Vaak wordt bij het werken met screencasts gestart vanuit de technische kant (welke software kan ik gebruiken? welke ICT tools zijn er voorhanden?). Echter, de belangrijkste leidraad bij het werken met screencasts, is dat de didactische puzzel moet kloppen. Dit betekent dat u eerst en vooral nagaat wat de plaats van de screencast is binnen uw leeromgeving. De volgende vragen kunnen u hierbij ondersteunen:

Doel?

Welk doel moet de screencast dienen? Is een screencast dan het meest geschikte (leer)middel? Aan welke competenties of leerdoelen bouwt de screencast mee? Is ze voldoende ingebed in uw opleidingsonderdeel? Wat is de relatie tussen de screencast en de andere leermiddelen, werkvormen en contactmomenten uit de leeromgeving?

Functie?

Welke functie heeft de screencast? Gaat u basiskennis, verdiepende materie of randinformatie aanbieden? Gaat u de screencast gebruiken om de leerinhoud vanuit een andere invalshoek te belichten? Geeft de screencast organisatorische informatie (bv. over een opleidingsonderdeel of opdracht)? Gebruikt u de screencast als opstap voor een contactmoment (het zogenaamd flipped classroom-systeem, zie ECHO-tip 2015: Flipped classroom)? Of, probeert u met de screencast de studenten te motiveren voor het opleidingsonderdeel? Heeft de screencast een ondersteunende functie bij een zelfstudieopdracht?

Doelgroep?

Voor welke doelgroep wordt de screencast gebruikt? Gaat u in de screencast inspelen op de (diverse) voorkennis van de studenten? Is de screencast afgestemd op de mate waarin de studenten in staat zijn om informatie te verwerken? Kunt u in de screencast inspelen op zaken die uw studenten interesseren of motiveren, of op elementen die relevant zijn in de verdere opleiding of het werkveld?

Interactief?

Is het voldoende dat de screencast informatie overbrengt (met het risico dat de student die informatie eerder passief verwerkt)? Of, moet de kijker eerder (inter)actief met de screencast omgaan? In het laatste geval, kunt u een opdracht aan de screencast koppelen. Deze kan in de screencast zelf opgenomen zijn of via andere kanalen gecommuniceerd worden. Het doel van de screencast dat u initieel bepaald hebt, bepaalt de opdrachtvariant. Zo kunt u de studenten richtvragen meegeven die ze moeten beantwoorden door het bekijken van de screencast. Of, kunt u een (formatieve) toets voorzien na het bekijken van de screencast. Ook is het mogelijk om een one-minute paper aan de screencast te koppelen (zie ECHO-tip 2015: De one minute paper). Daarnaast kan de screencast dienen als ondersteuning bij het oplossen van een casus. Sommige opnamesystemen zijn hiervoor uitgerust (bv. Camtasia). Hierbij kunt u instellen dat de screencast pas verder loopt als studenten het juiste antwoord op een opdracht gegeven hebben.

Opvolging?
Wat betreft de inbedding van de screencast in de leeromgeving, is het belangrijk om stil te staan bij een mogelijke (of zelfs noodzakelijke) opvolging van de screencast. Volgt er een nabespreking bij de screencast? Zitten de studenten nog met vragen na het bekijken van de screencast?  Hoe zal (collectieve) feedback op de (opdracht bij de) screencast georganiseerd worden?

Variatie?

Zorg voor voldoende variatie in werkvormen: probeer af te wisselen in de format van de screencasts. Wissel af tussen de ‘pure screencast‘ (zie voorbeeld) en de ‘talking head’ (zie voorbeeld), maar denk ook eens aan andere soorten presentaties, zoals interviews, demonstraties of discussies. Maak eventueel gebruik van een meer geanimeerde screencast zoals videoscribe. Sommige screencastsystemen (zoals Camtasia) laten het zelfs toe om te experimenteren met een ‘green screen’ waarop u zelf gekozen achtergronden kan projecteren. Denk wel steeds aan het bewaren van het evenwicht tussen het doel en de technische kant. Let op voor repetitief of eenzijdig gebruik van screencasts.

