Het onderwijsproject voorbereiden en uitvoeren

Wat?

Tijdens het onderwijsproject krijg je de kans om eigen accenten te leggen in je opleiding en je als individu en leerkracht in spe te profileren op de arbeidsmarkt. Je voert op klas-, school- of organisatieniveau vakoverschrijdende, vakgebonden of opdrachten uit met een focus op samenwerking, communicatie en innovatie. Je past de verworven vakdidactische en onderwijskundige kennis en vaardigheden, uit de algemeen onderwijskundige vakken, de vakdidactiek en oefenlessen, de groeistages toe in een specifieke context. Je kan stage lopen in een school (formele onderwijssetting), of in een organisatie of bedrijf (formele educatieve setting).

Wanneer?

Het onderwijsproject wordt altijd geprogrammeerd tijdens het laatste semester van de educatieve master, ongeacht het aantal studiepunten van de opleiding of de afstudeerrichting. In de praktijk is het mogelijk dat je al vroeger start met het onderwijsproject (cf. voorbereidend werk, verkennend overleg e.d.), zodat het project in realiteit over een langere periode wordt uitgevoerd.

Lees aandachtig de studiewijzer die je terugvindt via het studentenportaal / Blackboard.

Bereid je stage en de bijhorende taken/opdrachten goed voor en plan in detail wat je zal doen voor, tijdens en na:

  • voor:

Voer activiteiten uit die tegelijkertijd nuttig zijn voor de school of organisatie en leerrijk zijn voor jezelf. Formuleer dus vooraf je eigen leerpunten: wat wil ik concreet leren? Welke competenties wil ik verwerven? Deze competenties bundel je in een persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) dat je opneemt in je stageportfolio (meer informatie hierover vind je op Blackboard – cursus onderwijsproject).

Bespreek vooraf met de betrokkenen wat het doel is van de stage en anticipeer op wat eventueel tot irritatie of verwarring kan leiden. Je mag uiteraard op een gepaste manier vragen om goed geïnformeerd te worden.

Onderneem actie! Jaarlijks zijn er studenten die te lang wachten op een antwoord (vaak een e-mail) van hun contactpersoon. Achteraf is men dan teleurgesteld dat men niet eerder heeft aangedrongen of actie ondernomen. Telefoneer naar de begeleider of ga ter plaatse.

  • tijdens:

Ga op een projectmatige manier te werk. Definieer duidelijke tussenstappen en stuur bij waar nodig. Zet in op acties die aansluiten bij je POP.

  • na:

Toets je inzichten en bevindingen 1) in de mate van het mogelijke aan wetenschappelijke literatuur, 2) bij andere actoren en 3) doe aan zelfevaluatie. Informeer de betrokkenen over je bevindingen en vergeet niet te bedanken wie je geholpen heeft.