekeringsinstellingen enerzijds en klinische laboratoria anderzijds. Volgende onderzoeksvragen zullen worden beantwoord: - Worden de procesparameters inzake diabeteszorg beter opgevolgd in het kader van het Diabetesproject Leuven en het Diabetesproject Aalst in vergelijking met de aangeboden reguliere zorg? - Hebben de interventies in het kader van het Diabetesproject Leuven en het Diabetesproject Aalst een significant effect gehad op enkele primaire patiëntenuitkomsten (HbA1c, LDL-C) in vergelijking met de aangeboden reguliere zorg? - Wat is de kostprijs (directe medische kost) per diabetes type 2 patiënt in de controle en interventieregio's (groepen)? - Wat zijn de 'vermeden kosten' door toepassing van het Diabetesproject Leuven en het Diabetesproject Aalst in vergelijking met de kosten verbonden aan de reguliere zorgverlening?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Palliatieve zorg in België: evaluatie en internationale vergelijking. 01/10/2007 - 28/02/2009

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering. 01/10/2007 - 30/09/2008

Abstract

Algemene doelstellingen van dit project is aanbevelingen voor huisartsgeneeskundig handelen aan te bieden, waarvan kan verwacht worden dat zij door huisartsen worden gevolgd, tenzij deze praktijkrelevante redenen hebben om ervan af te wijken. Aanbevelingen worden stapsgewijs ontwikkeld: samenstelling auteursgroepen, formuleren van klinische vragen, opstellen van een ontwerptekst op basis van de verzamelde evidentie, toetsing door de commissie, externe experts en LOK-groepen. Er wordt jaarlijks tenminste één nieuwe aanbeveling opgestart en één andere definitief afgewerkt. Alle aanbevelingen worden regelmatig geactualiseerd en hernieuwd.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Huisartsgeneeskunde: motivatie om te kiezen voor of verlaten van het beroep. 19/09/2007 - 18/09/2008

Abstract

In dit onderwoek wordt bestudeerd wat de redenen zijn om voor het huisartsen vak te kiezen of het later te verlaten. Mogelijke beleidsmaatregelen worden aan stakeholders aangeboden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Systematisch literatuuronderzoek ter voorbereiding van de consensusvergadering rond het doelmatig gebruik van geneesmiddelen bij de behandeling van pijn in de ambulante zorg. 23/04/2007 - 22/11/2007

Abstract

Dit project is een systematisch literatuuronderzoek en -beoordeling om evidentie te vinden in de medische literatuur over medische interventies voor de symptomatische behandeling van pijn. De belangrijkste outcome variabelen zijn: effectiviteit, veleigheid,kosten-effectiviteit, verschillende galenische vormen, verschillende toedieningswijzen, duur van de effectiviteit, neveneffecten, associatie van medicatie, compliance. De analagetica die werden bestudeerd zijn: Paracetamol, Acetylsalicyl acid, Tramadol, Morfine, Methadone, Hydromorfone, Oxycodone, Fentanyl, Dextropropoxyfeen, Buprenorfine, Tilidine, Nefopam, transcutane application systems of narcotic analgetics, previously mentioned anti-epileptica (clonazepam, gabapentine, amantadine, carbamazepine, oxcarbazepine). Geëxcludeerd zijn: migraine en alle andere vormen van hoofdpijn, opgenomen patiënten, complexe regionale pijn syndroom (CRPS 1 en 2), angor, antidepressiva (tenzij geïndiceerd voor neuropatische pijn; tenzij bewezen effectiviteit voor andere indicaties), fibromyalgie, NSAID (tenzij in vergelijking met andere analgetica) , spasmolytica voor viscerale pijn behandeling, maligne pijn .

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Schrijven en verspreiden van aanbevelingen voor goede praktijkvoering. 15/02/2007 - 31/03/2011

Abstract

Algemene doelstellingen van dit project is aanbevelingen voor huisartsgeneeskundig handelen aan te bieden, waarvan kan verwacht worden dat zij door huisartsen worden gevolgd, tenzij deze praktijkrelevante redenen hebben om ervan af te wijken. Aanbevelingen worden stapsgewijs ontwikkeld: samenstelling auteursgroepen, formuleren van klinische vragen, opstellen van een ontwerptekst op basis van de verzamelde evidentie, toetsing door de commissie, externe experts en LOK-groepen. Er wordt jaarlijks tenminste één nieuwe aanbeveling opgestart en één andere definitief afgewerkt. Alle aanbevelingen worden regelmatig geactualiseerd en hernieuwd.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Patiëntgerichtheid bij medische studenten: determinanten en het effect van communicatieonderwijs en ziekenhuisstages. 01/01/2007 - 31/12/2008

