Bio-ingenieurs­wetenschappen

Had je minimaal 6 uur wiskunde in het secundair? Dan ben je goed voorbereid. Maar ook met minder wiskunde kun je het halen, als je maar gemotiveerd bent en goed je best doet Je kan tijdens het jaar bovendien bij het monitoraat terecht voor bijlessen.

De starttoets test je kennis en vaardigheden van wiskunde. Zo weet je dus meteen waar je staat en of je nog moet bijspijkeren. 

Aan UAntwerpen studeer je in kleine groepen, waardoor je je snel thuis voelt en vlot contact hebt met je medestudenten en docenten. De bacheloropleiding geeft je een sterke basis, waardoor je probleemloos door kan stromen naar een masteropleiding in bio-ingenieurswetenschappen, ook in andere Vlaamse steden. Wist je trouwens dat UAntwerpen als enige de Master of Bioscience Engineering: Sustainable Urban Bioscience Engineering aanbiedt? 

Als bio-ingenieur kan je verschillende kanten uit. Door de brede opleiding is het aanbod aan jobs ook ruim. Een greep uit de mogelijkheden: onderzoeker, project- of productiemanager, adviseur, beleidsmedewerker, technisch expert … Met andere woorden: met een diploma in de bio-ingenieurswetenschappen ligt de wereld aan jouw voeten.

Bio-ingenieurs hebben veel les. Ongeveer de helft van de lessen zijn practica en oefeningen. Je bent dan actief bezig met de leerstof. Op deze manier heb je de theorie meteen in actie gezien.

Ja, je moet verplicht deelnemen aan de starttoets. De starttoets test je kennis (en vaardigheden) van wiskunde en wetenschappen. Je ontdekt waar je staat en welke gaten in je voorkennis je nog moet wegwerken. Als je onvoldoende scoort op een starttoets mag je je nog altijd inschrijven voor de opleiding. De starttoets is met andere woorden niet bindend. Wel moet je wanneer je niet slaagt voor de starttoets verplichte remediëring volgen. Wist je dat Universiteit Antwerpen verschillende voorbereidingscursussen en zelfstudiepakketten aanbiedt?