Stage

Bachelorproef en -stage

In het derde jaar van je bachelor onderzoek je tijdens een korte stage in een onderzoeksgroep van de universiteit een geavanceerd technisch-wetenschappelijk probleem. Je doet een literatuurstudie, verzorgt de praktische uitvoering en schrijft de bachelorproef.

Stage in je masterjaar

Tijdens je stage zet je de theorie zelf om in de praktijk. Je doet praktische ervaring en soft skills op in het werkveld of in een onderzoeksgroep, die je nodig hebt om na je opleiding aan de slag te gaan als industrieel ingenieur. 

Je loopt stage in je masterjaar tijdens het academiejaar. Die stage kan duren van enkele dagen tot een paar weken, afhankelijk van je masterproefonderwerp en hoeveel tijd je nodig hebt om dit uit te werken. 

Masterproef

Op je stageplek ga je een probleem oplossen. Daarover schrijf je je masterproef. De masterproef heeft tot doel dat je zelfstandig, onder begeleiding van een promotor, op het niveau van een beginnend ingenieur een complex ingenieursprobleem op wetenschappelijke manier kan uitdiepen en het verworven inzicht in een tekst kan neerschrijven. 

Na je stage schrijf je drie maanden aan je masterproef. Tot slot vindt een presentatie en verdediging van de masterproef plaats.

Waar stage doen?

Je stage kan je uitvoeren in een bedrijf, binnen een onderzoeksgroep van de universiteit, een andere universiteit of een onderzoekscentrum. Deze stageplaats wordt gekozen in functie van je masterproefonderwerp. De opleiding voorziet een lijst met stageplaatsen, maar je kan ook zelf een bedrijf suggereren.