Abstract

Ondanks de groeiende aandacht voor patiëntgerichtheid in de medische opleiding, toont recent onderzoek dat er nog steeds een daling is van deze competentie bij medische studenten door de jaren van hun opleiding heen. Dit onderzoek wil de determinanten van patiëntgerichtheid bij medische studenten beschrijven en het effect van communicatieonderwijs en hospitaalstages nagaan. Hiertoe wordt met een zelf ontworpen vragenlijst vergelijkend cohortonderzoek met voor- en nameting uitgevoerd. Longitudinaal en cross-sectioneel onderzoek bestudeert de evolutie van patiëntgerichtheid bij medische studenten. Focusgroepen en diepte-interviews zullen meer inzicht verschaffen in de innerlijke ontwikkeling van deze belangrijke competentie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Lage luchtweginfecties in de huisartspraktijk: kwalitatief onderzoek naar factoren die bijdragen tot variatie in antibioticagebruik en resistentie. 01/01/2007 - 31/12/2008

Abstract

Lage luchtweginfecties zijn een van de belangrijkste indicaties voor het voorschrijven van antibiotica in de eerste lijn met een aanzienlijke toename van antibioticaresistentie tot gevolg. Dit kwalitatief onderzoek gaat na welke factoren de variatie in het antibiotica gebruik in de huisartsenpraktijk in Utrecht en Antwerpen beïnvloeden. Met semi-gestructureerde interviews exploreren we de opvattingen over antibioticagebruik en resistentie bij zowel artsen als patiënten .

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het natuurlijk verloop van infecties met het humaan papillomavirus: rol van de humorale en cellulaire immuunrespons. 01/01/2007 - 31/12/2008

Abstract

Doel van dit onderzoek is om aan de hand van een follow-up studie vast te stellen hoe de klaring van HPV (humaan papillomavirus) infecties verloopt, met de nadruk op de humorale en cellulaire immuunrespons. Dit is van groot belang voor een beter inzicht in de epidemiologie van dit virus, dat een belangrijke rol speelt in de ontwikkeling van premaligne cervicale intraepitheliale neoplasie (CIN) en baarmoederhalskanker.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Kwaliteitsindicatoren in de huisartsgeneeskunde. 15/12/2006 - 15/12/2007

Abstract

De doelstelling van dit project is een basis te leveren voor de ontwikkeling van een kwaliteitssysteem van de huisartsgeneeskunde in België met betrekking tot de objectieven, organisatie en inhoud van het vak. Het gaat dus uiteindelijk om zowel organisatorische als klinische indicatoren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Herziening bestaande richtlijnen op medisch gebied (acute keelpijn, acute otitis media, acute cystitis, acute pyelonefritis). 01/03/2006 - 31/08/2006

Abstract

Dit project vertrekt van de volgende twee onderzoeksvragen: Is er nieuwe evidentie na de laatste literatuursearch over de verschillende onderwerpen ? Verandert deze nieuwe evidentie iets aan de eerder geformuleerde richtlijnen/aanbevelingen ¿ meer specifiek aan de geformuleerde sleutelboodschappen van deze aanbevelingen ? De literatuur wordt doorzocht in drie databanken: Medline, Embase en de Cochrane Library en dit vanaf 2000 tot op heden De geselecteerde artikels worden vervolgens beoordeeld op kwaliteit, met behulp van gestandardiseerde checklists. Van de weerhouden artikels worden evidentietabllen opgesteld. Tenslotte worden de sleutelboodschappen van de bestaande richtlijnen al dan niet herzien met behulp van GRADE, een instrument voor het formuleren van aanbevelingen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het opstarten van een regionaal consult-netwerk ten aanzien van inclusief onderwijs voor lagere scholen in de provincie Antwerpen. 01/10/2005 - 15/09/2008

Abstract

Om een gefundeerd antwoord te kunnen formuleren op hoe je het best ouders, begeleiders en leerkrachten kan ondersteunen in een inclusie-proces dienen volgende doelstellingen te worden onderscheiden: -Een totaal-inzicht krijgen op hoe er in de provincie Antwerpen gewerkt wordt rond inclusief onderwijs. -Voor het basisonderwijs in de provincie Antwerpen willen we komen tot een zo volledig mogelijke inventaris van vragen en noden bij ouders en leerkrachten. - Komen tot een optimaal ondersteunings- en begeleidingspakket voor ouders, begeleiders en leerkrachten binnen de provincie Antwerpen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Reinfectie-frequentie en klinische outcome bij asymptomatische vrouwen met Chlamydia trachomatis-infectie. 01/05/2005 - 31/12/2006