Nog enkele tips…

  • Er bestaan al veel screencasts over diverse onderwerpen. Overweeg om een bestaande screencast te integreren in uw leeromgeving.
  • Gun uzelf ‘leertijd’ om het werken met screencasts onder de knie te krijgen. Datzelfde geldt voor uw studenten.
  • Hanteer het KISS-principe: Keep It Short and Simple. Tracht korte screencasts van maximaal 5 minuten te maken. Uiteraard kan daar al eens van afgeweken worden. Soms hebt u nu eenmaal veel interessants te vertellen.
  • Neem al eens een schouderklopje of bemoedigend woordje op in de screencast.
  • Geef eventueel nog materiaal ter verdieping mee. Vaak bieden screencastsystemen (zoals Mediasite) de mogelijkheid om verdieping en extra info te verbinden aan de screencast
  • Probeer de screencast zo spontaan mogelijk op te nemen. Om ‘sprankelend’ over te komen, is aandacht voor uw intonatie van belang. Het is aanbevolen om bij de opname uw intonatie iets meer te overdrijven dan gewoonlijk. Maak gebruik van handgebaren en lichaamstaal bij het opnemen (zelfs als u niet in beeld bent). Dit heeft een duidelijk effect op hoe uw stemkleur en helderheid overkomen.
  • Als er een PowerPoint presentatie gebruikt wordt in de screencast, vinden studenten het vaak aangenaam om de hand-outs te ontvangen zodat ze notities kunnen maken.
  • Probeer in te zetten op de duurzaamheid van de screencast. Vermijd context-specifieke  verwijzingen, materiaal of data.
  • Een creatief alternatief voor het werken met screencasts is om studenten een screencast te laten maken, bijvoorbeeld, als alternatief voor een schriftelijke opdracht.

Meer weten?

Over screencasts

Hansch, A., Hillers, L., McConachie, K., Newman, C., Schmidt, P., & Schildhauer, T. (2015). The role of video in online learning: Findings from the field and critical reflections. TopMOOC research project.

Thomson, A., Bridgstock, R., & Willems, C. (2014). “Teachers flipping out” beyond the online lecture: maximizing the educational potential of video. Journal of Learning Design, 7(3), 67-78.

Over het didactisch gebruik van screencasts

Media & Learning Association: Webinar: the role of video in Blended learning

Media & Learning Association: Webinar: Video Pedagogy

ECHO-website: onderwijstips:


Software voor het ontwikkelen van screencasts


Voor UAntwerpen-personeelsleden

  • Aan de Universiteit Antwerpen:
    • is er een universiteitsbrede licentie beschikbaar van de Mediasite. Deze recorder hiervan wordt gebruikt voor het opnemen van screencasts, het Mediasite-platform wordt gebruikt voor het aanbieden van de videofragmenten. Mediasite biedt eveneens mogelijkheden voor het integreren van vragen in je videofragment. Voor meer informatie, contacteer Roel De Ryck of kijk hier. Op Blackboard staan eveneens handleidingen hiervan ter beschikking (startpagina > 'Handleidingen')
    • heeft elke faculteit enkele individuele licenties van Camtasia. Contacteer de CIKO van jouw faculteit voor meer informatie of kijk hier. Je kan ook aan verminderd tarief een individuele licentie verkrijgen.
    • kunnen er weblectures opgenomen worden. De contactgegevens voor het aanvragen van een lesopname, vind je terug op de Pintra-pagina van de Nieuwe Mediadienst.

Op de pintrapagina Onderwijs op de campus & online vindt u nog extra informatie, zoals good practices en een overzicht van digitale tools ondersteund door UAntwerpen.

 

(Onderwijstip februari 2017, herwerkt februari 2023)