Informatica aan de universiteit of de hogeschool?

De academische bachelor legt een stevig fundament van algemene, theoretische kennis over informatica. Hij bereidt je voor om door te stromen naar een masteropleiding waarin je je verder specialiseert in een discipline naar keuze. De professionele bachelor daarentegen is eerder gericht op het onmiddellijk instromen in de arbeidsmarkt. Is het jouw doel om na de bachelor door te stromen naar een academische masteropleiding om je te specialiseren? Dan is de academische bachelor de beste voorbereiding. Wil je na de bachelor onmiddellijk aan de slag? Kies dan voor de professionele bachelor. Na een professionele bachelor kan je enkel instromen in de academische master na het volgen van een bijkomende verkorte bachelor van zo'n 90 studiepunten.

 

Tijdens de academische bachelor krijg of leer je onder andere: 

  • Een stevige wiskundige basis. Dit is nodig voor het begrijpen van de in de informatica gangbare wetenschappelijke technieken en methodes. (30 studiepunten van de 180 in de bachelor zijn zuivere wiskunde)
  • Formeel denken en abstraherend vermogen zijn nodig om formele redeneringen en argumentaties mogelijk te maken.
  • Wetenschappelijk verwerken van data om ze op een correcte manier te interpreteren en er de nodige conclusies aan te verbinden.
  • Opvolgen technologische ontwikkelingen d.m.v. vakliteratuur (in hoofdzaak in het Engels) om op de hoogte te blijven van recente ontwikkelingen. Dit vereist een denkkader waarin de samenhang tussen de verschillende deelgebieden in de informatica wordt gevat.
  • Een goede wetenschappelijke basis. Naast een gedegen kennis van de fundamentele begrippen, methodes en deelgebieden van de informatica krijg je ook zicht op andere wetenschappelijke disciplines (o.a. wiskunde, natuurkunde, economie) met hun gangbare wetenschappelijke technieken, methodes en beperkingen.
  • Autonoom en creatief functioneren. Door zijn brede basisvorming is een bachelor in staat een complexe opdracht in deeltaken op te delen, elk van die deeltaken afzonderlijk uit te voeren en toch het groter geheel niet uit het oog te verliezen. Bovendien is een bachelor in staat tot zelfreflectie, zodat gelijkaardige opdrachten in het vervolg beter zullen worden uitgevoerd.