Abstract

In dit project wordt de reinfectie-frequentie en de klinische outcome van patienten die deelnemen aan opportunistische screening voor Chlamydia trachomatis bestudeerd. Hiervoor wordt een prospectieve cohort studie gevoerd in 30 huisartspraktijken in Antwerpen. Patienten bij wie door screening een asymptomatische CT infectie werd vastgesteld in 2001-2002, worden opgevolgd mbt recidieven en gynecologische en reproductieve outcome.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Longitudinale case studie "Leven met diabetes". Haalbaarheidsstudie naar het gebruik van multipele methoden van dataverzameling en analyse om inzicht te krijgen in de complexiteit van individuele zorgtrajecten van diabetespatiënten. 01/05/2005 - 31/12/2006

Abstract

De diagnose van diabetes betekent voor de patiënt een ingrijpende verandering in zijn levensstijl en vraagt een levenslange opvolging van de behandeling. Een goed diabetes management veronderstelt dat de professionele zorgverlener inzicht heeft in de attitudes en levensstijl van de patiënt en in de betekenis die de ziekte voor de patiënt heeft. Dit soort informatie is niet beschikbaar op basis van de klassieke populatiegerichte onderzoeksmethoden. Door longitudinale opvolging van de individuele patiënt proberen we in deze studie de patiënt in zijn sociale context en in de loop van de tijd beter te begrijpen. Tussen april en november 2005 zullen 6 tot 8 diabetespatiënten en hun omgeving intensief opgevolgd worden (interviews, dagboeken, gegevens uit het medisch dossier, contacten met zorgverleners). Met de studie willen we de haalbaarheid van dataverzameling m.b.v. multipele methoden nagegaan. Door gestructureerde vergelijkende casus analyse proberen we inzicht te krijgen in de complexiteit van individuele zorgtrajecten van diabetespatiënten.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Project Diabeteszorg. 01/05/2005 - 31/12/2005

Abstract

De studie heeft tot doel beleidsvoorstellen te formuleren voor een kwaliteitsvolle diabeteszorg en de organisatie ervan, rekening houdende met de ernst en met geassocieerde co-morbiditeit. In de internationale literatuur en bestaande guidelines wordt gezocht naar kwaliteitsindicatoren en randvoorwaarden voor een kwaliteitsvolle opsporing, behandeling en opvolging van de diabetespatiënt en tevens naar organisatiemodellen van optimale diabeteszorg. Alle relevante literatuur wordt samengebracht in 'evidence tables' , waarin een appreciatie van de kwaliteit wordt gegeven. De beleidsvoorstellen worden getoetst bij een groep van experts.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Systematisch literatuuronderzoek ter voorbereiding van de consensusvergadering rond osteoporose. 01/01/2005 - 30/04/2005

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Raamovereenkomst i.v.m. de gezondheid en het welzijn door de ontwikkeling van initiatieven op het vlak van informatie en preventie. Promotie van initiatieven m.b.t. het bevorderen van de samenwerking en de communicatie tussen de huisartsen en patiënten. 01/10/2004 - 30/09/2005

Abstract

Het project wil initiatieven ontwikkelen ter bevordering van de samenwerking en communicaties tussen huisartsen en patiënten, in het bijzonder door een internetgebaseerde toepassing. Daartoe zullen artikels of teksten ter beschikking gesteld worden die verband houden met gezondheidspreventie en die benevita wenst te publiceren. Daarnaast kunnen inhoudelijke dossiers m.b.t. gezondheid of welzijn alsook concepten die bijdragen tot de samenwerking van huisartsen en patienten worden ontwikkeld. Tot slot worden testomgevingen voor wetenschappelijk onderzoek georganiseerd.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Analyse van het verband tussen sociaal-economische status en het gebruik van spoedgevallendiensten en de relatie met de organisatie van de huisartsenwachtdiensten. 01/10/2004 - 15/05/2005

