Kerncompetenties voor de educatieve master erfgoed

Domeinspecifieke component

1. De master zet zelfreflectie en ethisch bewustzijn in als middelen om zijn handelen, functioneren en ontwikkeling in lijn te houden met de evoluties in de wetenschap en het werkveld. Hij heeft de attitude/zelfsturing ontwikkeld om levenslang en levensbreed te blijven leren.

2. De master functioneert in een veilig, duurzaam, multicultureel, internationaal en interdisciplinair (projectmatig) samenwerkingsverband en weet de bijdrage van verschillende disciplines en medewerkers te integreren tot het beste omvattende concept voor het erfgoed, rekening houdend met de vigerende omstandigheden en regelgeving.

3. De master identificeert samen met de diverse stakeholders, de domeinspecifieke erfgoedwaarden. Hij steunt daarbij op kritische inzichten in de geschiedenis, de actuele opvattingen over erfgoedzorg en de eigen reflectie met het oog op het doorgeven van betekenissen naar de toekomst.

4. De master documenteert, analyseert en onderzoekt aspecten van, plannen of concepten voor erfgoed. Hij steunt daarvoor op de beschikbare bronnen, hulpwetenschappen en methoden. Hij/zij formuleert heldere onderzoeksvragen en gebruikt de geëigende methodologieën en de gepaste technieken in functie van het onderzoek. Hij/zij kan de onderzoeksresultaten interpreteren en integreren tot een wetenschappelijk, overzichtelijk en gestructureerd geheel.

5. De master ontwikkelt nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden (i.s.m. het werkveld) en levert daarmee een effectieve zinvolle bijdrage aan het wetenschappelijke erfgoedonderzoek of de -praktijk.

6. De master ontwerpt realistische, duurzame en adequate concepten voor het erfgoed in zijn gehele contextuele complexiteit. De concepten zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en in lijn met de geïdentificeerde erfgoedwaarden. Hij/zij evalueert en beargumenteert de voorgestelde erfgoedconcepten kritisch.

7. De master communiceert en adviseert helder en wetenschappelijk over erfgoed. Hij/zij houdt rekening met de huidige en toekomstige belangen van de diverse stakeholders en het doelpubliek.

8. De master ontsluit erfgoed aangepast aan het doelpubliek en met respect voor de gemeenschappelijke culturele erfenis. Hij/zij draagt aldus bij tot het bewustzijn, de publieke kennis en de beleving van erfgoed.

9. De master organiseert, beheert en coördineert een duurzame, (inter)nationale en interdisciplinaire samenwerking m.b.t. de gemeenschappelijke (inter)culturele nalatenschap.

10. De master bezit een gedegen kennis van en inzicht in de technieken en methoden van onderzoek, beheer, conservatie en ontsluiting m.b.t. erfgoed en weet wanneer en hoe ze worden toegepast. Hij/zij beschikt over geavanceerde/innovatieve kennis over twee keuzedomeinen: conservatie, beheer of ontsluiting.

Lerarencomponent

Referentiekader

11. De educatieve master beheerst gespecialiseerde theoretische en praktische kennis, vaardigheden en attitudes die de basiscompetenties voor leraren zoals geformuleerd in het ‘Besluit van de Vlaamse Regering van 8 juni 2018 betreffende de basiscompetenties van de leraren’ ondersteunt, zowel op algemeen pedagogisch als op (vak)didactisch vlak.

12. De educatieve master heeft een diepgaande vakinhoudelijke kennis zoals geëxpliciteerd in de leerresultaten van de domeinspecifieke component.

13. De educatieve master kan de onderwijskundige, (vak)didactische en domeinspecifieke kennis zelfstandig uitbreiden, actualiseren, verbreden, verdiepen en verbinden met actuele maatschappelijke thema’s en ontwikkelingen. Hij/zij kan deze kennis zelfstandig en geïntegreerd toepassen en deze inzetten om voor lerenden uitdagende leeromgevingen te creëren. Hij/zij kan op basis van de verworven competenties eigen nieuwe ideeën voor de onderwijspraktijk ontwikkelen en aan de realiteit toetsen.

