Van paniek tot de antieke bokkengod Pan: mythisch denken in 2010

Etymologisch gezien houdt het woord “pan-iek” verband met de Griekse god Pan: de god met het onderlijf en de horens van een geit, de god van het woud, het vee en het dierlijk instinct, de patroon van herders en kudden. Als mensen bang werden van mysterieuze geluiden in het woud of op afgelegen plekken, beschouwden ze dit als zijn werk.
Pan leefde in “Arcadia”, een idyllische plek van de Griekse verbeelding die synoniem stond voor een onverstoord en vredig landschap. Maar aan Arcadia zit ook een schaduwzijde, zo waarschuwt Simon Schama in zijn werk Landschap en herinnering (1998). De plek waar Pan zo vaak werd gesitueerd was immers ook primitief, zelfs 'beestig'. Dit inzicht is typisch voor de manier waarop de Griekse mythen gedomesticeerd zijn en dienstbaar gemaakt aan het westers denken. Als kinderen van de logos wilden we immers weg van de gruwelijke verhalen over incest en vadermoord waar de mythos over sprak.
In zijn voordracht gaat Freddy Decreus van een tegenovergesteld standpunt uit. Hij stelt dat we nog steeds in ruime mate gekenmerkt worden door mythisch denken, als een aspect dat wezenlijk onze menselijke natuur uitmaakt, en hij neemt de god Pan als voorbeeld.

Freddy Decreus

Freddy Decreus is een klassiek filoloog, gespecialiseerd in de receptie van de klassieke oudheid in de 19e en 20e eeuw. Zijn doctoraal proefschrift handelde over de toepassing van het structuralisme en semiotiek op de gedichten van Catullus (1985). Hij is verbonden aan de Universiteit Gent, waar hij cursussen doceert over Latijnse literatuur, Literaire theorie, Vergelijkende Literatuurwetenschap en Theatergeschiedenis. Hij is ook verantwoordelijk voor de lerarenvorming bij de klassieke filologen. Zijn publicaties handelen de laatste jaren vooral over mythologie en de Griekse tragedie op de hedendaagse scène. Hij geeft tevens les over deze Griekse tragedie tijdens de Summer Schools van Epidauros, Delphi en Paphos.