Abstract

De vraagstelling die in dit onderzoek aangekaart zal worden valt uiteen te rafelen in volgende drie algemene deelvragen: 1. Wat is de impact van het innen van (forfaitaire) bedragen bij het gebruik van spoedgevallendiensten, gedifferentieerd naar de verschillende socio-economische groepen. Wat is hieroever bekend uit de intemationale Ilteratuur en wat IS relevant voor België? Welke gegevens zijn In Belgle beschikbaar? 2. Op welke manier heeft het innen van eigen bijdrage van de zorgconsument een impact op de toegankelijkheid en het gebruik van de medische dienstverlening in het algemeen? Zijn deze inzichten ook eenvoudig toepasbaar voor spoedgevallenzorg?" 3. Welke organisatorische alternatieven bestaan er om de niet doelmatige instroom van patienten op spoedgevallendiensten op te vangen ? Garanderen deze altematieven kwaliteitsvolle zorg en waarborgen ze toegankelijkheid ?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Rationeel voorschrijven van antibiotica bij acute rhinosinusitis : evaluatie van de impact en kosten van implementatiestrategieën uitgaande van een multidisciplinaire evidence-based richtlijn. 01/07/2004 - 30/06/2005

Abstract

De doelstelling van dit project ligt in de lijn van de Commissie voor de Coordinatie van het Antibioticabeleid (BAPCOC, FOD Volksgezondheid), m.n. een doelmatig gebruik van antibiotica. Het voorgelegde project wordt ingediend door de twee Vlaamse universiteiten die zich hebben onderscheiden in het exploreren, beschrijven en optimaliseren van het voorschrijven van antibiotica voor luchtweginfecties in het kader van de alarmerend toenemende antimicrobiele resistentie. Zoals (uit de referenties) zal blijken, brachten we het huidige voorschrijfgedrag voor o.a. acute keelpijn, acute hoest en acute rhinosinusitis in kaart, liggen we aan de basis van de ontwikkeling van 'evidence based' richtlijnen 'voor goede medische praktijk', resp. 'voor het goed gebruik van antibiotica' voor deze aandoeningen, en vonden we aanwijzingen dat het implementeren van aanbevelingen in de huisartspraktijk door middel van onafhankelijke artsenbezoekers effectief kan zijn om 'antibiotica minder vaak en beter' te gebruiken in Vlaanderen. Ons eerder klinisch onderzoek werd ook moeilijk door sponsors zoals de farmaceutische industrie gesteund gezien onze vraagstelling niet direct een onmiddellijk commer- cieel of promotioneel karakter heeft. We laten ons bijstaan door Flora Haaijer-Ruskamp van de Universiteit van Groningen, die in dit domein reeds jaren onderzoek verricht.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Systematisch literatuuronderzoek uitgevoerd in het kader van de consensusvergadering over het gebruik van geneesmiddelen bij gecompliceerde hypertensie die zal gehouden worden op 6.5.2004. 01/12/2003 - 30/04/2004

Abstract

Als voorbereiding op de Belgische consensusvergadering over de klinische doeltreffendheid van medicatie bij gecompliceerde hypertensie (hypertensie bij diabetes type 2, cerebrovasculair lijden, hartziekte, chronische nierziekte) , wordt een literatuurstudie uitgevoerd naar klinische studies met als eindpunten de reductie van cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit, en reductie van nierfalen en morbiditeit tgv diabetes.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Luchtweginfecties in de huisartspraktijk : naar een evidence-based beleid. 01/10/2003 - 30/09/2006

Abstract

Voor talrijke problemen waarmee in de eerste lijn wordt geconsulteerd, ontbreekt harde evidentie om het beleid te onderbouwen. Daarenboven bestaat er een probleem om beleid gebaseerd op voorhanden onderzoeksbewijs te implementeren in de dagelijkse praktijk. Dit leidt in beide gevallen tot suboptimale patiëntenzorg en misbruik van de beschikbare middelen. Luchtweginfecties zijn hiervan een goed voorbeeld (Coenen S. Antibiotica voor hoesten in de huisartspraktijk [Proefschrift]. Universiteit Antwer- pen 2003). Voor lage luchtweginfectie (LLWI) ontbreekt eenduidige evidentie betreffende de effectiviteit van antibiotica. Bovendien laat het onderzoeksbewijs niet toe patiënten te identificeren die (geen) baat zouden hebben van een behandeling met een antibioticum. Voor middenoorontsteking met effusie (OME) bieden antibiotica een erg geringe winst. Aan de andere kant is er wel relevante onderbouwing van de algemene effectiviteit van heelkunde bij OME. In dit verband echter is er een zwakke selectiviteit gedocumenteerd bij de verwijzingen van huisartsen naar neus-, keel-, oor-specialisten (NKOs). Het huidige onderzoeksproject wil bijdragen aan de ontwikkeling van interventies om de voorspellende waarde van OM verwijzingen te verhogen en om pragmatische keuzes in verband met het gebruik van antibiotica voor alle patiënten met LLWIs en voor belangrijke klinische subgroepen patiënten met LLWIs te bevorderen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Project met betrekking tot zorgverlening van type 2 diabetespatiënten gecoördineerd door huisartsen 01/07/2003 - 30/06/2007

