Gierzwaluw gebruikt luchtstromen om insecten te vinden

Onderzoeker en vogelliefhebber Lyndon Kearsley onderzocht de vliegpatronen van de gierzwaluw, die gek genoeg 24/7 in de lucht blijft en zo ook zijn eten vangt. Op zaterdag 21 januari kreeg Kearsley de Ornithologieprijs van de Universiteit Antwerpen.

Gierzwaluwen zijn bijzondere vogels die het grootste deel van hun leven hoog in de lucht blijven. Ze komen zelfs niet aan de grond om uit te rusten, enkel voor een vrij korte periode om te broeden. Ze vangen hun voedsel, dat enkel uit insecten bestaat, dus al vliegend.

Tropische weerfronten

Omdat ze zo afhankelijk zijn van die insecten, zijn gierzwaluwen langeafstandstrekvogels die overwinteren in Afrika. Kearsley’s onderzoek toont aan hoe de vogels over honderden en zelfs duizenden kilometers afstand de beste voedselgebieden kunnen vinden, door het volgen van tropische weerfronten. Ze gebruiken de luchtstromen om zich te oriënteren en voedsel te vinden, zo blijkt.


                         De gierzwaluw vliegt duizenden kilometers om de beste voedselgebieden te vinden.


Al tien jaar volgt Kearsley vale gierzwaluwen die nesten in een zeegrot aan de kust van Portugal, in het nationaal park Arrábida. Samen met andere onderzoekers ontdekte hij dat de kleine insecteneters in het najaar in het West-Afrikaanse Sahel-gebied verblijven en dan tijdens de winterperiode afzakken naar verschillende gebieden aan de zuidkust van West-Afrika.

Waar de insecten vliegen 

“We rustten zes vogels uit met miniatuur GPS-loggers”, vertelt Kearsley. “Vijf van hen konden we een jaar later hervangen om hun gegevens uit te lezen. Met die data reconstrueerden we hun dagelijkse vliegpatronen over de hele trekperiode. Zo vonden we dat de vogels zich oriënteren op twee erg grote weerfronten: eerst de ‘Inter-Tropical Convergence Zone’ (ITCZ) in de Sahel, daarna vliegen ze via een zeebriesfront langs de kust. Die frontzones zijn overgangszones tussen verschillende soorten lucht en zijn rijk aan vliegende insecten.”


                                        Kearsley rustte zes vogels uit met miniatuur GPS-loggers.


Kearsley’s studie concludeert dat zulke trekkende gierzwaluwen dus niet alleen gevoelig zijn aan verandering in de vegetatie in de streken die ze aandoen, maar ook aan de weersystemen op zich. Hij ontving op 21 januari 2023 voor dit onderzoek de Ornithologieprijs van de Universiteit Antwerpen. Die wordt tweejaarlijks uitgereikt voor verdienstelijk veldonderzoek naar vogels.


                                                                                Lyndon Kearsley.


De prijs, goed voor 2500 euro, draagt de naam van Wim Dings (1927-2012) en wordt sinds 2015 uitgereikt. Wim Dings was een enthousiast veldornitholoog en actief lid van vereniging 'De Wielewaal', nu deel van Natuurpunt.