'Ik sprak al snel 20 decibel minder luid!'

Wat heeft je overtuigd om te komen studeren aan de Universiteit Antwerpen?

Toch wel ‘het Antwerps gezicht’ zoals onze decaan het verwoordt: onderwijs in kleine groepen en een klein aantal studenten in de opleiding. In mijn jaar zijn er 100 studenten waardoor je iedereen kent. Het valt me ook op dat iedereen goed met elkaar overweg kan. Dat is heel leuk! De Universiteit Antwerpen verwelkomde ons, Nederlanders, heel hartelijk. Ik voelde me gelijk op mijn plek hier!

Wat vind je van de manier waarop er aan onze universiteit les gegeven wordt?

Ik vind het niet per se beter dan in Nederland. In Nederland is alles meer praktijkgericht. Hier krijg je een sterke theoretische basis vooraleer je met de praktijk aan de slag gaat. Ik vind het goed dat er een sterke focus ligt op parate kennis, maar ik besef nu ook de meerwaarde van stages en praktijklessen tijdens de eerste jaren van de opleiding. Daar moet nog een betere balans in gevonden worden, denk ik.

Wat viel je vooral op tijdens je eerste jaar?

Toen ik net begon te studeren, viel het me op dat professoren vaak vroegen of er ook Nederlanders in de zaal waren… Dat was wel vreemd! Wat zeker opvalt, is dat je als Nederlander tussen al die stille Belgen al na twee weken zeker 20 decibel minder luid spreekt. Ik denk ook dat wij meer open en rechtuit communiceren dan Belgen. Als je bijvoorbeeld iets niet goed doet, hoor je dat eerder van iemand anders dan van de persoon in kwestie. Dat is echt wel opvallend: Nederland en België zijn buurlanden! Toch leer je er veel uit en het is zeker een verrijking als je ermee kan om gaan.

En dan zijn er nog de verschillen in de taal! Een voorbeeldje: Frikandellen noemen ze hier curryworsten, frikandellenbroodjes zijn hier worstenbroodjes… Soms behoorlijk verwarrende boel als je hier net aangekomen bent.

Heb je soms heimwee naar Nederland?

Nee, niet echt. Al heb ik af en toe wel heimwee naar de Nederlandse cultuur. Onze open, makkelijke en eerlijke communicatie vind ik heerlijk. Dat probeer ik hier ook zoveel mogelijk te doen, maar je moet er toch voorzichtig mee zijn. Toch voel ik me hier, ondanks de verschillen, écht thuis. Ik ga ook bijna nooit meer naar huis. Dus nee, ik mis Nederland niet echt.

Vond je het in het begin gemakkelijk om contact te leggen met Belgen?

Tijdens de introdagen, die trouwens helemaal anders zijn dan in Nederland waar je gewoon dagen na elkaar gaat feesten, maak je uitstapjes naar de dierentuin bijvoorbeeld of speel je verschillende spelletjes. Het was wel een leuke manier om contacten te leggen. De dagen en weken nadien herken je in de klas onmiddellijk de studenten die er ook bij waren.

Heb je ondertussen meer Belgische dan Nederlandse vrienden? Of heb je dat in balans gehouden?

(Marloes moet lachen.) Nee, ik heb overduidelijk meer Belgische vrienden. Ik was ook helemaal klaar met het middelbaar in Nederland. Met die mensen heb ik absoluut geen contact meer. Ik startte met een nieuwe lei en heb nu een nieuwe vriendengroep waarbij ik me goed voel.

Belgen zijn ook superbeleefd en zullen je niet makkelijk buiten sluiten. Dat vind ik ook heel positief!

Je zit ook in de Studentenraad. Hoe ben je daarin beland?

In het eerste jaar werd er gevraagd wie jaarverantwoordelijke voor geneeskunde wilde zijn. Ik wilde mezelf toen ook wat uitdagen en heb me kandidaat gesteld. Ik werd verkozen tot jaarverantwoordelijke en zat daardoor automatisch in SOGA (StudentenOverleg Geneeskunde Antwerpen). Dit is een groepering van vrijwillige studenten die zich inzet voor optimaal onderwijs aan de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen. Via dat overlegorgaan ben ik bij de Commissie Internationalisering terechtgekomen. Daarna ben ik in de Onderwijscommissie gerold en vanaf toen was er geen houden meer aan! Ik heb me verkiesbaar gesteld voor de Studentenraad en ben er toen helemaal voor gegaan. Ik werd verkozen en vind het nog altijd één van de beste beslissingen die ik ooit heb genomen. In de Studentenraad hebt je écht een stem in belangrijke aangelegenheden. De Studentenraad wordt dikwijls om advies gevraagd en daarmee wordt dan ook écht rekening gehouden. Ik vind het ongelooflijk fijn om de meningen van studenten uit te dragen en te fungeren als een soort communicatiebrug.