Klasniveau

14. De educatieve master kan de beginsituatie van een leergroep en individuele lerenden en hun specifieke onderwijsbehoeften in kaart brengen. Hij/zij kan een leeromgeving creëren die in al haar didactische componenten (leerdoelen, leerinhouden, leermaterialen, werk- en groeperingsvormen, evaluatie en feedback) aansluit bij die beginsituatie, inclusief is en responsief ten aanzien van de diversiteit in de leergroep.

15. De educatieve master beschikt over klasmanagementvaardigheden om een positief leer- en leefklimaat te creëren. Hij/zij kan door doelgerichte activiteiten en formele en informele interacties de brede persoonlijke, intellectuele en maatschappelijke ontplooiing van leerlingen ondersteunen.

16. De educatieve master kan omgaan met diversiteit en met de context van een grootstedelijke omgeving.

17. De educatieve master kan de organisatie van onderwijs- en leeractiviteiten op korte en lange termijn plannen, met het oog op het creëren van een gestructureerde, efficiënte, veilige en stimulerende leeromgeving, gesteund op wetenschappelijke evidentie.

Samenwerking met partners

18. De educatieve master kan communiceren met ouders of verzorgers met diverse achtergronden in diverse talige situaties met het oog op informatie-uitwisseling, het stimuleren van de betrokkenheid en participatie en het samen ontwikkelen van constructieve oplossingen om het leren van de lerenden te ondersteunen en te stimuleren.

19. De educatieve master kan constructief samenwerken met externe partners met het oog op het verrijken van het onderwijs- en vormingsaanbod en het faciliteren van de doorstroming tussen onderwijsniveaus en naar de arbeidsmarkt.

Onderzoekende houding

20. De educatieve master kan zelfstandig het beschikbare (inter)nationale wetenschappelijk onderzoek in het domein van het leraarschap in het algemeen en zijn discipline in het bijzonder ontsluiten, kritisch-reflectief benaderen en de inzichten toepassen in de eigen klas- en schoolcontext.

21. De educatieve master kent de mogelijkheden en grenzen van verschillende theoretische paradigma’s in onderwijskundig, (vak)didactisch en vakinhoudelijk onderzoek.

22. De educatieve master gaat, gesteund op wetenschappelijk evidentie, kritisch-reflectief om met informatie, onderwijspraktijken, methodieken en leermiddelen. Hij/zij is zich bewust van lacunes in de empirische evidentie voor het gepast invullen van het leraarschap.

23. De educatieve master kan een volledige onderzoekscyclus doorlopen over een onderwijsrelevant onderwerp waarbij hij/zij op grond van theoretische en praktijkgerichte inzichten een bijdrage kan leveren aan ontwikkelingen in onderwijs.

24. De educatieve master kan op basis van een actieve en onderzoekende houding voor beroepsvernieuwing bijdragen aan schoolbeleid en schoolontwikkeling.

25. De educatieve master kan door onderzoekend leren en kritische zelfevaluatie zijn functioneren als leraar bijsturen en op deze manier richting en innovatie geven aan zijn professionele praktijk en ontwikkeling.

School en maatschappij

26. De educatieve master heeft inzicht in organisatieprincipes van scholen en van goed schoolbeleid.

27. De educatieve master kan in een schoolteam constructief samenwerken met collega’s. Hij/zij kan initiatief nemen tot, deelnemen aan en leiding geven aan disciplinair en interdisciplinair teamoverleg en aan klasoverschrijdende activiteiten.

28. De educatieve master kan over onderwijskundige thema’s, het lerarenberoep, en zelf ontwikkelde oplossingen voor de onderwijspraktijk communiceren met collega’s en andere stakeholders in het onderwijs en als professional deelnemen aan het maatschappelijk debat.