Abstract

Dit project heeft tot doel na te gaan of via een model van `shared care' gecoördineerd door huisartsen de zorg voor diabetespatiënten significant kan verbeteren. Tevens wordt onderzocht welke maatregelen nodig en effectief zijn en wordt beschreven welke kosten hiermee gepaard gaan. Er wordt een specifieke gecoördineerde 1e-lijnsequipe ontwikkeld, met diëtisten, podologen en de diabeteseducator als steunfiguur voor de huisarts. Een shared care programma wordt opgezet, op basis van een multidisciplinair zorgprotocol en gedefinieerde taakverdelingen en verantwoordelijkheden. Dit 1e- lijnsequipe toelaten de efficiëntie van het zorgproces te optimaliseren. Centraal staat de empowerment van de patiënt vanuit de 1e-lijnsequipe, waarbij de diabetespas een bruikbaar instrument kan zijn. Uiteraard gebeurt dit project ook in samenwerking en overleg met de 2e en 3e lijn.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Interventions for improving adherence to treatment recommendations in people with type 2 diabetes mellitus. 01/01/2003 - 31/12/2003

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Hoe zien huisartsen de rol van een palliatief dagcentrum binnen het geheel van de gezondheidsvoorzieningen (voor palliatieve patiënten) ? 01/01/2003 - 31/12/2003

Abstract

Vanuit het idee ongeneeslijke zieken zolang mogelijk thuis te kunnen blijven houden, worden in een experimentele fase dagcentra voor palliatieve patiënten opgericht. Ze kunnen er terecht voor tijdelijke opvang en ondersteuning, terwijl de familie de kans krijgt zijn draagkracht te vergroten. De dagcentra bieden patiënt en familie fysieke, psychosociale en spirituele ondersteuning, met als uiteindelijke doelstelling dat de ongeneeslijke zieke zijn kwaliteit van leven kan behouden. Een tijdelijke opvang geeft patiënt en familie tegelijk de gelegenheid om de draagkracht te vergroten. Het dagcentrum is tegelijk een centrale plaats waar andere ongeneeslijke zieken elkaar kunnen ontmoeten en waar ervaringen kunnen worden uitgewisseld. Tot op heden maakten weinig patiënten gebruik van dit aanbod. Het vermoeden bestaat dat huisartsen het bestaan van dit opvangcentrum niet kennen. In een explorerend beschrijvend onderzoek wordt via een postenquête nagegaan welke visie de huisarts heeft op een palliatief dagcentrum.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Effectiviteit van een griepvaccinatie voor huisartsen. Besmettelijkheid van een huisarts tijdens de griepperiode.(Futuraprijs) 01/12/2001 - 31/10/2003

Abstract

Men neemt aan dat gezondheidspersoneel en huisartsen voldoende voorzorgen nemen om overdracht van infectie te voorkomen. Een mogelijke bescherming mag men verwachten van een vaccinatie tegen influenza. Met dit onderzoek willen we nagaan of een vaccin huisartsen beschermt tegen symptomen en verwikkelingen van griep. Daarnaast wrdt bestudeerd of vaccinatie van de artsen ook zijn/haar patiënten beschermt. In een pilootstudie wordt aan 30 niet gevaccineerde huisartsen gevraagd om bij zichzelf culturen afnemen uit neus en keel op vaste tijdstippen na contact met een patiënt met (vermoeden) van griep. Zij nemen ook culturen bij zichzelf af wanneer ze zelf koorts hebben boven 38°C tesamen met hoestklachten. Aan de hand hiervan willen we achterhalen of huisartsen virussen dragen thv neus en keel en wanneer precies de viruscultuur positief wordt. In een volgende fase willen we een vergelijkende studie maken van het dragerschap van 60 gevaccineerde artsen ten opzichte van 60 niet gevaccineerde artsen. Tevens zal worden nagegaan welke factoren een invloed hebben op de virusafscheiding en of het vaccin deze huisartsen beter beschermt tegen griep.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject